Jongeren Volgens Kohlberg->Dilemma Flashcards
Morele ontwikkeling
Ze gaan nadenken over wat goed en wat kwaad is in verschillende stadiums
Kinderen jonger dan 7 zitten in?
Preconventioneel stadium
Preconventioneel stadium de twee fases?
Fase1.Angst om gestraft te worden. Ze handelen volgens regels om straf te vermijden.
Fase2. Streven naar eigen belang, ze bepalen zelf of de gevolgen goed of kwaad zijn
Kinderen tussen 7-12jaar zitten in?
Conventioneel stadium
Conventioneel stadium de twee fases?
Fase3.oordeel van sociale/interpersoonlijke omgeving. De mening van groep/persoon is belangrijk voor het verschil in goed en kwaad. Ze willen in de groep geaccepteerd worden.
Fase4.gedrag gericht op autoriteit
Ze denken in belang van de maatschappij, iets bijdrage aan sociale orde.
Jongeren van 14 jaar zitten in?
Postconventioneel stadium
Postconventioneel de twee fases?
Fase5.persoonlijke overtuiging, ondergeschikt aan gezinsgemeenschap: goed en kwaad bestaat omdat de maatschappij regels heeft vastgelegd.
Fase6. Persoonlijke, Ethische principes: ze bouwen de maatschappij op over hoe zij denken dat het moet zijn.
Morele en cognitieve niveau sterk in verband.
Bij het cognitieve vlak moeten we nadenken over dingen, en bij de morele ontwikkeling gaat dat verder. Want ze denken na over wat goed en kwaad is.