hfdst 2 Flashcards
Klassieke/ Pavloviaanse conditionering
HET KOPPELEN VAN 2 STIMULI ZORGT ERVOOR DAT DE REA OP 1 ERVAN VERANDERT
- onvoorwaardelijke stimulus: prikkel die reflexmatig reflex uitlokt vb voedsel
- onvoorwaardelijke reflexreactie: vb speekselproductie
- voorwaardelijke stimulus: oorspronkelijke neutrale prikkel
- voorwaardelijke reactie: reactie na leerproces
aversieve conditionering
uitdoving
spontaan herstel
het probleemgedag daalt door het toedienen van een positieve of negatieve straf
UITDOVING: proces van de verdwijning van de voorwaardelijke reactie
SPONTAAN HERSTEL: voorwaardelijke reactie zonder nieuwe conditionering
prikkelveralgemening en prikkeldiscriminatie
proef blauw en gele licht
Hogere orde conditionering
proef met bel
EXPER: Garcia coyotes en schapen
proef met bel: Blauw licht–> prik, blauw licht + bel –> geen prik maar toch een angstige reactie
het stoppen van coyotes die op wilde schapen jaagden door vergiftigd lamsvlees
Is er een verband tussen de voorwaardelijke prikkel en de onvoorwaardelijke prikkel?
EXPERIMENT: dorstige ratten, bestraling, lichtflits en smaak
- Misselijkheid(gevolg bestraling) werd geassocieerd met de smaak van het water, niet met de visuele en auditieve prikkels
- Pijn werd geassocieerd met de lichtflits en het geluid maar niet met de smaak
–> voorwaardelijke en onvoorwaardelijke prikkels kunnen niet arbitrair (willekeurig) gekozen worden in een conditioneringstraining
Operante conditonering -Skinner
Skinnerbox
wet van het effect
behaviorisme
Invloed beloning en straf op gedrag
wet van het gedrag: gedrag dat beloond wordt, vertoond zich vaker
behaviorisme: gedrag is door de omgeving bepaald en aangeleerd
Wat is het verschil tussen klassieke en operante conditionering?
klassieke conditionering: verbanden aangeleerd tussen gedrag en prikkels die daaraan voorafgaan.
Operant conditioneren is het leren van verbanden tussen gedrag en de resultaten die daarop volgen. Bij deze leervorm wordt bepaald bewust gedrag bekrachtigd of juist bestraft.
Positieve bekrachtiging
beloning geven
gedrag neemt toe omwille van de toegediende prikkel
negatieve bekrachtiging
beloning= het wegnemen van iets onaangenaams
uitdoving/ extinctie
aangeleerd gedrag daalt wanneer niet langer gevolgd door bekrachtiging
intermittente bekrachtiging
gedrag minder frequent belonen
vaste ratioschema
gedrag word beloond na en precies aantal keer van het vaststellen van gedrag
variabele ratioschema
gemiddeld aantal keer vaststelling
vb gokverslaving
vaste intervalschema
bekrachtiging na identieke tijdsinterval
variabel intervalschema
verschillende intervallen, maar gemiddelde vooraf vastgelegd