Jurisprudentie BPR II Flashcards

1
Q

Wat als het beslagen goed is overgedragen aan een derde en vervolgens zowel de overdrager (de gefailleerde) als de derde failliet gaan?

Beslag leidt niet tot beschikkingsonbevoegdheid van de beslagene. Na vervreemding mag de beslaglegger het beslagen goed volgen en het beslag voortzetten.

Doordat de derde-verkrijger ook failliet was gegaan, was het beslag van de beslaglegger vervallen. De beslaglegger kan zich dan kenbaar maken bij de curator. het beslagen goed moet dan worden geëxecuteerd bij executoriale verkoop.

A

Ontvanger/de Jong

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Een dwangsom werd opgelegd als een ‘straf’ voor het handelen in strijd met een rechterlijk bevel. Indien er dan later in het bodemgeschil een andere uitspraak wordt gedaan, neemt dat niet weg dat de gedaagde in strijd heeft gehandeld met dit bevel. De verbeurde dwangsom blijft bestaan.

A

Kempkes/Samson

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De opheffing van een beslag door de rechter doet een nieuwe rechtstoestand van het beslagen goed ontstaan welke i.b. eerst met het in kracht van gewijsde gaan van de uitspraak een aanvang neemt. De rechter kan echter de opheffing van het beslag uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

Een vonnis tot opheffing van een beslag is constitutief en gaat pas in wanneer een uitspraak in kracht van gewijsde gaat, tenzij het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard. De vordering werd dus gewoon uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

A

Smokehouse/Culimer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Degene die een beslag legt handelt op eigen risico en dient i.b. de door het beslag geleden schade te vergoeden indien het ten onrechte blijkt te zijn gelegd.

I.b. is de beslaglegger wiens beslag ten onrechte blijkt te zijn gelegd, aansprakelijk uit onrechtmatige daad jegens degene op wiens recht het beslag inbreuk heeft gemaakt.

Als de vordering in de hoofdzaak geheel wordt afgewezen, dan rust er op de beslaglegger een risicoaansprakelijkheid voor de schade die de beslagene heeft geleden door het gelegde beslag.

A

Ontvanger/Bos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ging om twee dingen:

-Berusting is het te kennen geven aan de wederpartij om zich bij de uitspraak neer te leggen en aldus afstand te doen van het recht om daartegen een rechtsmiddel in te stellen. Hij moet dit verklaren, of het moet ondubbelzinnig uit zijn houding blijken.

-Op de beslaglegger rust een risicoaansprakelijkheid voor de gevolgen van het beslag, indien de vordering waarvoor beslag is gelegd geheel ongegrond is.
Indien de vordering ter verzekering waarvan het beslag is gelegd slechts gedeeltelijk wordt toegewezen, heeft dit niet tot gevolg dat het beslag ten onrechte is gelegd.
–> in casu was het beslag niet onrechtmatig gelegd. De vraag of beslaglegger aansprakelijk is, moet worden beantwoord a.d.h.v. criteria die gelden voor misbruik van recht (art. 3:13 BW). Er is dan schuldaansprakelijkheid.

A

Hoda International/Mondi Foods

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Een vordering tot opheffing van een conservatoir beslag op de grond dat de vordering tot verzekering waarvan het beslag is gelegd door de bodemrechter in eerste aanleg is afgewezen, moet, ingeval tegen dat vonnis hoger beroep is ingesteld, niet zonder meer worden toegewezen. Ook in een zodanig geval dienen de wederzijdse belangen van partijen te worden afgewogen. De omstandigheid dat de bodemrechter in eerste aanleg in de hoofdzaak reeds uitspraak heeft gedaan, dient daarbij wel te worden meegewogen.

A

Bijl/Van Baalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Een eisvermeerdering/verandering wordt gelijkgesteld met een grief. Dit kan alleen tijdens de memorie van grieven of memorie van antwoord (bij incidenteel appel), daarna kan de oorspronkelijke eiser zijn eis i.b. niet meer veranderen of vermeerderen. Hierop bestaan drie uitzonderingen:

  1. Wanneer de aard van het geschil hier aanleiding toe geeft, bijv. in alimentatiezaken.
  2. Wanneer de wederpartij ondubbelzinnig heeft ingestemd met de indiening van de nieuwe grieven.
  3. Wanneer er nieuwe feiten en omstandigheden aan het licht zijn gekomen en daarmee aanpassing wordt beoogd. Dit mag echter niet in strijd zijn met de goede procesorde.
A

Wertenbroek q.q./Van den Heuvel c.s.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Als uitspraak is gedaan op de laatste dag van een maand en drie maanden later een overeenkomende dag ontbreekt, eindigt de rechtsmiddelentermijn drie maanden later op de laatste dag van die maand.

Dus: indien de maand waarin de termijn afloopt, niet een dag kent met hetzelfde nummer als de dag waarop die uitspraak is gedaan, omdat zij korter is dan de maand waarin de uitspraak is gedaan, eindigt de termijn op de laatste dag van de maand.

A

Berekening rechtsmiddelentermijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Gaat om de vraag of een tussentijds beroep van een tussenvonnis mogelijk is.

De rechtbank wijst in een procedure tussen Postema en Invinco een eerste tussenvonnis waarin zij verlof verleent voor tussentijds beroep. Invinco maakt hiervan tijdig gebruik. Nadien wijst de rechtbank een tweede tussenvonnis. Bij memorie van antwoord stelt Postema tevens incidenteel appel in tegen het tweede tussenvonnis en wijzigt hij tevens zijn eis. Het hof verwerpt bij tussenarrest een door Invinco opgeworpen verweer van niet-ontvankelijkheid van het incidenteel appel, evenals het bezwaar van Invinco tegen eiswijziging.

De Hoge Raad acht de klacht van Invinco over de verwerping door het hof van haar beroep op niet-ontvankelijkheid van het incidenteel appel tegen het tweede tussenvonnis gegrond. Het tweede tussenvonnis bevatte in het dictum geen verlof voor tussentijds beroep. Het is niet aan het hof om een uitzondering op de hoofdregel van art. 337 lid 2 Rv te maken.

–> In geval van een toegelaten tussentijds appel kunnen slechts eerdere tussenvonnissen in het hoger beroep worden betrokken en dus niet een later tussenvonnis. Hiervoor dient afzonderlijk verlof te worden gevraagd.

A

Invinco/Postema

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Het staat partijen vrij om getuigenverklaring als bewijsmiddel d.m.v. een bewijsovereenkomst tussen hen uit te sluiten. Zij kunnen dus overeenkomen dat een verklaring van een derde die als mediator tussen hen is opgetreden, als bewijsmiddel in een geding tussen hen is uitgesloten. Art. 153 Rv leidt er echter toe dat zij een bewijsovereenkomst niet kunnen sluiten met betrekking tot het bewijs van feiten waaraan het recht gevolgen verbindt die niet ter vrije bepaling van partijen staan.
–> niet spoedig mag worden aangenomen dat een overeenkomst zonder een uitdrukkelijk daarop gerichte bepaling, een bewijsovereenkomst is die ertoe strekt de verklaring van de mediator uit te sluiten als bewijsmiddel.

Een verschoningsrecht kan niet worden aangenomen voor de mediator. Dat wordt i.b. niet anders ingeval iemand als mediator optreedt die een beroep uitoefent uit hoofde waarvan hij o.g.v. art. 165 lid 2 sub b Rv een verschoningsrecht heeft.
–> dat kan onder bijzondere omstandigheden anders zijn.

A

Verschoningsrecht mediator

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly