Hoofdstuk 2: Bindweefsel - 2.2 Extracellulaire matrix Flashcards
Componenten
- Grondsubstantie
- Bindweefselvezels
- Weefselvloeistof
- Grondsubstantie
- Vaste componenten
> proteoglycanen en glycoproteïnen - Watermoleculen
Grondsubstantie - Proteoglycanen
- Glycosaminoglycanen (GAGs)
- Binding van water aan GAGs zorgt voor resistentie tegen drukkrachten
- Bindweefselvezels
- Collagene vezels
> Eiwit collageen (acidofiel) - Elastische vezels
> Eiwit elastine
Functie grondsubstantie
- Verbindend element;
- Vult ruimte tussen cellen en vezels van het bindweefsel
- Vormt belemmering tegen verspreiding van micro-organismen
Collageen type I
= dikke, stevige collageenbundels
- Grote trek- en drukkrachten
> pees, bot, huid
- Stevigheid door collageenfibrillen > collageenvezels > collageenbundel
Collageen type II
= losse fibrillen, geen vezels
> kraakbeen
Collageen type III
= hele dunne vezels
> los geweven netwerk = reticulum
Collageen type IV
= dunne amorfe membranen
- Lamina basalis
Elastische vezels
= zeer uitrekbaar
> tot 1,5x oorspronkelijke lengte
- Bestaan niet uit afzonderlijke fibrillen
- Zichtbaar door bijvoorbeeld een orceïnekleuring
Weefselvloeistof
= zorgt voor aanvoer van voedingsstoffen en afvoer van afvalstoffen