Hoorcollege 1 t/m 4 Week 2 Flashcards
wat zijn klachten bij aortaklepinsufficiëntie?
- hartfalen, dyspneu en vermoeidheid. Diastolische disfunctie van het hart door hypertrofie
- duizelingen en syncope. –> zijn meestal inspanningsgebonden
- angina pectoris
noem 2 mogelijke problemen die kunnen optraden bij het gebruik van plaspillen?
- jicht –> een pijnlijke ontsteking in een gewricht, veroorzaakt door urinestuurkristallen
- achteruitgang van de nierfunctie
wat is een pericarditis constrictiva?
een stijf myocard of epicard
wat zijn oorzaken van een pericarditits constrictiva?
- idiopatisch of infectieus (in 85% van de gevallen)
- systeemziektes
- noplastisch
wat wordt er gedaan tijdens een operatie van een pericarditis constriciva?
zo veel mogelijk kalk wordt verwijderd
wat zijn symptomen van acute pericarditis constrictiva?
- scherpe/stevige pijn vastzittend aan de ademhaling
- toenemend bij liggen, afnemen bij voorover buigen
- soms uitstralend naar nek/linker schouder
benoem 3 gevolgen van pericarditis constrictiva
- moeite met het vullen van de kamers
- supra-normale relaxatie –> is te zien bij een dopplermeting in het hart–> in het septum is de relaxatie niet vastgebonden aan het hartzakje, in tegenstelling tot de laterale wanden
- de vulling van een kamer gaat ten koste van de vulling van de andere kamer
op wat voor soort informatie steunt het autonome zenuwstelsel?
op afferente informatie
in welke 3 subsystemen is het autonome zenuwstelsel onder te verdelen?
- parasympatisch systeem –> efferent
- sympatische systeem –> efferent
- de plexus entericus –> zenuwstelsel van de darmen
wat heeft de nucleus tractus solitarii te maken met het autonoom zenuwstelsel?
hierin komt de afferente informatie binnen via de 9de en 10de hersenzenuw.
- hierin wordt de informatie verdeld naar onder andere de hypothalamus die vervolgens weer efferente informatie doorstuurt richting de eindorganen
in welke 3 stappen werken reflexen?
- input –> sensorische prikkel
- verwerking –> integratie
- output –> spieractiviteit, secretie
bestuurt het sympatische systeem de katabolische of de anabolische functies?
de katabole functies
waar komen sympatische neuronen voornamelijk vandaan?
ze komen vooral uit de thorcale en hoog lumbale wervels
waaruit lopen de parasympatische neuronen vooral?
met name uit de hersenstam en de sacrale wervels.
wat zijn de lengtes van het preganglionaire neuron en de postganglionaire neuronen vann de sympaticus en parasympaticus?
sympaticus
- preganglionair neuron is kort, postganglionair neuron is lang
parasympaticus
- preganglionair neuron is lang, postganglionair neuron is kort
waarom regelt de sympaticus voornamelijk vasoconstrcitie?
zodat bij inspanning, niet al het bloed naar de organen gaan, maar juist naar de spieren
hoe worden de vaten naar de spieren opengezet bij inspanning?
dat verloopt via lokale regulatie
welke belangrijkste neurotransmitter gebruikt het parasympatisch zenuwstelsel?
acetylcholine
hoe wordt acethlcholine gemaakt?
choline wordt onder invloed van acetyl CoA door choline acetyltransferase (CAT) omgezet in acetylcholine
aan welke receptoren kan acetylcholine binden?
aan nicotine receptoren en muscarine receptoren
wat voor soort receptor is de nicotine receptor?
een ligand gestuurde ionkanaal receptor
wat voor soort receptor is de muscarine receptor?
een G-eiwit gekoppelde receptor
aan welke receptoren bind acetylcholine bij de preganglionaire vezels van de parasympaticus?
aan nicotine receptoren
aan welke receptoren bind acetylcholine bij de postganglionaire vezels van de parasympaticus?
aan muscarine receptoren
gebruikt het sympatische systeem ook acetylcholine en zo ja waar?
ja, maar alleen de preganglionaire neuronen doen dit
door welke cellen wordt adrenaline aangemaakt?
door chromaffiene cellen in de bijnier
waaruit wordt noradrenaline gevormd en hoe werkt dit?
uit tyrosine –> dopa en dopamine wordt hieruit gevormd –> dopamine beta-hydroxylase zet dit om tot noradrenaline
hoe kan noradrenaline worden heropgenomen?
middels transporters
wat zijn varicositeiten?
de axonale verdikkingen die de zenuwuiteinden van sympatische zenuwen zijn
wat zijn de belangrijkste agonisten van nicotinereceptoren?
- nicotine
- acetylcholine
hoe worden ligand gesturde ionkanalen, zoals nicotine receptoren ook wel genoemd en waarom?
ionotrope receptoren –> bij activatie gaat het ionkanaal open en stroomt natrium naar binnen –> cel depolariseert
wat zijn de belangrijkste agonisten van muscarine receptoren?
- acetylcholine
- muscarine
hoe worden muscarine receptoren ookwel genoemd en waarom?
metabotrope receptoren –> ze werken middels second messengers die vervolgens de kalium ionkanalen kunnen activeren en hyperpolarisatie in gang kunnen zetten
benoem de parasympatische onderdelen van het pupilreflex?
- miose –> pupilvernauwing die verloopt via de m. sphincter pupillae
- accommodatie –> voor goed zicht voor dichtbij gelegen voorwerpen, door vernauwing via de m. ciliaris
- convergentie –> voor beter zien van dichtbij
benoem het sympatische onderdeel van het pupilreflex?
- mydriase –> pupilverwijding om meer licht op te nemen –> via m. dilatator
waar vindt co-transmissie plaats?
in de postganglionaire vezels
wat houdt co-transmissie in?
dat er meerdere neurotransmitters/stoffen in vesicles kunnen zitten
wat leidt tot zweten?
activatie van cholinerge sympatische (preganglionaire) huidvezels
hoe zorgt de sympaticus voor een verhoging van het slagvolume?
door een verhoging van de calciumconcentratie in de hartspiercellen
hoe verloopt parasympatische innervatie van het hart?
via de N.vagus –> activeert de SA-knoop en de AV-knoop
hoe verloopt sympatische innervatie van het hart?
verloopt via het ruggenmerg –> via de grensstreng –> naar de pacemakers en de hartspiercellen
in welke 3 fasen verloopt de activatie van de pacemakercellen?
- depolarisatiefase door opening van de calciumkanalen
- repolarisatie door kaliumkanalen
- diastolische depolarisatie fase door oa de funny current.
welke kanalen maken de funny current mogelijk?
- Natrium kanalen
- T-type calciumkanalen
hoe ontstaat de calcium induced calcium release?
depolarisatie –> spanningsafhankelijke calciumkanalen worden geactiveerd –> calcium opgenomen uit de T-tubuli tijdens plateaufase –> calcium bindt aan ryanodine receptor (RYR) –> extra calcium wordt vrijgegeven uit het sacroplasmatisch reticulum
tot wanneer duurt de contractie van een hartspiercel?
totdat het calcium uit het cytosol wordt weggepompt de NCX en de Ca/H pomp
leg het effect uit van de sympathicus op de contractiliteit
beta-receptor stimuleert cAMP-productie via het G-eiwit Gs –> calciumconcentratie wordt verhoogt –> contractiliteit wordt verhoogd
waar zorgt viagra voor en welke stof is hierin werkzaam?
sildenafil –> remt afbraak cGMP –> zorgt voor meer relaxatie
wat zijn de 2 soorten sensoren van het cardiovasculaire systeem?
- baroreceptoren
- volume receptoren
waar bevinden zich de baroreceptoren en waar zijn ze gevoeliger?
- in de sinus caroticus –> zijn gevoeliger
- aortaboog