Hoofdstuk 3: hemisferische specialisatie van functies Flashcards

1
Q

Welke macroscopische verschillen zien we bij de hersenen?

A
  • posterieure hemisfeer is groter links
  • frontaal deel is groter rechts
  • planum temporale (gebied van Wernicke) is groter links
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welk asymmetrie zien we bij de gyri en de sulci?

A
  • gyri: frontaal meer verschillen
  • sulci: posterieur meer verschillen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke asymmetrie zien we bij de ontwikkeling van de ziekte van Alzheimer?

A
  • vroeg in de ontwikkeling ziekte vooral in linker hemisfeer
  • na 1,5 jaar ziekte ook in rechter hemisfeer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke verschillen in connectiviteit zien we tussen de twee hemisferen?

A
  • linker hemisfeer: sterke binnen-hemisfeer connecties
  • rechter hemisfeer: sterke tussen-hemisfeer connecties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke prestatieverschillen zien we bij split-brain patiënten afhankelijk van hoe een stimulus wordt aangeboden?

A
  • object in linker visueel veld -> in rechter hemisfeer -> kan niet worden benoemd, kunnen wel zeggen waarvoor dient (omgekeerd als in rechter visueel veld)
  • object in rechter hand -> info in linker hemisfeer -> gevraagd om verbale output te geven -> lukt (ging niet als object in linker hand)

besluit
- linker hemisfeer -> gespecialiseerd in taal
- rechter hemisfeer -> gespecialiseerd in spatiale verwerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke resultaten zagen we bij het onderzoek met chimerische figuren bij split-brain patiënten?

A
  • als verbaal moesten antwoorden, zeiden wat in rechter visueel veld zagen
  • als links moesten antwoorden, wezen naar wat in linker visueel veld zagen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de beperkingen van studies met split-brain patiënten?

A
  • vertrekken van a-typische hersenen
  • klein aantal patiënten
  • aantal patiënten kunnen probleem van verstoorde communicatie gaan verbeteren door het ontwikkelen van strategieën
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat houdt de WADA-techniek in?

A

Gelateraliseerde verdoving na injectie: één van de twee hemisferen tijdelijk verstoren en kijken wat de gevolgen zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de resultaten van het onderzoek met de WADA-techniek?

A

linker hemisfeer: taal
rechter hemisfeer: niet-verbaal, ruimtelijk
- lijnoriëntatie
- gezichtsherkenning
- herkenning emotionele gelaatsuitdrukkingen
- herkenning timbre/intonatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarvoor worden neurologisch intacte personen gebruikt in onderzoek naar hemisferische specialisatie van functies?

A

Kijken welk voordeel er al dan niet is afhankelijk van in welke hemisfeer een stimulus gepresenteerd wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke theorieën zijn er omtrent de oorsprong van perceptuele asymmetrieën?

A
  • directe toegangstheorie: ontvangende hemisfeer verwerkt, als gespecialiseerd hemisfeer is zal verwerking sneller gaan
  • callosale doorschakeling: degradatie -> informatie wordt overgedragen naar gespecialiseerde hemisfeer als nodig (eventueel verlies van signaalsterkte)
  • activatie-oriëntatie verklaring: aandachtsbias zorgen voor grotere activatie in gespecialiseerde hemisfeer (als bepaalde taak moeten doen, anticiperen zodat gespecialiseerd hemisfeer wordt klaargemaakt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom is het niet gemakkelijk om specialisatie vast te stellen?

A
  • subtractie: is het de experimentele of de controletaak die gelateraliseerd is?
  • hoe moeten activatie links en rechts gaan vergelijken?
  • lage temporele resolutie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het basisverschil tussen de 2 hemisferen?

A

Manier waarop ze informatie verwerken
- linker hemisfeer: hoge spatiale frequenties -> details
- rechter hemisfeer: lage spatiale frequenties -> holistisch beeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer verhoogt hemisferische interactie de verwerkingscapaciteit?

A
  • bij moeilijke taken -> capaciteit van systeem gaan uitbreiden door beide hemisferen te gebruiken
  • voor makkelijke taken beter 1 hemisfeer gebruiken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar zit de taaldominantie bij linkshandigen en rechtshandingen?

A

linkshandigen
- 70% links
- 15% rechts
- 15% bilaterale betrokkenheid
rechtshandigen
- 95% links
- 5% rechts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly