De jaren 60’ Kunst en tijdsgeest Flashcards

1
Q

Beschrijf in enkele lijnen de tijdsgeest van de jaren 60’

A

De jaren ’60 zijn optimistische jaren <-> de traumatische jaren 50’
 


Deze jaren worden gekenmerkt door:

  • economische groei
  • stijgende welvaart
  • technologische vooruitgang

Er heerst een geest van optimisme, geloof in de vooruitgang en experiment

Op sociaal vlak:

  • verzet tegen oude gezagsstructuren (kind vs. ouder, zwart vs. blank, vrouw vs. man)
  • emancipatie
  • ontvoogding
  • democratisering

(hippies, flower - power beweging, vredesbeweging, …)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Beschrijf in enkele lijnen de wijze waarop deze tijdsgeest zich vertaalt in de kunst + voorbeelden

A
  1. Optimisme: kunst is speels, onpersoonlijk en experimenteel

    Optimisme —> economische welvaart, beginnende technologisering, einde schuldbewustzijn van naoorlogse generatie. 

    Openheid, zin voor experiment en geloof in de maakbaarheid van de wereld is terug.


    Kunststromingen: Pop Art en Minimalisme

  2. Objectiviteit, wetenschap, technologie en vooruitgang: kunst als onderzoek en registratie

    Objectieve, wetenschappelijke geest in de kunst van de jaren 60’ leidt tot het uitbannen van de emotie 
 (kunst als onderzoek en registratie) en van de subjectieve expressie (onpersoonlijke kunst op een 
onpersoonlijke manier vervaardigd)
 


Kunststromingen: Post - Painterly Abstraction, Minimalisme, Optische, Kinetische en Lichtkunst

  1. Democratisering: de ontheiliging van de kunst en het dichten van de kloof tussen kunst en leven - De kunst wordt naar beneden gehaald (demystificatie)
    - Het alledaagse en het banale wordt tot kunst verheven (tegenovergestelde van nr. 1)
    - De toeschouwer participeert aan het kunstwerk


Kunststromingen: Pop Art, Nouveau Réalisme, Assemblage, Happening, Neo - Dadaïsme
 


How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Voorbeelden Democratisering: de ontheiliging van de kunst en het dichten van de kloof tussen kunst en leven

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly