Hoofdstuk 12: kwalitatieve datanalyse Flashcards

1
Q

Cyclisch proces

Principes van analyse methoden

A

Een constant vergelijkende methode, waarbij er steeds opnieuw met de data vergeleken wordt en eerdere coderingen en analyses aangepast en verfijnd gaat worden.

De analytische fase is niet persé de laatste fase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Systematisch

Principes van analyse methoden

A

Op een geordende wijze te werk gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Reflexiviteit

Principes van analyse methoden

A

Aandacht schenken aan de data en er analytische notities bij maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Segmentering

Principes van analyse methoden

A

De data opdelen in betekenisvolle en relevante eenheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Inductief

Principes van analyse methoden

A

De datasegmenten worden gecategoriseerd volgens een ordenend systeem dat in hoofdzaak uit de data zélf werd afgeleid.

Dus niet a.d.h.v. een al bestaande theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Flexibel

Principes van analyse methoden

A

De categorieën om segmenten te verdelen zijn hypothetisch. Ze kunnen nog gewijzigd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Eclectisch

Principes van analyse methoden

A

Er bestaat niet één juiste weg/manier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Analytische spiraal

A

Metafoor voor het cyclische karakter van kwalitatief onderzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Deductieve analyse

A

Vertrekken van een al bestaande theorie om de methode te vormen.

Beginnen vanuit een theorie en toetsen met eigen waarnemingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Inductieve analyse

A

Proberen vanuit de eigen data een theorie op te bouwen die in de verzamelende gegevens een voldoende basis vindt.

O.b.v. de interpretatie van de eigen cijfers een theorie ontwikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De gefundeerde theorie

A

Het basisidee van deze methodes is dat de onderzoeker tot theorievorming komt op basis van empirisch materiaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Analytische inductie

A

Het doel is komen tot algemeen geldende uitspraken (theorieën) op basis van specifieke gevallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Databeheer

Fase 1: data-analyse

A

Het gevensbestand opkuisen en analyseklaar maken.

Is tijdrovend indien men geen systematische verzameling heeft aangelegd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Klasseren en identificeren

Fase 1: data analyse (databeheer)

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Datamanagement

Fase 1: data analyse

A

Omvat alle handelingen die ertoe leiden dat onderzoeksdata veilig, vindbaar, toegankelijk en begrijpelijk zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Coderen

Fase 3: data analyse

A

Het maken van categorieën en zoeken naar patronen.

17
Q

Open coderen

Fase 1 van coderen

A

Het opdelen van interviewteksten in stukken/fragmenten door er codes en labels aan te hechten.

Een vorm van datareductie

18
Q

Axiaal coderen

Fase 3: data analyse

A

De verschillende codes verder samen in een conceptueel, theoretisch kader en de categorieën verbinden.

19
Q

Selectief coderen

Fase 3: data analyse

A

Op zoek gaan relaties tussen de categorieën en verifieren van mogelijk relaties op juistheid.

Op zoek gaan naar de verklaringen

20
Q

Memo’s

Codeerinstrument

A

Alle mogelijke commentaren die een onderzoeker tijdens het coderen wil bijhouden.

Door de onderzoek voor de onderzoeker
Krijgt prioriteit

21
Q

Holistische fout

Interpretatiefout

A

De gebeurtenissen en feiten op een meer patroonmatige wijze interpreteren dan dat ze eigenlijk zijn.

Hij ziet de chaos in sommige verschijnselen niet

22
Q

Elitevertekening

Interpretatiefout

A

De data van hogergeplaatste respondenten worden overgewaardeerd, terwijl data van de ‘lagere klasse’ worden verwaarloosd.