Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Btw en casestudies 1 > Hoofdstuk 3: belastbare handelingen > Flashcards

Hoofdstuk 3: belastbare handelingen Flashcards

1
Q

Wat zijn de 3 belastbare handelingen?

A
  1. levering van goederen/verrichten van diensten
  2. invoer
  3. intracommunautaire verwerving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat betekent ‘overdracht beschikkingsbevoegdheid’?

A

Dit is de overdracht van de macht om als eigenaar over een lichamelijk goed te beschikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is er sprake van een levering bij overdracht?

A

Van zodra de macht om over een goed te beschikken overgedragen wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke elementen moeten aanwezig zijn om te spreken over een levering?

A

-Bestaan van een contract tot overdracht of aanwijzing
-terbeschikkingstelling aan de verkrijger of overnemer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de terbeschikkingstelling aan de verkrijger/overnemer?

A

overdracht van de macht om als eigenaar te kunnen beschikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 3 vormen kan de overdracht aannemen?

A
  1. verkoop
  2. ruil
  3. inbreng in vennootschappen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke 3 soorten verkopen zijn ook leveringen?

A

-onder opschortende voorwaarden
-onder ontbindende voorwaarden
-op afbetaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat betekent ingebruikneming?

A

uitgaande handeling + inkomende handeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke 3 bestemmingen zijn er?

A
  1. eigen behoeften
  2. personeel
  3. schenking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Onder welke roosters vallen onttrekking van bedrijfsmiddelen?

A

Rooster 03 en rooster 54

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom is de plaats van levering belangrijk voor btw?

A

btw kan maar verschuldigd zijn in het land waar de handeling plaatsvindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de algemene regel over de plaats van de levering?

A

plaats waar het goed materieel ter beschikking wordt gesteld aan de verkrijger of afnemer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn 3 afwijkingen over de plaats van de levering?

A
  1. vervoer of verzending
  2. installatie/montage (plaats waar dit plaatsvindt)
  3. gas, elektriciteit, warmte, koude
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de plaats van levering bij: geen vervoer is overeengekomen

A

plaats waar het goed ter beschikking wordt gesteld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de plaats van levering bij: vervoer door/voor rekening van leverancier of afnemer

A

plaats van aanvang goederentransport

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de plaats van levering bij: vervoer van goederen van buiten EU

A

plaats van invoer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de plaats van levering bij: montage of installatie door/voor rekening van leverancier

A

plaats waar montage plaatsvindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de plaats van levering bij: levering gas/elektriciteit aan: btw plichtige wederverkoper
iemand anders

A

vestigingsplaats wederverkoper
plaats waar verbruik plaatsvindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is de plaats van levering bij: levering tijdens intracommunautaire passagiersvervoer

A

plaats aanvang passagiersvervoer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

wat is de algemene regel over het tijdstip van de levering?

A

moment van terbeschikkingstelling aan afnemer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

wat zijn de 4 afwijkingen omtrent tijdstip van levering?

A
  1. vervoer
  2. installatie/montage: voltooing werkzaamheden
  3. doorlopende leveringen: periodieke afrekening
  4. veiligheidsclausule
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

wat is het tijdstip van levering bij: geen vervoer is overeengekomen

A

ogenblik van de terbeschikkingsstelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

wat is het tijdstip van levering bij:
koper is reeds vooral in bezit
verkoper blijft achteraf in bezit

A

tijdstip waarop contract uitwerking heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

wat is het tijdstip van levering bij: vervoer door/voor rekening van leverancier

A

ogenblik van de aankomst van verzending

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

wat is het tijdstip van levering bij: installatie van goederen door of voor rekening van de leverancier

A

tijdstip waarop de werkzaamheden voltooid zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

wat is het tijdstip van levering bij: leveringen met opeenvolgende afrekeningen, andere dan huurkoop of koop op afbetaling

A

tijdstip waarop de periode afsluit waarop een afrekening of betaling betrekking heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

wat is het tijdstip van levering bij: doorlopende vrijgestelde IC leveringen over meer dan 1 kalendermaand

A

uiterlijk einde van elke maand tot de levering worden beëindigd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

wat is het tijdstip van levering bij: levering nieuwe gebouwen

A

uiterlijk bij het verstrijken van btw-termijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat is de regel op totaalprijs bij levering en installatie/montage van roerende goederen?

A

50% op de totaalprijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Wat betekent de 50% regel op totaalprijs?

A

Waarde goederen < 50% totaal = wordt volledig aangezien als dienst
waarde goederen > 50% totaal = wordt volledig aangezien als levering goed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Stel je besteld een radio voor 100 euro. Het subtotaal (je betaalt ook levering) is 225 euro. Gaat het hier om een levering van een goed of een prestatie van een dienst?

A

Het wordt aangezien als een dienst omdat 50% van 225 euro is 122,50 en de radio is 100 wat dus zorgt dat het kleiner is dan 50% van totaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Stel je besteld een radio voor 375 euro. Het subtotaal (je betaalt ook levering) is 500 euro. Gaat het hier om een levering van een goed of een prestatie van een dienst?

A

Het wordt aangezien als levering van een goed omdat 50% van 500 is 250. De radio (375) zit hierboven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

zijn herstellingswerken en levering goederen (benodigdheden, onderdelen) een dienst of een levering?

A

Een dienst zolang de prijs van de goederen kleiner is dan prijs van het werk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

wat is werk in onroerende staat?

A

Dienst wanneer de geleverde materialen onroerend uit hun aard worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Is standaard software een levering of een dienst?

A

Levering van een goed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

is software op maat een levering of een dienst?

A

Prestatie van een dienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

is verkoop gebouw door beroepsoprichter een levering of een dienst?

A

Een levering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

wat is de belastbare dienst?

A

Elke handeling die geen levering van een goed is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat zijn de voorwaarden van leveringen van goederen en prestatie van diensten om onderworpen te worden aan btw? (3)

A
  1. in Belgie
  2. contract onder bezwarende titel
  3. door een handelende BP
40
Q

wat zijn voorbeelden van werken in onroerende staat?

A

herstellen van een dak, metsen van een muur

41
Q

wat zijn voorbeelden van maakloonwerk?

A

Textiel-weverij Vermeersch bezorgt geweven stoffen aan een Atelier. Deze maakt er hemden van. De afgewerkte, kwaliteitsvolle hemden worden door de firma Vermeersch verkocht aan groothandelaars.

42
Q

wat zijn voorbeelden van intellectuele werkzaamheden?

A

opmaken studie, expertise

43
Q

wat is een verkoopmonopolie?

A

Als enige in een bepaalde zone een bepaald product mogen verkopen

44
Q

Wat zijn de voorwaarden voor terbeschikkingstelling van bergruimte voor opslaan van goederen?

A

> 50% gebruikt voor opslaan goederen
<= 10% aangewend als verkoopruimte

45
Q

Wat zijn vrijstellingen voor uitvoering werk in onroerende staat?

A

-Werk verricht door een andere belastingplichtige, hij geen volledig ROA zou hebben
-Werk met andere doeleinden dan deze van de economische activiteit

46
Q

Waaruit bestaat de maatstaf van heffing?

A

De normale waarde van het dienst
totale uitgaven materieel werk
gebruikelijke winst

47
Q

de gelijkgestelde werken in onroerende staat schrijven we in welke roosters?

A

R 03: maatstaf van heffing
4 54: verschuldigde btw

48
Q

Indien de werken zijn uitgevoerd ten behoeve van de economische activiteit, welke roosters gebruiken we?

A

R83: maatstaf van heffing
R59: aftrekbare btw

49
Q

Wat zijn de vrijgestelde diensten?

A

1) diensten inzake medische verzorging
2) diensten en leveringen die nauw samenwerken met maatschappelijk werk
3) personen die aan gezinshulp doen
4) exploitanten van sportinrichtingen onder vorm vzw
5) erkende onderwijsinrichtingen

50
Q

wat is het tijdstip belastbaar feit?

A

tijdstip waarop dienst verricht is

51
Q

Hoe zit het tijdstip opeisbaarheid btw in elkaar voor B2B? (3)

A
  • uitreiking factuur
  • bij betaling indien deze heeft plaatsgevonden vooraleer een factuur werd uitgereikt én voor het plaatsvinden van de dienstprestatie
  • ten laste de 15de van de maand die volgt op de maand waarin de dienstprestatie heeft plaatsgevonden
52
Q

Wanneer is btw opeisbaar bij B2C?

A

Naargelang prijs door klant wordt betaald

53
Q

waar wordt de intracommunautaire levering vrijgesteld?

A

in het land van vertrek

54
Q

waar wordt de intracommunautaire verwerving belast?

A

In het land van aankomst

55
Q

wat zijn intracommunautaire leveringen?

A

leveringen van goederen, die gepaard gaat met vervoer van de ene lidstaat naar een andere lidstaat, verricht door een btw-plichtige

56
Q

wat zijn intracommunautaire verwervingen?

A

het door de afnemer verwerven van het het beschikkingsrecht van een roerend goed in een andere lidstaat dan deze waarvan het goed afkomstig is

57
Q

wat zijn de criteria voor een intracommunautaire verwerving?

A

-verwerving/ aankoop onder bezwarende titel
- in België
-door een btw-plichtige of een niet-belastingplichtige rechtspersoon
-verkoper is een handelende belastingplichtige
- vervoer van ene lidstaat naar andere

58
Q

wat zijn 4 uitzonderingen die niet het voorwerp kunnen uitmaken van een intracommunautaire
verwerving?

A

1) de aankopen verricht bij vrijgestelde kleine ondernemingen
2) verwerving van goederen die het voorwerp uitmaken van een installatie of montage
3) aankopen van aardgas, elektriciteit,… waarvoor een bijzondere plaatsbepaling uitgewerkt is
4) verwerving van goederen onder het stelsel van intracommunautaire afstandsverkopen

59
Q

wat is de plaats van ICV (intracommunautaire verwerving)?

A

plaats waar de goederen zich bevinden op het tijdstip van aankomst van de verzender

60
Q

wat is de anti-ontwijkingsmaatregel?

A

Hier gaat het over een situatie waarbij de verwerven aan de leverancier een btw-identificatienummer van een andere lidstaat opgeeft, dan die waar de goederen materieel toekomen

61
Q

in welk rooster worden de intracommunautaire handelingen geschreven?

A

R46

62
Q

in welk rooster worden de handelsgoederen, grond- en hulpstoffen ingeschreven?

A

R81

63
Q

in welk rooster worden diensten en diverse goederen ingeschreven?

A

R82

64
Q

in welk rooster worden bedrijfsmiddelen ingeschreven?

A

R83

65
Q

waar worden de verschuldigde belasting voor roosters 86 en 88 (intracommunautaire verwerving) ingeschreven?

A

R55

66
Q

in welk rooster wordt de aftrekbare btw ingeschreven?

A

R59

67
Q

wat bedoelen ze met overbrenging van goederen?

A

goederenbeweging zonder eigendomsoverdracht tussen 2 lidstaten binnen dezelfde onderneming
Voorbeeld: Cola verplaatst goederen uit zijn depot in Duitsland naar zij Depot in Zwijnaarde.

68
Q

waar worden de verkopen aan particulieren voor hun privégebruik belast?

A

In het land van herkomst

69
Q

wat zijn de 3 nota’s omtrent koper is particuliere verbruiker?

A

1) accijnsgoederen
2) levering van goederen aan boord van schip, vliegtuig of trein tijdens een IC passagiersvervoer
3) duty free shops

70
Q

Wat betekent de nota accijnsgoederen omtrent particuliere verbruiker?

A

Vanaf een bepaalde hoeveelheid gaat de accijnswetgeving ervan uit dat de goederen niet meer bestemd zijn voor privaat gebruik, maar uit commerciële overwegingen aangekocht zijn

71
Q

wat is het plaats van vertrek van het vervoersmiddel van schip, vliegtuig en trein?

A

plaats van levering

72
Q

wat betekent de nota van duty free shops omtrent de particuliere koper?

A

Elke intracommunautaire reiziger betaalt btw in land van herkomst

73
Q

wat is het tijdstip van ICV bij vervoer door of rekening van de leverancier?

A

Moment vaan aankomst van goederen

74
Q

wat is het tijdstip van ICM bij vervoer door of rekening van iemand anders dan leverancier?

A

moment van de terbeschikkingstelling aan de koper

75
Q

wat is de opeisbaarheid btw ICV?

A
  • moment waarop factuur uitgereikt wordt
  • ten laatste de 15de van de maand volgend op de maand waarin het belastbaar feit zich voordeed
76
Q

Wat is invoer?

A

het binnenbrengen van roerende goederen uit 3de landen binnen grondgebied van EU

77
Q

over welke soort goederen gaat het bij invoer?

A

Altijd over lichamelijke goederen

78
Q

wat is het belastbaar feit?

A

het materiële geit van het binnenbrengen van roerende goederen binnen de EU-grenzen, leidt tot verschuldigde btw

79
Q

waar is de btw opeisbaar bij invoer?

A

in het land waar de goederen de EU binnenkomen

80
Q

Wanneer zijn goederen in vrije verkeer?

A

-Bij betaling van invoerrechten
-mits vervulling van alle invoerformaliteiten

81
Q

wanneer vindt het belastbaar feit plaats en wordt de btw opeisbaar?

A

op het ogenblik waarop de invoer van het goed in BE geschiedt

82
Q

Stel dat we invoer van koffiebonen doen, in welke roosters gaan we dit inschrijven?

A

R81: handelsgoederen, grond- en hulpstoffen
R59: aftrekbare btw

83
Q

Welke roosters gaan we inschrijven bij invoervergunning?

A

R81: handelsgoederen, grond- en hulpstoffen
R87: andere inkomende handelingen waarvoor btw verschuldigd is door aangever (totaal factuurbedrag)
R57: verschuldigde btw
R59: aftrekbare btw

84
Q

Wat is art. 2?

A

levering van goederen, verrichten van diensten

85
Q

wat is art. 2 WBTW?

A

invoer

86
Q

wat is art. 3bis WBTW?

A

intracommunautaire verwerving

87
Q

wat is artikel 9?

A

Goederen

88
Q

wat bedoelen ze met onttrekking?

A

roerend goed van zijn bedrijf ontbreken voor zijn privé doeleinden of privé doeleinden van zijn personeel

89
Q

wat zijn uitzonderingen op ontrekkingen?

A
  • handelsmonsters of handelsgeschenken van geringe waarde (49,99 euro)
  • voedingsmiddelen bestemd voor menselijke consumptie voor liefdadigheidsdoeleinden
  • levensnoodzakelijke niet-voedingsmiddelen voor liefdadigheid
90
Q

wanneer is de btw verschuldigd bij onttrekking?

A

als btw-plichtige de btw voorheen in aftrek heeft gebracht

91
Q

wat is art. 12 § 1?

A

onttrekking

92
Q

tegen wat moeten de onttrokken goederen gewaardeerd worden?

A

kostprijs, aanschaffingsprijs of directe fabricagekost

93
Q

wat is art. 33 W btw?

A

maatstaf van heffing

94
Q

wat is art. 19 w. btw?

A

met diensten gelijkgestelde handelingen

95
Q

wat is artikel 19 § 2 °1

A

gelijkgestelde goed voor economische activiteit

96
Q

wat is art. 19 § 2, °2

A

diensten gelijkgestelde handelingen voor zijn privé gebruik

97
Q

wat is art. 44?

A

vrijgestelde diensten

Btw en casestudies 1 (11 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions