Hoofdstuk 2: huid en mucosa Flashcards

1
Q

NITREUZE GASSEN etiologie

A

NO2 - NO - N2O3 - N2O4

  1. industrie (reactie van HNO3 met organisch materiaal), verbranding motoren auto’s en
    industrie
  2. lekken HNO3: luchtwassers varkenshouderij (vorming van NH4NO3)
  3. onvolledige reductie van nitraten, voornamelijk in silo’s
  4. pensmaag
    (N2O = lachgas)

je ziet het.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

NITREUZE GASSEN pathogenese, symptomen en behandeling

A

metHg -> Fe3+, geen normaal O2 transport

Ondersteunde behandeling: AB voor sec bacteriele bronchopneumonie
cortico’s
cardiotonica
diuretica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

CHLOOR EN VERBINDINGEN etiologie

A

desinfectantia
b.v. hypochlorieten (NaOCl - CaOCl2) in zwembaden,

reinigen melkmachines en koeltanks
chloorgas Cl2
b.v. reservoir bij productieprocessen (industrieel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

chloor en verbindingen pathogenese

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Fosgeen

A

chloor en verbindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Yperiet, Lewesiet

A

chloor en verbindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ACUTE KOPERVERGIFTIGING Bronnen

A

Cu-bevattende geneesmiddelen (groeipromotor)
CuSO4 : Bordelese pap (fungicide)
kopernaftenaat (houtbewaringsmiddel)
metallisch koper is niet giftig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ACUTE KOPERVERGIFTIGING pathogenese

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ACUTE KOPERVERGIFTIGING letsel, diagnose, antidoot en behandeling

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

FOTOSENSIBILISERENDE PLANTEN Algemeen werkingsmechanisme

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

PRIMAIRE FOTOSENSIBILISATIE

A

Primair
* Boekweit –> fagopyrine - fluorescerend pigment –> stapelt op in het bloed –> huidcap
–> activatie door UV - hoog energetische toestand en vallen naar lagere E toestand en
kunnen electronen overzetten op zuurstof en zo ontstaat een ROS (reactieve O) –>
fotodermitis
* Sint-Janskruid –> Hypericine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Wat geeft primaire fotosensitisatie?
    A. Hypericine
    B. pyrollizidine
    C. isothiocyanaat?
A

A –> Hypericum perforatum (Sint-Janskruid)

Algemeen werkingsmechanisme
Overdreven gevoeligheid van de huid door aanwezig toxine (= fotodynamische stof). Licht zal deze
fotodynamische stof in de huidcapillairen doen toenemen naar een hogere energietoestand, bij terugval van de
moleculen zal het de elektronen op zuurstof overbrengen. De zuurstofradicalen zal de schade berokkenen.
Schade aan celmembranen / capillairen
Symptomen: Lekkage (oedeem, roodheid, erytheem, necrose en vervellen)
Primaire of secundaire fotosensibilisatie
1°: Boekweit en sint-janskruid, plant bevat stof die rechtreeks op de huid werkt
2°: Plant veroorzaakt eerst leverschade => galobstructie => galpigmenten => in bloedbaan, zijn fotodynamisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Secundaire fotosensibilisatie door:
    a. Jacobskruiskruid
    b. Sint-Janskruid
    c. Koolzaad
A

uhm.. a of c

Hoe werkt het Geven zelfde beeld, andere families
Kruiskruidfamilie (Brassica):
raapzaad - koolzaad - mosterdzaad
Samengesteldbloemigen (Senecio): jacobs-kruis-kruid
Inhoudsstoffen die leverschade geven:
- Galpigmenten zijn ook fotodynamisch.
- Afbraakproduct fylloerythrine van chlorofyl : opstapelen
in bloedbaan, ook fotodynamisch werken
Galpigmenten + fylloerythrine geeft pigmentactivatie
Planten die secundaire fotosensibilisatie kunnen veroorzaken
* Brassica varieteiten
* Senecio
* Heliotropium europeanum , Crotolaria, Lantana, Lupinus, Trifolium, Vicia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

SENECIO

A

jacobs-kruis-kruid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  1. Welk gas heeft een kaustische werking op de bovenste ademhalingswegen:
    a. NO2
    b. CO
    c. HCN
A

A –> NOX + H2O => HNO3 of HNO2
* Veroorzaken etsing van vooral de ademhalingswegen = kaustische werking
* Coagulatienecrose van de mucosa, kan enkele dagen doorgaan

ook HCL of chloorgas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  1. Welke symptomen ziet men bij een hond met thalliumintoxicatie?
    a. …
    b. Diarree, haaruitval, tachycardie
    c. anorexie bradycardie, brady…
A

B

17
Q

Klinische symptomen FOTOSENSIBILISERENDE PLANTEN

A

Ataxie, zwakte, speekselen, depressie
Agressie, excitatie, zweten, speekselen, tremor
Vermageren, zwakte, deshydratatie
Tremor, zwakte, milde kolieksymptomen, lethargie

18
Q

FOTOSENSIBILISERENDE PLANTEN Bloedonderzoek

A

Verhoogd bilirubine
verhoogd GT
Verhoogd ammoniak
verhoogd galzouten

verlaagd ureum

19
Q

Paard met de volgende klachten komt binnen bij kliniek: sloomheid, anorexie en incoördinatie en je ziet korstachtige letsels thv de neus en lippen. Heeft een gedaald ureumgehalte, gestegen ammoniak, gestegen gamma-glutamyl transferase en gestegen totaal bilirubine gehalte. Op de weide wordt een gele bloem gevonden. Welke intoxicatie heeft het paard opgelopen? Verklaar aan de hand van de pathogenese bovenstaande symptomen, letsels en analytische bevindingen. Behandeling?

A

= intoxicatie van een fotosensibiliserende plant
->secundaire fotosensibilisatie

Hoe werkt het Geven zelfde beeld, andere families
Kruiskruidfamilie (Brassica):
raapzaad - koolzaad - mosterdzaad
Samengesteldbloemigen (Senecio): jacobs-kruis-kruid
Inhoudsstoffen die leverschade geven:
- Galpigmenten zijn ook fotodynamisch.
- Afbraakproduct fylloerythrine van chlorofyl : opstapelen
in bloedbaan, ook fotodynamisch werken
Galpigmenten + fylloerythrine geeft pigmentactivatie
Planten die secundaire fotosensibilisatie kunnen veroorzaken
* Brassica varieteiten
* Senecio
* Heliotropium europeanum , Crotolaria, Lantana, Lupinus, Trifolium, Vicia

20
Q

Paard met de volgende klachten komt binnen bij kliniek: sloomheid, anorexie en incoördinatie en je ziet korstachtige letsels thv de neus en lippen. Heeft een gedaald ureumgehalte, gestegen ammoniak, gestegen gamma-glutamyl transferase en gestegen totaal bilirubine gehalte. Op de weide wordt een gele bloem gevonden. Welke intoxicatie heeft het paard opgelopen? Verklaar aan de hand van de pathogenese bovenstaande symptomen, letsels en analytische bevindingen. Behandeling?

A

= intoxicatie van een fotosensibiliserende plant
-> secundaire fotosensibilsatie

Klinische symptomen
Ataxie, zwakte, speekselen, depressie, Agressie, excitatie, zweten, speekselen, tremor, Vermageren, zwakte,
deshydratatie, Tremor, zwakte, milde kolieksymptomen, lethargie

Behandeling Vooral ondersteunend: ceftiofur, trimethoprim-sulfonamides of enrofloxacin, flunixine –> olie, anti-histamintica, analgetica pijn , opstallen!

Leverbiopsie, echografie lever

Post mortem onderzoek
Bleke lever, macroscopische aanwezigheid van fibrose.
Histologie: portale fibrosering, milde galgangproliferatie, enkele binucleaire hepatocyten in de
periportale zone en megalocyten. => zie hoofdstuk lever!

Leverbeschadiging –> dus verklaart stijging GGT gehalte

Bilirubine is een stof die ontstaat bij de afbraak van hemoglobine (rode bloedkleurstof) uit de rode bloedcellen . In de lever wordt bilirubine omgezet. Daarna wordt het met de gal , via de galblaas en de darmen, met de ontlasting afgevoerd uit het lichaam. Als er ergens in dit systeem een afwijking is, kan de bilirubinespiegel in het bloed stijgen. Dit leidt tot geelzucht. –> Een toename van direct bilirubine wijst op een verstopping van de galwegen of op leverbeschadiging. Een toename van indirect bilirubine is een aanwijzing dat er te veel rode bloedcellen worden afgebroken, zoals bij hemolytische anemie.

Ammoniak wordt door enzymen in de lever omgezet in ureum. Dit ureum wordt uitgescheiden via de nieren. Bij leverfalen wordt ammoniak niet in ureum omgezet en hoopt het zich op in het bloed

21
Q
A

Hypericum perforatum of Sint-Janskruid
(hypericine)

22
Q
A

boekweit
(Fagopyrum esculentum

23
Q
A

senecio - jabcosbkruiskruid

24
Q
A

senecio - jabcosbkruiskruid

25
Q
A

Nitreuze gassen - huid en mucosa

26
Q
A

Chloor en verbindingen - huid en mucosa

27
Q
A

Koper acuut - huid en mucosa

28
Q
A

Fotosensibiliserende planten

29
Q
A

Secundaire toxiciteit van cruciferen