Hfst 4: tussen klassestrijd en individueel pessimisme Flashcards

1
Q

Ludwig Feuerbach

A
  • 19de eeuw
  • synthese idealisme en materialisme
  • materialistisch humanisme
  • nadruk op de mens
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Karl Marx

A
  • 19de eeuw
  • filosofie moet niet alleen de wereld interpreteren, maar ook veranderen
  • kritiek Feuerbach
  • historisch materialisme
  • kritiek op burgerlijke revolutie, vrijheid, gelijkheid, broederlijkheid
  • ontwikkeling vd mensheid: van primitief communisme naar socialistische maatschappijvorm
  • Aliënatie (zie ook feuerbach’s en Hegel’s betekenis)
  • reïficatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Arthur Schopenhauer

A
  • 18de-19de eeuw
  • tegenhanger Hegel
  • “Die Welt Als Wille und Vorstellung”: de vernietigende Wil
  • > 2 manieren om te ontkomen: kunst en godsdienst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Soren Kierkegaard

A
  • 19de eeuw
  • vertrekt van het concrete individu
  • de wereld is zinloos en wanhopig = het inzicht
  • existentieel handelen en overgave aan God = uitzicht
  • > atheïstisch existentialisme tegenover religieus existentialisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Friedrich Nietzsche

A
  • 19de eeuw
  • ‘Wille Zur Macht’ -> evolutie naar Uebermensch
  • godsdienst, burgerij en socialisme hielden deze evolutie tegen
  • dwarsligger, kritiek op alles en iedereen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly