hoofdstuk 9: gewicht van een voorwerp Flashcards

1
Q

massa van een voorwerp

A

maat voor voor de hoeveelheid materie in kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

symbool gewicht

A

Gw met pijl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

gewicht van een voorwerp

A

de kracht die een voorwerp uitoefent op zijn steun in N

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

symbool normaalkracht

A

Fn met pijltje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

normaalkracht

A

de kracht van de steun op het voorwerp en is even groot als het gewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

aan wat staat de normaalkracht gelijk?

A

het gewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

voorwerp in rust op een horizontaal vlak: verband zwaartekracht en gewicht

A

gewicht = zwaartekracht waneer een voorwerp in rust is op een horizontaal vlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

formule Gw voorwerp in rust op horizontaal vlak

A

m x g

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

zie verklaring voorwerp in rust op schema

A

ok

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

zie vorming van formule voorwerp met versnelling op schema

A

ok

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

voor het gewicht van een voorwerp dat opwaarts versnelt geldt

A

Gw = Fn = m (a + g)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat werkt er op voorwerpen die een vrije val uitvoeren?

A

enkel de zwaartekracht, een voorwerp in vrije val is gewichtloos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

aan wat is het gewicht gelijk in vrije val?

A

Gw = Fn = 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

zie vorming Gw = Fn = 0

A

ok

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
A