Hoofdstuk 8 - Plotse visusdaling Flashcards
Wat zijn mogelijke oorzaken van een glasvochtbloeding?
- Spontane bloedvatruptuur
- Retinale bloedvatruptuur door glasvochtloslating of netvliesloslating
- Bloeding uit abnormale retinale venen
Waaruit bestaat de behandeling van glasvochtloslating?
Normaal klaart het spontaan op. Indien niet, kan een vitrectomie uitgevoerd worden.
Welk symptoom past zowel bij een achterste glasvochtloslating als een netvliesloslating?
Het zien van ‘vliegjes’ of ‘mouches volantes’.
Welke symptomen passen bij een netvliesloslating?
Plots zien van ‘vliegjes’, lichtflitsen en zwart gordijn in perifeer gezichtsveld.
Waar doet een netvliesloslating zich voor?
Tussen de RPE en de fotoreceptorcellen.
Wat zijn risicofactoren voor het optreden van een netvliesloslating?
Myopie, trauma capitis, cataractoperatie, diabetische retinopathie.
Waaruit bestaat de behandeling van netvliesloslating?
- Laserbehandeling van kleine scheuren
- Vitrectomie met drainage subretinaal vocht, laserbehandeling scheuren en inspuiten van lucht, gas of silicone olie
Welke voorschriften moeten meegegeven worden aan de patiënt indien hij in het kader van een netvliesloslating gas heeft ingespoten gekregen?
Er is een verbod op vliegtuigreizen gedurende enkele weken.
Welke structuren worden bevloeid door de centrale retinale arterie?
De ganglioncellen en bipolaire cellen.
Welke structuren worden bevloeid door de choroïdea?
De fotoreceptorcellen en pigmentepitheelcellen.
Wat is typisch anamnestisch voor een centrale retinale arteriële occlusie?
Er is van het een op het andere moment een visusdaling.
Wat is amarousis fugax?
Een voorbijgaande visusdaling door opschuiven van het embool bij centrale retinale arteriële occlusie.
Wat is een typisch klinisch onderzoek bij centrale retinale arteriële occlusie?
- Visusdaling, RAPD
- ‘Cherry red spot’: de fovea lijkt roder
- Soms cholesterol plaques zichtbaar
Wat zijn risicofactoren voor het ontstaan van een centrale retinale arteriële occlusie?
Roken, DM en hyperlipidemieën.
Geef twee types van anterieure ischemische opticusneuropathie.
- Non-arteritic: embolen, atherosclerose
- Arteritic: inflammatoire systeemziekte