Hoorcollege 3: Client, therapeut en relatie factoren Flashcards

1
Q

Welke factoren beïnvloeden therapeut effecten?

A

Psychologisch functioneren van therapeut, extreme gevallen van overtuigingen en normen, leeftijd (beste resultaten 10 jaar jonger of ouder), interpersoonlijke vaardigheden therapeut, kritisch en reflectief denken en ernst van cliënten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welk client factor heeft invloed op de uitkomst van behandelingen?

A

Sociaaldemografische factoren:laag inkomen, werkloosheid, minderheid zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Slaap, zelfregie en comorbiditeit zijn wat voor factoren en wat voor invloed hebben ze?

A

Transdiagnostische factoren (niet specifiek voor 1 stoornis, maar voor alle types stoornissen).

  • Meer slaapproblemen gecorreleerd met meer symptomen in het begin van de therapie. Omdat er meer ruimte is voor verbetering is er meer verandering tijdens therapie, maar er zijn nog wel meer symptomen aan het einde vergeleken met lage slaapprobleem cliënten.
  • Hoge zelfregie -> betere vooruitgang
  • Mensen met co-morbiditeit van persoonlijkheidsstoornissen hebben slechtere uitkomsten (Borderline, schizotyposch en afhankelijke PD in depressie echt slecht)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn relationele factoren en noem een voorbeeld.

A

Gevoelens en houdingen die therapeut en cliënt ten opzichte van elkaar hebben, en de manier waarop deze tot uiting komen. Therapeutische alliantie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

I: Een therapeutische alliantie is niet belangrijk voor uitkomsten van E-gezondheid behandelingen
II: De drie componenten van deze alliantie zijn: Binding (het affectieve deel van de relatie), Overeenstemming over taken (wie doet wat), Overeenstemming over doelen (waar streven we naar?)
II: vroege alliantie (na twee sessies) is het meest voorspellend voor uitkomst, latere alliantie niet

A

I is onjuist.
II juist
III: Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke component van de therapeutische alliantie is het meest voorspellend voor uitkomsten?

A

Het is niet de band die het meest voorspellend is, maar overeenstemming over taken en doelen die het meest voorspellend is voor de resultaten.
tot uiting komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Name Rogers ‘Big three’ interpersoonlijke vaardigheden van de therapeut

A

Empathie: een accuraat, gevoeld begrip hebben voor de ervaring van de cliënt
Positieve waardering: een warme, onvoorwaardelijke acceptatie van de cliënt
Congruentie: vrij en diep jezelf zijn in een relatie (geen façade)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Roger’s Big three: wat zijn de effecten op uitkomsten. Van beste naar slechtste.

A

1 Empathie:
-middelgroot tot groot effect op uitkomst (r=.32 ~ d=.68)
-Sterkere voorspeller bij CGT dan bij ervaringsgerichte therapie
-Sterkere voorspeller bij onervaren therapeuten dan bij ervaren therapeuten
2. Positief aanzien:
-Gewaardeerd door cliënten als iets belangrijks
-Gemengde effecten op uitkomst (op zijn best matig)
3. Congruentie:
-Geen relatie met uitkomst in 2/3 van de onderzoeken -> gemengde resultaten, neigend naar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Prochaska’s and DiClemente’s Stages of Change Model contains the following stages: Termination, Precontemplation, preparation, maintenance, contemplation, action. Order these terms to the stages according to the model

A

1.Precontemplation
2.Contemplation
3.Preparation
4.Action
5.Maintenance
6.Termination

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly