Jeff Koons Flashcards
Naam van kunstenaar: Jeff Koons
Biografie
- Reproducties in potlood op 8 - jarige leeftijd
- Heeft een Pop - Art achtergrond (thema’s rond consumptie) door kunstopleiding in Chicago
- Heeft een commerciële voorgeschiedenis (verdiende veel geld als verkoper en makelaar in katoen)
Jeff Koons
Vormkenmerken
- Overdaad aan (kitscherig) ornament einde van modernistische afkeer voor het ornament —> overvloed aan kitscherig ornament
- Neo - Rococo einde van modernistisch geloof in vooruitgang —> teruggrijpen naar ouderwetse stijl (Rococo)
- Ontleend aan bestaande voorwerpen en beelden einde van modernistisch geloof in originaliteit —> plagiaat van bestaande beelden
- imitatie siervoorwerpen en prullaria (nutteloze, overbodige consumptievoorwerpen)
- monumentale, uitvergrote schaal
- ‘verleidelijke’ materialen en technieken gepolychromeerd (beschilderd) hout, gepolychromeerd porselein, Venetiaans glas, roestvrij staal, bloemstukken.
Jeff Koons
Thematiek
- Waardevrije postmoderne schijnwereld: idyllisch, conflictloos en onsterfelijk.
- Begerenswaardige koopwarenkunst met hoog glamour - gehalte.
Jeff Koons
Stijlstroming
Postmoderne ornamentele Neo - stijl
Maakt Koons (naar eigen zeggen) kitsch?
Koons houdt van de ornamentele overdaad van kitsch en de sentimentele sfeer ervan. Naar eigen zeggen is er dus nergens sprake van ironie en is het dus geen camp. Koons maakt dus naar eigen zeggen kitsch.
Wat is Kitsch? Wat is Camp?
Kitsch:
- cliché, versleten herhaling, slechte of minderwaardige nabootsing. D.w.z. het origineel is niet uit zichzelf kitsch
- overdaad en overdrijving (vooral decoratief en ornamentele overdaad)
- oppervlakkig, goedkoop, sentimenteel, conflictlood, cute, kinderlijk, idyllisch
Camp:
kitsch die gemaakt wordt als kitsch vanuit een ironisch (vaak hooghartig) standpunt Camp = doelbewuste kitsch
Maakt Koons Toeëigeningskunst? (Appropriation Art)?
Toeëigeningskunst of Appropriation Art ontleent bewust om het statement te maken dat originaliteit onmogelijk is. Dat alles al gedaan is en geen herhalingen mogelijk zijn —> aantonen dat het modernistische geloof in originaliteit niet bestaat.
Koons heeft geen kritische boodschap. Hij maakt gewoon schaamteloos gebruik van bestaande, voorhanden beelden die hij in zijn artistieke verhaal kan inpassen.
Afb. Krüger, I shop therefore I am:
Leg de consumptiemaatschappij uit aan de hand van deze afbeelding
Consumptiesamenleving is een samenleving waar mensen kopen omdat ze plezier beleven aan het winkelen en aan de gekochte producten hun identiteit ontlenen. (niet omdat ze het nodig hebben)
Winkelen = pure vrijetijdsbesteding
Consumptiegoederen = gebruikt om een levensstijl aan te nemen waarmee men zich identificeert.
Producent = verpakken product, creëren van imago, door fictieve reclamemythes
Afb. Ken van Barbie zonder piemel
Leg de schijnwereld van de consumptiesamenleving uit aan de hand van deze afbeelding
Consumptiewereld staat veraf van het echte leven. Het is een onechte schijnwereld van gestroomlijnde idylles, … kortom onsterfelijkheid.
Grootste mythen van samenleving ‘onschuld van het kind’
Volwassenen projecteren hier hun verlangens naar een conflictloge onaangetaste wereld.
Geslachtsloze ken —> jonge meisjes vrijwaren van een ‘harde’ confrontatie met de ‘ongewenste’ mannelijkheid.
Afb. Eclectische zetel of Afb. Jackson door Koons
Leg de postmoderne waardevrije samenleving uit aan de hand van deze afbeelding
Tolerantie en openheid —> alles toelatende waardevrije samenleving Waardevrije postmodernisme stelt dat iedereen zijn waarden kan kiezen (geen algemeen geldende waarden —> geen enkele waarde is beter of slechter dan de andere)
Waarde - vrijheid —> waarde - loosheid
Mensen zijn hun identiteit kwijtgeraakt, moet daarom (al zappend) op zoek naar nieuwe identiteit(en)
Afb. Bijl, Fitnessclub
Leg uit hoe het consumeren van de reclamemythes vaak tot het omgekeerde resultaat leiden aan de hand van deze afbeelding. Guillaume Bijl (Belgisch kunstenaar)
Bekritiseert mythes van postmoderne consumptiemaatschappij door zijn installaties. Mannen en vrouwen willen er graag sportief uitzien, maar niet sportief zijn. Ze onderwerpen zich voor hun ontspanning aan ‘foltertuigen’ waar ze harder moeten werken dan op hun eigenlijke job. Fitnessclubs hebben doorgaans grote parkings, want iedereen komt er met de wagen naartoe.
Geef 3 voorbeelden van waarden of regels van het Modernisme + de reactie van de postmodernisten
- Geloof in vooruitgang en evolutie Postmodernisten —> Werken in traditie (maken van ouderwetse retro - kunst) is eerder een waarborg voor degelijke kwaliteit.
- Geloof in originaliteit en vernieuwing Postmodernisten —> echte originaliteit bestaat niet, alles is al gezegd of gedaan, je kan niet meer doen dan een nieuw kleedje vinden voor een oude vorm.
- Geloof in eigenhandigheid
Postmodernisten —> het persoonlijke handschrift biedt geen meerwaarde, in huidige geïndustrialiseerde tijdperk kan de machine ieder handschrift perfect nabootsen + met een betere kwaliteit dan mogelijk is met de hand. - Bevoorrechte discipline als schilderkunst - en beeldhouwkunst
Postmodernisten —> ook vrije kunsten zijn functioneel (decoratie) en zijn dus ook gebonden. Geen onderscheid met andere disciplines. schilder - en beeldhouwkunst is niet persee kunstiger dan textielkunst of keramiek. - Trouw aan materiaal en techniek Postmodernisten —> kunst is niet gebonden aan een medium (beeldhouwer, schilder, …) artistieke verbeelding kan zich in ieder medium uitdrukken en een kunstenaar mag verschillend medium gebruiken.
Leg uit: in de jaren ’80 is Kunst: ‘het aura’ van de kunst.
Als kunst niet vernieuwend of origineel kan zijn, niet door de kunstenaar zelf gemaakt moet worden, hij zich in eender welk medium mag uitdrukken en de vrijheid heeft om hierin te wisselen, dan blijft er geen criterium meer over waaraan kunst moet beantwoorden.
Een fictieve ‘uitstraling’ die op geen enkele wijze kan omschreven of gedefineerd worden, maar niettemin reëel wordt wanneer een verzamelaar een recordbedrag op tafel legt bij een veiling.
Wat is Koopwarenkunst of Commodity Art?
De koopwarenkunst toont gloednieuwe verleidelijke consumptiegoederen (readymades) en presenteert ze op dezelfde wijze als de consumptiewereld. Op cleane sokkels en felverlichte etalages. Kunst is volledig waardevrij en niets meer dan consumptiegoed, kunst is geen drager van andere waarden dan ‘het aura’ van een exclusief luxeartikel.
Kunst = de dure prijs die een verzamelaar ervoor wil betalen.
Geef 3 redenen waarom je Koons een business - artist kan noemen.
Business - artiest = kunstenaar die graag rijk wil worden met zijn kunst en zich organiseert als een commercieel bedrijf.
- Opvatting dat de meest commerciële kunst ook de beste kunst is kwaliteit van kunst w bepaald door verkoopcijfers
- De idee van branding, reclame en carrièreplanning
branding —> creëren van een merknaam dat samenhangt met imago
reclame maken via media
carrièreplanning —> kunstenaar hebben plan in hun hoofd en doen actief aan netwerken - Uitvoering door gespecialiseerde medewerkers en bedrijven kunstenaar maakt ontwerp, maar laat uitvoeren door anderen
- Kunst met icoonwaarde (spektakelkunst)
zoeken naar succes met pakkende beelden die blijven hangen bij de toeschouwer.
gevolg: populistische en spektakelkunst. Media is makkelijkst te bereiken met schandaalverwekkende werken
Koons tegenover Duchamp: Gelijkenis en verschil
Koons tegenover Pop - Art: Gelijkenis en verschil
