Hfst 2 Flashcards
Zender
Iemand die informatie stuurt
Ontvanger
Iemand die informatie ontvangt
Directe communicatie=
Verloopt weinig of geen tijd tussen het zenden van een bericht en het ontvangen
Indirecte communicatie=
Verloopt meer tijd tussrn het zenden en ontvangen. De informatie wordt bewaard en pas later door de ontvanger bekeken
Communicatiemiddel
Is ook een medium of een informatiedrager
Directe communicatie met pc
Als hij verbinding maakt met het netwerk of internet
Protocol
Waar afspraken in worden beschreven
Sensor
Een apparaat dat iets in de omgeving waarneemt en signalen doorgeeft aan een systeem
Actuator
Het systeem dat iets bestuurt, het systeem bestuurt die motoren
Bv: kraan open of dicht draaien
Belangrijke stuurinformatie betreft bv:
- contact leggen
- wisselen van rol
- de ontvangst van berichten bevestigen
- aangeven dat een bericht niet goed is overgekomen
- contact verbreken
Ip : internet protocol
Regelt het versturen van pakketjes data tussen 2 computers
Tco: transfer control protocol
Zorgt ervoor dat data foutloos overgezonden wordt
Ftp: file transfer protocol
Voor het uploaden en downloaden van bestanden op een server
Smtp: simple mail transfer protocol
Voor het versturen van mails
Pop: post office protocol
Voor het beheren van je mailbox bij een provider