hoofdstuk 5 Flashcards

1
Q

wat bedoelt men met vectoriële snelheidsverandering?

A

zowel het veranderen van de grootte van de snelheid als de richting of zin van de snelheidsvector

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat bedoelt men met de vectoriële snelheidsverandering? (symbolen)

A

∆v (met pijltje boven) = v2 - v1 = v2 + (- v1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is het verband tussen snelheid en en versnelling?

A

ze hebben beide dezelfde richting en zin als de resulterende kracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

a met pijltje boven formule

A

a met pijltje boven = ∆v met pijltje boven/∆t

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

naar waar is de resulterende kracht van de vectoriële snelheidsverandering (en ook de versnelling) gericht bij een cirkelvormige beweging?

A

naar het middelpunt van de cirkel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

resulterende kracht bij een cirkelvormige beweging

A

de centripetaal kracht / middelpuntzoekende kracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

formule F (2e wet Newton)

A

F = a * m -> F (met pijltje boven) = a (met pijltje boven) * m

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is er kenmerkend aan F = a * m?

A

de richting van de kracht en snelheid is gelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

onafhankelijkheidsbeginsel

A

als op het systeem meerdere krachten werken, behouden die elk hun eigen uitwerking, onafhankelijk van elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly