hoofdstuk 4 Flashcards

hoe ontwikkelt het kind zich fysiek?

1
Q

germinale fase

A

De fase waarin de eicel bevrucht wordt, totdat deze zich nestelt in de baarmoederwand. Na zo’n zeven dagen hecht de zygote zich aan de bloedvaten in de baarmoederwand. Dan begint de volgende fase.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

ontwikkeling centrale zenuwstelsel

A

Rond de vierde week. Rond dezelfde tijd beginnen ook de bloedvaten die later het hart zullen vormen te pusleren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

proximaal-distaal

A

Dat de ontwikkeling van binnen naar buiten plaatsvindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

embryonale fase

A

Van de tweede tot de achtste week na conceptie. Er treedt razendsnelle celdeling op en de belangrijkste fysieke structuren ontwikkelen zich. Rond het einde is het organisme herkenbaar als mens.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

cephalocaudaal

A

Dat de ontwikkeling van het hoofd naar beneden gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

age of viability

A

Na 22-26 weken. Dan is het kind zo ver ontwikkeld dat het een redelijke kans heeft om buiten de baarmoeder te overleven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

foetale fase

A

Van de derde maand tot de geboorte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Apgar scoringssysteem

A

Na 1 en na 5 minuten na de geboorte wordt gekeken naar de hartslag, ademhaling, spierspanning, reflexen en kleur van het kind. Deze worden elk beoordeeld met een score van 0, 1 of 2. Als de totaalscore lager dan 4 is, is directe medische interventie nodig. Een score van 7-10 geldt als goed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

teratogenen

A

Stoffen die allerlei afwijkingen kunnen veroorzaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

extreem preterm

A

Als het kind meer dan 10 weken te vroeg wordt geboren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

perinatale complicaties

A

Moeilijkheden omtrent de geboorte die tot ontwikkelingsdefecten kunnen leiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

embodied approach

A

Betoogt dat onze denkprocessen en gedragingen vaak worden bepaald door de natuur van ons lichaam en de mogelijkheden die ons lichaam heeft. Een goed voorbeeld hiervan is de multisensorische perceptie. De manier waarop mensen de omgeving waarnemen, bepaalt hoe men de omgeving ervaart. De manier waarop we waarnemen is echter afhankelijk van wat onze zintuigen kunnen. Voor ontwikkelingspsychologie betekent dit dat de manier waarop kinderen denken aanzienlijk verandert tijdens de ontwikkeling als hun lichaam en vaardigheden veranderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

groeitempo verschil tussen meisjes en jongens

A

Meisjes zijn iets langer dan jongens tot 9 jaar, daarna zijn ze beide even lang. Op 11-jarige leeftijd krijgen meisjes echter een groeispurt, die aanhoudt tot het 14de levensjaar. Bij jongens duurt deze groei voort tot hun 18de. Eenzelfde ontwikkelingspatroon geldt voor gewichtstoename.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

borstvoeding vs flesvoeding

A

Moedermelk beschermt tegen infecties en ontwikkelt het zenuwstelsel beter. Kinderen met een bepaald genetisch patroon krijgen bovendien een hoger IQ als ze borstvoeding ontvangen. Ook voor moeders is borstvoeding voordelig. Zo verliezen ze makkelijker het gewicht dat ze er tijdens hun zwangerschap bij hebben gekregen. Tevens stimuleert het de intieme relatie tussen moeder en kind. In ontwikkelingslanden is borstvoeding extra belangrijk. Goede flesvoeding is erg duur en er zijn veel goedkope, gevaarlijke varianten op de markt. Vrouwen van boven de 25 die hoger opgeleid zijn en een hogere sociaaleconomische status hebben, geven hun kind vaker borstvoeding dan armere of jongere vrouwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

catch-up growth

A

Als kinderen weer normale voeding krijgen, maken ze vaak een inhaalslag. Ze gaan zich weer normaal ontwikkelen. In welke mate deze inhaalslag gemaakt kan worden hangt echter af van de duur, de ernst en de timing van de ondervoeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

seculaire trend

A

Een verandering in een normatief patroon van een kenmerk dat zich voltrekt gedurende een tijdsperiode. Bv dat mensen in ontwikkelingslanden steeds langer worden en dat steeds meer mensen obesitas hebben.

12
Q

pubertijd

A

Begint bij de hypofyseklier die hormonen afgeeft. De hormonen stimuleren de bijnierschors en de geslachtsklieren om een groeispurt te initiëren.

13
Q

secundaire geslachtskenmerken

A

Bv borstgroei en schaamhaar.

14
Q

primaire kenmerken

A

Spermarche bij jongens en menarche bij meisjes.

15
Q

spermarche

A

De eerste ejaculatie van sperma. Treedt meestal op als jongens 13 zijn.

16
Q

menarche

A

De eerste menstruatie. Treedt gemiddeld op rond 13-14 jaar.

17
Q

oestrogenen

A

De belangrijkste hormonen voor de rijping van het reproductiesysteem voor meisjes.

18
Q

progesteron

A

Het hormoon dat het belangrijkst is voor de menstruele cyclus en voor het voorbereiden van de baarmoeder op de eicel.

19
Q

hoe wordt de tijd van menarche beïnvloed?

A

Meisjes die intensief sporten of een laag gewicht hebben worden later en minder regelmatig ongesteld. Kinderen in minder hechte families rijpen eerder dan kinderen in hechte families. Meisjes die opgroeien in een stressvolle situatie waar geen vader aanwezig is, bereiken eerder hun menarche. Dit zou kunnen komen doordat stress leidt tot vroegrijpheid. Een andere hypothese is dat er een gedeelde genetische factor is, die zowel leidt tot stress als tot vroegrijpheid. Vrouwen die vroeg rijp zijn, krijgen vaak ook eerder kinderen. Dit leidt tot stressvolle situaties. Hun kinderen worden op hun beurt ook weer vroeg rijp.