Herhaling Flashcards

1
Q

Algemene begrippen

A

De herhaling is een aanwijzing dat de dader een groter gevaar oplevert voor de maatschappij. Op
strafrechtelijk gebied doet zij de vraag rijzen over de uitwerking van de straftoemeting.

  • Klassieke school: herhaling = strafverzwaring en dus ook terug te vinden in het SWB
  • Moderne school: de maatschappij moet beschermd worden tegen recidive
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Een wettelijke definitie van herhaling ontbreekt, wel in rechtspraak en rechtsleer duidelijk
omschreven

A
  • Persoonlijke verzwarende omstandigheid
  • Waardoor de dader die misdrijven pleegt nadat hij alreeds in een kracht van gewijsde gegane
    beslissing is veroordeeld tot straf voor plegen van een misdrijf
  • Voor het nieuwe misdrijf in de door de wet bepaalde voorwaarden zwaarder wordt gestraft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kenmerken?

A
  • Algemeen: geldt voor alle misdrijven
    o verzwaO gelden integendeel enkel op bepaalde misdrijven
  • Persoonlijk: eigen aan de persoon v.d. dader. Enkel dader krijgt strafverzwaring, niet de deelnemers.
    o Omdat het niets te maken heeft met het begrip noch de bestanddelen van het misdrijf,
    het is een persoonlijke omstandigheid eigen aan de dader en met weerslag op de straf
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Onderscheid tussen twee soorten herhaling

A
  • algemene herhaling = algemene regel
    *bijzondere herhaling = uitzondering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

algemene herhaling = algemene regel

A

o Het nieuwe misdrijf hoeft niet hetzelfde misdrijf te zijn waarvoor de dader al veroordeelt werd (bv terug diefstal na diefstal)

o Herhaling bestaat ongeacht de aard v.h. nieuwe misdrijf voor zover de door de wet gestelde voorwaarden vervuld zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

*bijzondere herhaling = uitzondering

A

o Soms vereist de wet dat het nieuwe misdrijf hetzelfde (Bv. familieverlating, afzetterij)
of van dezelfde aard(vb. drugsmisdrijven) is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Naargelang de duur v.d. periode tijdens welke een veroordeelde persoon zich in staat van wettelijke
herhaling kan bevinden onderscheidt men:

A
  • Bestendige staat van herhaling
    o de vroeger opgelopen veroordeling blijft een basis van herhaling ongeacht de tijd die verlopen is
    o bevoordeelt veroordeling door een criminele straf
  • Tijdelijke staat van herhaling
    o de vroeger opgelopen veroordeling kan slechts gedurende een bepaalde tijd (12 md of
    5 jr. naargelang het geval) een basis van herhaling zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

De herhaling kan hetzij een verplicht hetzij een facultatief karakter hebben

A

Verplicht : wanneer de wet er een verplichte strafverzwaring aan verbindt (Bv. art. 54 laatste
lid, art. 55 laatste lid Sw.).

  • Facultatief: wanneer de rechter vrij kiest om er rekening mee te houden bij de straftoemeting
    (Bv. art. 54 eerste en tweede lid, art. 56 Sw.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Algemene voorwaarden van de wettelijke herhaling

A
  • Een vroegere veroordeling tot een straf
    o In kracht van gewijsde getreden en uitgesproken door BE SRB of een SRB van een
    lidstaat van de Europese Unie
  • Een nieuw misdrijf
  • Een door de wet bepaald geval van recidive
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Een vroegere veroordeling

A

Enkel een veroordeling tot een straf:
* Internering is dus geen basis voor recidive
* Eveneens de opschorting van de uitspraak van de veroordeling
Die moet in kracht van gewijsde zijn getreden

  • De eerdere veroordeling mag niet meer vatbaar zijn voor verzet, hoger beroep, Cass beroep

o Let op een verzet dat nog kan aangevochten worden in de buitengewone termijn kan wel al dienen als grondslag voor herhaling

Uitgesproken door BE SRB of een SRB van een lidstaat van de Europese Unie

Vroeger enkel BE SRB
* Is aangepast en nu Zie art. 57bis en 99bis Sw
o 57bis Sw: herhaling wordt ook toegepast voor vroegere veroordelingen die in aanmerking genomen worden in 99bis

o 99bis Sw: dat veroordelen van een SRB in een lidstaat van de EU onder dezelfde voorwaarden in aanmerking worden genomen als de veroordelingen van BE SRB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Een nieuw misdrijf

A

De aard van dit misdrijf is meestal bepalend voor het bestaan en de gevolgen van herhaling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Een wettelijke herhaling

A

een wettekst moet de voorwaarden en de gevolgen vaststellen die volgen uit het bestaan van een
eerdere veroordeling en het plegen van een nieuw misdrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer is herhaling uitgesloten?

A

De toepassing v.h. stelsel van herhaling uit het Sw. is enkel uitgesloten bij een veroordeling wegens
een misdrijf uit een bijzondere wet gevolgd door een veroordeling wegens een nieuw misdrijf uit die
bijzondere wet, wanneer die bijzondere wet een afwijkend stelsel van herhaling bepaalt en wel aan alle
voorwaarden van dat afwijkend stelsel van herhaling is voldaan. → dan is namelijk de afwijkende
regeling van kracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  1. Gevallen van wettelijke herhaling
A

Herhaling van misdaad na misdaad
Herhaling van misdaad na wanbedrijf
Herhaling van wanbedrijf na misdaad
Herhaling van wanbedrijf na wanbedrijf
Herhaling van overtreding na overtreding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Misdaad na misdaad

A

Alles staat in art 54, en 55 voor hechtenis.
Buiten die gevallen kan niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wanbedrijf na wanbedrijf:

Vroegere veroordeling met gevangenisstraf van min. 1 jr. (effectief of met uitstel) moet uitgesproken
zijn wegens een enkel feit met hetzelfde misdadig opzet

A
  1. Kan zowel een inbreuk op het SWB of de bijzondere wet uitmaken
  2. Geen samentellen van verschillende uitgesproken straffen Bv. van 3 md + 6 md + 4 md. Voor
    het bereiken van de termijn van 1 jaar
    a. Wel indien uitgesproken als één misdadig opzet.
  3. !!! ≠ een veroordeling tot een gevangenisstraf van 12 maanden
    a. 12 maanden is = 12 * 30 dagen (art 25 laatste lid Sw) = 360 dagen waarin een jaar
    365/366 dagen is (HvC)
17
Q

e) Herhaling van overtreding na overtreding

A

Er is herhaling wanneer de overtreder wegens dezelfde overtreding reeds is veroordeeld binnen de 12 voorafgaande maanden
* Dit is een tijdelijke staat van herhaling die facultatief is
* Het is een geval van bijzondere herhaling
Strafverzwaring wordt bepaald in art. 562 Sw. en art. 564 Sw
* naast een geldboete ook wordt telkens een gevangenisstraf van een bepaald aantal dagen

18
Q
  1. Bijkomende gevolgen v.d. herhaling
A

Zelf als er wordt er geen strafverzwaring toegepast, de recidive heeft negatieve gevolgen voor de
betrokkene.

  • De voorwaarden voor voorwaardelijke invrijheidsstelling zijn strikter maar er is geen
    uitsluiting ervan: het gedeelte v.d. straf dat ze moeten hebben ondergaan om in aanmerking te
    komen is langer.
  • De proeftijd voor herstel in eer en rechten (art. 626 Sv)
19
Q

Verjaring:

A

De termijn van 5 jaar begint slechts te lopen te rekenen vanaf de datum waarop de straf hetzij
ondergaan, hetzij verjaard is.

  1. In art 56 2de lid = “sinds hij zijn straf heeft ondergaan” betekent niet dat er slecht herhaling is
    vanaf het moment dat men zijn straf is ondergaan
  2. Het is voldoende dat de vroegere veroordeling kracht van gewijsde heeft gekregen

a. Misdrijven gepleegd na het in kracht van gewijsde treden van de veroordeling maar
voor het ondergaan van de straf komen dan ook in aanmerking voor de staat van
herhaling

  1. Bij voorwaardelijke invrijheidstelling = vanaf de datum dat de invrijheidstelling definitief is.
  2. Bij een veroordeling met uitstel = bij het verstrijken v.d. proeftijd wordt de straf geacht ondergaan te zijn en dan pas gaat de termijn van 5 jaar in.
    a. Aldus blijft de veroordeelde tot een gevangenisstraf met uitstel langer aan het risico v.d. wettelijke herhaling blootgesteld dan de veroordeelde die een effectieve gevangenisstraf van dezelfde duur oploopt.