het biopsychosociaal model Flashcards

1
Q

1: biologische component

A
  • def.: dit aspect richt zich op de fysieke en genetische factoren die invloed hebben op de gezondheid
  • vb.: genetische aanleg, lichamelijke ziekten, voeding en medicatie
  • belang: biologische processen kunnen symptomen veroorzaken en de effectiviteit van behandelingen beïnvloeden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

2: psychologische component

A
  • def.: dit omvat mentale processen, emoties en gedragingen die invloed hebben op de gezondheid
  • vb.: stress, angst, depressie en copingsmechanismen
  • belang: psychologische factoren kunnen de perceptie van ziekte beïnvloeden en de manier waarop mensen met ziekte omgaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

3: sociale component

A
  • def.: dit aspect kijkt naar de invloed van sociale netwerken en culturele context op de gezondheid
  • vb.: gezinsstructuur, sociaaleconomische status en maatschappij steun
  • belang: sociale omstandigheden kunnen zowel risico- als beschermende factoren zijn voor de gezondheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

biologische factoren

A
  • familiegeschiedenis
  • fysieke symptomen
  • puberteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

psychologische factoren

A
  • negatieve gedachten en faalangst
  • lage eigenwaarde
  • copingsstrategiën
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

sociale factoren

A
  • schooldruk
  • sociale media
  • ouderlijke druk
  • vriendenkring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly