Hoofdstuk 2: ontwikkeling van antisociaal gedrag Flashcards
Definitie gedragsstoornis
psychiatrische stoornis: gedragsproblemen over een langere periode, niet eenmalig
Definitie antisociaal gedrag
alle gedrag dat niet samenstroomt met bestaande regels en normen
Definitie delinquent gedrag
strafbare feiten plegen, tegen de wet
Wat bestudeert DSM-5?
- problemen met zelfcontrole
- rechten van anderen worden geschonden
- conflict met normen en autoriteit
- ontstaan in kindertijd of adolescentie
- co-morbiditeit met andere problemen
OOD: volledige naam, kenmerken en oorzaken
Oppositionele-opstandige stoornis
langer dan 6m aanwezig, minimum 4 van onderstaande symptomen, ook buiten het gezin
Kenmerken
- snel geïrriteerd
- verliest snel kalmte
- vaak boos en wraakzuchtig
- stress voor zichzelf en anderen
- impact op sociaal, educatief en andere belangrijke ontwikkelingsdomeinen
- ergert vaak anderen opzettelijk
- geeft anderen de schuld van eigen gedrag
- regelmatig discussies met autoritaire figuren
- …
Oorzaken
- niet weten hoe ermee omgaan
- angstig => prikkelbaarheid
- achterstand school, complexe situaties => angsten: internaliseren of agressief gedrag
PES: volledige naam, kenmerken en oorzaken
Periodieke explosieve stoornis
= plotse uitbarsting van agressief gedrag waarover een kind geen controle heeft
= NIET eenmalig
Kenmerken
- uitbarstingen
- geen emotionele controle (verbaal/fysiek agressief)
- niet gepland om een bepaald doel te bereiken
Oorzaken
- gedrag niet in verhouding met reactie
NGS: volledige naam, kenmerken
Normoverschrijdende-gedragsstoornis
Kenmerken
- Agressief t.a.v. mensen en dieren
- vandalisme, diefstal, vernieling, … opzettelijk
- wetende dat het verkeerd is, GEEN drang
- regelovertreding
- gepland en doelmatig
- spijbelen, weglopen en huisregels overtreden
- BEPERKTE PROSOCIALE EMOTIES als subcategorie
Casus: meisje die mishandeld werd in een gezin en daarna in pleeggezin verontrustend gedrag stelde
Problemen DSM-5?
kind 1: agressief, maar voor de rest niets
Kind 2: niet agressief, wel spijbelen etc
=> dezelfde diagnose, ander klinisch profiel!
=> doordat je aan 3/15 moet voldoen
Theorieën ontwikkeling antisociaal gedrag
1) sociaal leren (Bandura)
2) Zelfcontrole (Gottfredson & Hirschi)
3) Emotionele deprivatie (Healy & Bronner)
4) Morele socialisatie theorie (Hoffman)
5) Persoonlijkheidsfactoren (Eysenck)!!!!
6) Sociale disorganisatie (James)
7) Labeling en sociale segregatie (Lemert)
…
Problemen theorieën?
Vaak ofwel omgeving of persoonlijkheid bestudeerd, terwijl het een combinatie is.
Uitgangspunten theorieën
- Geen statisch gegeven (niet alles is causaal en je kan niet alles voorspellen)
- Erkenning diverse vormen crimineel gedrag & diverse ontwikkelingslanden
- Resultaat van diverse bio-psycho-sociale invloeden: combinatie
- Risicofactoren VS causale factoren
- Risicofactoren en protectieve factoren
Definitie risicofactoren
Factoren die het risico op iets verhogen
Definitie protectieve/beschermende factoren
Factoren die de kans verkleinen
Equifinaliteit
eenzelfde uitkomst kan resulteren uit diverse risico’s
Vb. Depressie kan verschillende oorzaken hebben
Multifinaliteit
dezelfde risicofactoren kunnen uitmonden in diverse uitkomsten
Vb. Mensen gaan anders om met trauma’s: internaliserend of extranaliserend gedrag
Is antisociaal gedrag genetisch doorgegeven?
Neen, maar via genen kan je wel doorgeven hoe je omgaat met emoties en impulsiviteit. Kunnen risicoverhogend zijn, maar niet causaal. Omgeving speelt cruciale rol!
3 peilers die samen bestudeerd moeten worden
1) interactie (kind-ouder)
2) neurologie (genen)
3) context en omgeving
Verschil risicofactor en uitlokkende factor
risicofactor verhoogt de kans op iets.
Uitlokkende factor is datgene dat ervoor zorgt dat gedrag gesteld wordt. (Vb. Ontslag)
Het bio-psycho-sociaal model: 3 niveaus
1) voorbeschikkende factoren
2) uitlokkende factoren
3) onderhoudende factoren
effecten van stress: bespreek Hypothalamus, hippocampus, frontale lob en amygdala
1) Hypothalamus maakt stress aan (nodig om te overleven)
2) Hippocampus ontvangt deze, maar als het te veel is, kan hij het niet meer aan = overflow in de hersenen
3) frontale lob: reguleert emoties, stress en impulsiviteit —> aangetast door te veel stress
4) amygdala: ontwikkeling angst —> te veel = altijd angstig = stress = vicieuze cirkel
Moffit-theorie
Onderzoek ontwikkelingspaden antisociaal gedrag
1) life-course persistent
= vroege starters
= als kind al antisociaal gedrag dat doorgaat naar volwassenheid
2) Adolescent-limited offensiefs
= late starters
= vanaf puberteit ontwikkeld en neemt af tijdens volwassenheid
= grenzen opzoeken
= stoppen door het besef dat goed gedrag stellen belonender is
Patterson theorie
kenmerken kind < reactie ouder!
Hoe de ouder reageert en beloont, beïnvloed gedragsontwikkeling van kind
Opvoedingsvormen die aversief gedrag bevorderen
- weinig supervisie
- moeilijke overgangsperiode
-inconsistente discipline
- negatieve discipline: zelf boos/emotioneel worden
Kritiek Patterson
we kunnen niet alles op opvoeding steken
Ouders moeten ook behandeld worden zodat hun onderliggende problemen geen invloed meer hebben op reacties tegenover kinderen