Hoofdstuk 2 Flashcards
wat zijn de vier verschillende aspecten die je kan onderscheiden bij een boodschap?
- zakelijke aspect: de beschrijving van feiten, de informatie in de boodschap.
- expressief aspect: het gevoel, de emotie die de zender via de boodschap uit.
- relationeel aspect: de verhouding van de zender en ontvanger tot elkaar.
- appellerend aspect: het beroep op de ontvanger om iets te doen.
wat is communicatie?
communicatie is een proces van tweerichtingsverkeer waarbij zowel de zender als de ontvanger actief zijn. beide kunnen van positie wisselen. communicatie is daarom een interactief proces. interactie is geen voorwaarde, maar wel een essentieel voor communicatie.
waar bestaat het klassieke model van communicatie uit?
bestaat uit zender-boodschap-medium-ontvanger.
door de feedback van de ontvanger en terugkoppeling van de zender ontstaat interactie.
agendasetting
de media bepalen wat in de publieke belangstelling staat, maar niet hoe men over die onderwerpen denkt.
boodschap
communicatie-inhoud die de zender aan de ontvanger wil overbrengen.
communicatiemodaliteiten
indeling in verschillende communicatiewijzen in onder andere: voorlichting, public relations, reclame, en propaganda.
decoderen
interpreteren van de boodschap door de ontvanger.
encoderen
het door de zender omzetten van gedachten en/of gevoelens in een boodschap, in woord, beeld en/of lichaamstaal
feedback
de reactie die de ontvanger stuurt naar de zender.
framing
denkraam waarbinnen informatie wordt ingekaderd en bepaalde aspecten worden uitgelicht.
interactieve communicatie
informatieoverdracht tussen een zender en een ontvanger waarbij de ontvanger een actieve rol heeft en mee het proces en de communicatie bepaalt.
interne ruis
verstoring door factoren binnen het communicatieproces.
medium
object dat een communicatieboodschap kan dragen.
non-intentionele communicatie
vorm van communicatie waarbij de zender niet de bedoeling heeft te communiceren, maar waarbij wel een boodschap overkomt. denk aan blozen.
non-verbale communicatie
communicatie door beelden, klanken, gebaren, smaken of geuren.
ontvanger
degene bij wie de communicatie terechtkomt, bedoelt of onbedoeld.
propaganda
communicatie die gericht is op het winnen van mensen voor overtuigingen, ideeën en ideologieën.
public relations
stelselmatig bevorderen van wederzijds begrip tussen een organisatie en haar stakeholders.
reclame
beïnvloedende informatie over producten, diensten en bedrijven via gekochten ruimte in de media
redundantie
al dan niet bewuste overdraad - herhaling - van communicatie.
ruis
factoren die het communicatieproces verstoren
stimulus-respons
theorie die ervan uitgaat dat de massa alles klakkeloos overneemt wat de media inspuiten. ook wel injectienaaldtheorie genoemd.
terugkoppeling
reactie van de zender op de feedback van de ontvanger.
two step flow
communicatietheorie die ervan uitgaat dat de doelgroep (indirect) bereikt wordt door de opinieleiders en influencers.
uses and gratifications
communicatietheorie met als uitgangspunt dat de mensen massamedia gebruiken om hun eigen behoeften te bevredigen.
verbale communicatie
communicatie door woorden, zowel schriftelijk als mondeling.
voorlichting
bewust gegevens hulp en menings- en besluitvorming door de middel van communicatie.
zender
degene die start met het communicatieproces en die een boodschap verstuurt.