b) Bijkomende straffen voor misdaden en wanbedrijven Flashcards

1
Q

TBS van de strafuitvoeringsRB

A

De TBS van de SURB beoogt een extra beveiligingsperiode in te stellen na de vrijheidsberovende straf
om de maatschappij te beschermen tegen personen die bepaalde ernstige feiten hebben gepleegd die de
integriteit van personen hebben aangetast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Soorten TBS

A

Verplicht en facultatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De termijn van de TBS

A

5 – 15 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer gaat het TBS in?

A
  • Gaat in na het verstrijken van de hoofdgevangenisstraf of van de opsluiting
  • De SURB moet hier voorafgaandelijk aan het verstrijken hiervan beslissen:
  • of gaan ze de persoon onder TBS in vrijheid stellen
  • Of is de persoon te gevaarlijke voor de maatschappij en die moet in de gevangenis blijven.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ontzetting uit burgerlijke en politieke rechten:

A

Je mag bepaalde rechten niet meer uitoefenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Voor waaneer is de ontzetting?

A

Voor de toekomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke soorten ontzetting zijn er

A

Soort: Verplicht of facultatief zijn
Duur: Levenslang of tijdelijk
Omvang: Geheel of gedeeltelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wanneer gaat de ontzetting in?

A

De ontzetting gaat in op de dag dat de veroordeelde zijn straf heeft uitgedaan of dat zijn straf verjaard
is

Maar de ontzetting heeft meteen gevolg vanaf de dag waarop de veroordeling onherroepelijk is geworden
* Bij uitstel (gedeeltelijk of in zijn geheel) van de tenuitvoeringlegging van de straf gaat de
ontzetting in de dag waarop het uitstel begint te lopen
o Als het uitstel wordt herroepen wordt de straf uitgevoerd en begint de ontzetting te
lopen de dag waarop de veroordeelde zijn straf heeft ondergaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly