hoofdstuk 1; paragraaf 5 Flashcards
1
Q
vruchtbaarheid
A
Gemiddeld aantal levend geboren kinderen dat een vrouw in haar leven krijgt.
2
Q
leeftijdsopbouw
A
De verdeling van de bevolking over de verschillende leeftijdsklassen of cohorten.
3
Q
kindersterfte
A
Het aantal kinderen per duizend levendgeborenen dat voor de vijfde verjaardag overlijdt.
4
Q
demografische druk
A
Het niet-actieve deel van de bevolking (0-19 jaar en >65 jaar) uitgedrukt als percentage van de actieve bevolking (20-65 jaar).
5
Q
demografisch transitie(model)
A
De gefaseerde overgang van een hoog geboorte- en sterftecijfer naar een laag geboorte- en sterftecijfer.