hoofstuk 7: Belgische politiek Flashcards

1
Q

coalitie

A
  • samenwerkingsverband tussen de partijen die de meerderheid vormen
  • vormt de meerderheid/ regering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

oppositie

A

overige partijen die niet bij de coalitie horen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

te nemen stappen voor nieuw regering

A
  1. ontslag van regering
  2. gespreksronde koning (voorzitters Kamer, Senaat, partijen)
  3. aanstelling informateur
  4. gespreksronde informateur + verslag koning
  5. aanstelling formateur (eerste minister)
  6. vorming van de nieuwe regering (= regeerakkoord voor komende legislatuur)
  7. verdeling van ministerportefeuilles
  8. eedaflegging bij koning
  9. regeerverklaring voorstellen kamer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

informateur

A

persoon die bij de regeringsonderhandeling nagaat met welke partijen een meerderheid kan gevormd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

formateur

A

persoon die de regering vormt tijdens de regeerhandelingen en daarna eerste minister wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

regeerakkoord

A

afspraken tussen de politieke partijen die samen een regering zullen vormen en waarin het beleid voor de komende regeerjaren in grote lijnen is uitgezet
⮕niet noodzakelijk bindend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

legislatuur

A

zittingsperiode van een parlement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bijzonderheden regering

A
  • regeringsvorm kan lang duren : in tussentijd ‘regering van lopende zaken’
    ⮕administratief
    ⮕routineuze zaken
    ⮕dringende zaken
  • cordon sanitaire
  • ministers moeten geen verkozenen zijn (meestal wel)
  • gevormde regering kan veranderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is het cordon sanitaire

A

officieel akkoord om niet met Vlaams Blok te regeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wetgevende macht: de kamer

A
  • 150 verkozenen
  • verdeeld per partij (fractie)
  • benoemd voor 5 jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wetgevende macht: senaat

A
  • 60 leden
  • aangeduid:
    ⮕door: Parlementen van gewesten en gemeenschappen (50)+ senatoren zelf (60)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

algemene functie van de senaat

A
  • reflectiekamer voor de kwaliteit van de wetgeving
  • ontmoetingsplaats voor parlementen van deelstaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

dagdagelijkse activiteit van de senaat

A

studie van grote maatschappelijke problemen en verbetering van basiswetgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn behalve de algemene functies en dagdagelijkse activiteiten de functies van de senaat

A
  • grondwetsherzieningen
  • communautaire wetten
  • advies omrent samenwerking bestuursniveaus (federaal en deelstaten)
  • bemiddeling bij bevoegdheidsconflicten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wetgevende functies van de kamer

A
  • nieuwe wetgeving opstellen
    -vanuit parlement: wetsvoorstel (15%)
    -vanuit regering: wetsontwerp (85%)
  • nieuwe wetten om zo regeerakkoord te realiseren
  • meeste wetten goedgekeurd (90%)
  • meerderheid (regering) keurt eigen wetsontwerp goed
  • Kamercommissies opgemaakt uit Kamerleden met verschillende bevoegdheden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

controlefuncties van de kamer ( kamer controleert het beleid van de regering via)

A
  • interpellaties
  • mondeling & schriftelijke vragen
    -tijdens een plenaire zitting
    -in diverse commissies
  • parlementaire onderzoekscommissies
  • goedkeuring van de begroting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

def Kamercommissies

A

groep volksvertegenwoordigers uit verschillende politieke partijen die voorbereidend werk doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

def interpellaties

A

parlementair controlemiddel waarmee een kamerlid één of meer federale ministers kan verzoeken zich te verantwoorden over een beleidsdaad, over een bepaalde situatie of over algemene en specifieke aspecten van het regeringsbeleid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

def begrotingen

A

schatting van zowel de inkomsten als de uitgaven die de regering voor het volgende regeringsjaar

20
Q

samenstelling federale regering

A
  • eerste minister (woordvoerder, vertegenwoordiger)
  • 14 ministers (paritair samengesteld)
    -7 Franstalige ministers
    -7 Nederlandstalige ministers
  • 5 staatssecretarissen
    -specifieke bevoegdheden
    -toegevoegd en ondergeschikt aan minister
21
Q

def paritair samengesteld

A

principe waarbij een orgaan op voet van gelijkheid is samengesteld

22
Q

uitvoerende functie federale regering

A
  • wetten omzetten in uitvoeringsbesluiten
  • koninklijke besluiten, ministeriële besluiten, omzendbrieven voor overheidsdiensten
23
Q

begrotingsfuncties van de federale regering

A
  • balans inkomsten/ uitgaven berekenen
  • ieder jaar voorstelling van begrotingsontwerp in Kamer
  • strenge Europese regels
24
Q

dagelijkse werking van de federale regering

A
  • ministerraad
    -locatie: wetstraat 16- kantoor van eerste minister
    -doel: bepalen van beleid
    -bespreken van wetsontwerpen, beslissen over actuele thema’s
    -consensusprocedure
  • soms enkel kernkabinet
  • regering wordt ondersteund door federale overheidsdiensten (FOD’s)
    -bereiden beleid voor en voeren het verder uit
  • ministers worden ondersteund door een kabinet
    -ondersteunen ministers
    -bereiden parlementaire vragen voor
25
Q

def ministerraad

A

wekelijkse samenkomst van ministers

26
Q

def consensusprocedure

A

iedereen moet akkoord zijn en de beslissing verdedigen

27
Q

rol van de koning

A
  • protocollaire functie
  • wetgevende macht
    • wetten handtekenen
  • uitvoerende macht
    • benoemen en ontslaan van ministers
    • ondertekenen KB
    • bevelvoerder leger
  • rechterlijke macht
    • benoemen rechters
    • straffen kwijtschelden
28
Q

effecten macht bepaald door regering voor de koning

A
  • geen politieke verantwoordelijkheid
  • wel onschendbaar
  • echte functies:
    • ‘houdt de vinger aan de pols’
    • vertegenwoordiger
29
Q

na Vlaamse verkiezingen

A
  • coalitie vormen
  • regeerakkoord
  • eed afleggen
    • bij voorzitter parlement
    • uitzondering: minister president
30
Q

samenstelling Vlaams parlement

A
  • geen bicameralisme
    • fusie van gemeenschap en gewest
    • slechts nood aan één kamer
  • 124 parlementsleden
    • 118 uit Vlaanderen
    • 6 uit Brussels Hoofdstedelijk Gewest (gemeenschap)
  • legislatuurparlement
31
Q

def legislatuurparlement

A

parlement kan niet ontbonden worden voordat de zittingsperiode voorbij is

32
Q

wetgevende functie van het Vlaams parlement

A
  • geen wetten, wel decreten
  • onderscheid:
    • voorstel van decreet (parlement)
    • ontwerp van decreet (regering)
  • proces verloopt gelijk aan federaal niveau
33
Q

controlefunctie van het Vlaams parlement

A
  • interpellaties, vragen, onderzoekscommissies
  • regeerakkoord goedkeuren
  • begroting goedkeuren
34
Q

samenstelling Vlaamse regering

A
  • 1 minister-president
  • max. 11 ministers (minstens één uit Brussel)
  • gespreid over provincies, gender, …
  • geen staatssecretarissen
35
Q

functies van de Vlaamse regering

A

-uitvoerende functie
-begrotingsfunctie

36
Q

Dagelijkse werking Vlaamse regering

A
  • wekelijkse ministerraad
  • consensusprocedure
  • ministers worden bijgestaan door kabinet
  • beleidsbeslissingen worden uitgevoerd door:
    • 10 beleidsdomeinen, verder onderverdeeld in:
      • agentschappen
      • departementen
37
Q

soorten conflicten

A

-bevoegdheidsconflict
-belangenconflict

38
Q

def bevoegdheidsconflicten

A

oneindigheid over wie verantwoordelijk is

39
Q

def belangenconflict

A

beslissingen van één parlement die belangen van een ander parlement schaden

40
Q

door wie worden de conflicten behandeld

A

-raad van state
-overlegcomité
-grondwettelijk hof

41
Q

def raad van state

A
  • instelling waarmee burgers en rechtspersonen in beroep kunnen gaan tegen onwettige administratieve rechtshandelingen die hun hebben geschaad
  • beoordeelt wetsontwerpen en ontwerpen van decreet en brengt advies uit over mogelijke bevoegdheidsconflicten
42
Q

def overlegcomité

A

comité dat via overleg en onderhandelingen probeert om bevoegdheidsconflicten te voorkomen en belangenconflicten op te lossen

43
Q

def grondwettelijk hof

A

-rechtscollege dat erover waakt dat de wetgevers in België de grondwet in acht neemt
-vernietigt wetten of decreten in geval van conflict

44
Q

werking van de provincie

A
  • provincieraad: wetgevende macht
  • bestendige deputatie: uitvoerende macht
  • gouverneur: vertegenwoordigers van federale en Vlaamse overheden+ voorzitter van bestendige deputatie
    • ambtenaar
    • behandelen klachten tegen bestuur
    • staan in voor veiligheid
45
Q

werking van de gemeente

A
  • gemeenteraad: wetgevende macht
  • college van burgemeester en schepenen: uitvoerende macht
  • burgemeester
    • staan in voor uitvoering van wetten, decreten en reglementen van hogere overheden
    • voorzitter van schepencollege
    • hoofd van lokale politie