Hoofdstuk 1 Bodem, atmosfeer en oceaan Flashcards

1
Q

Wat is metamorf gesteente?

A

Gesteente dat door metamorfose uit ouder gesteenten is ontstaan, als gevolg van rekristalisatie en chemische processen onder invloed van verhoging van temperatuur en druk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is magmatisch gesteenten?

A

Gesteenten die door stolling uit magma zijn ontstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is sediment gesteenten?

A

Gesteenten die zijn omgevormd door het in laagjes afzetten van afbraak producten van oudere gesteenten, vermengd met eventuele plantaardige of dierlijke resten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Onder welke omstandigheden ontstaan kernfusie?

A

Dit kan alleen plaats vinden onder zeer hoge temperaturen, die bereikt worden door de fusie processen in bijvoorbeeld sterren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat volgde er na de oerknal?

A

De toen ontstane materie koelde af en vormde de eerste sterren. Door kernfusie werd het voornamelijk aanwezige waterstof gedeeltelijk omgezet naar Helium waarna dit verder gedissocieerd werd tot Koolstof.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe worden sterren gevormd?

A

Deze worden gevormd in enorme gas en deeltjes ‘wolken’ die plaatselijke massaverdichtingen veroorzaken. Deze verdichtingen hebben een aantrekkingskracht waardoor meer gas en deeltjes worden aangetrokken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat gebeurt er met de energie die vrijkomt in een ster?

A

Deze straalt de ster uit, echter niet alle energie wordt uitgestraald dus de ster wordt als maar warmer wat kernfusie mogelijk maakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Onder welke omstandigheden is het neutronen proces mogelijk? En waarom is dit belangrijk?

A

Tijdens supernova’s. Hierdoor kunnen elementen zwaarder dan ijzer gevormd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de Latijnse benaming van het oppervlak van de aarde?

A

De lithosfeer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de asthenosfeer?

A

De mantel die zich onder de lithosfeer bevindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe kan paleomagnetisch onderzoek beschreven worden?

A

Op het moment dat vloeibaar vulkanisch gesteente afkoelt, worden ijzerhoudende mineralen gemagnetiseerd volgens de richting van het dan heersende magneetveld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly