HC7 Flashcards
Scheefheid
in hoeverre de beschikbare middelen in de samenleving scheef verdeeld zijn in absolute en relatieve zin
Openheid
- mobiliteit (in hoeverre is het mogelijk om jezelf omhoog te werken of terug te vallen op de sociale ladder)
- sociale afstand (in hoeverre kijkt een groep op tegen een hogere klasse en neer op een lagere klasse)
Sociale stratificatie
systeem waarmee een samenleving categorieën van mensen rangschikt in een bepaalde hiërarchie
Kastenstelsel
sociale stratificatie op basis van afkomst
Reproductie
de waarschijnlijkheid dat jij tot dezelfde sociale klasse behoort als je ouders
Mobiliteit
Een deel van de bevolking stijgt of daalt op de sociale ladder door individuele prestaties
Sociale kwestie
loonwerkers hadden geen keuze om niet te werken door de omstandigheden, omdat ze anders verhongerden
Meritocratie
het verzwakken van grenzen tussen sociaaleconomische klassen door het stimuleren van sociale mobiliteit zoals gelijke kansen en openheid–> je positie in de samenleving wordt toebedeeld op basis van inzet en kunde
Herverdeling
het verkleinen van verschillen tussen sociale klassen door inkomensherverdeling van hoge naar lage klassen
Verzorgingsstaat
resultaat van onderhandelingen tussen georganiseerde belangen in de samenleving
Morele kenmerken
waarden die centraal staan in de verzorgingsstaat
Structurele kenmerken
de inrichting en organisatie van de staatsvorm
3 functies van de verzorgingsstaat
- Werknemersbescherming (minimumloon en ARBO wetgeving
- Horizontale herverdeling (reduceren van inkomensverschillen dmv verzekeringen en uitkeringen
- Verticale herverdeling (verkleinen van ongelijkheden dmv toeslagen en belastingen)
Verschuiving verzorginsstaat
Paternalistiche verzorgingsstaat–>participatie samenleving met privatisering van de overheid
Globaliseringstheorie
Nederland heeft tegenwoordig hoger opgeleiden in de kenniseconomie en verzorgingsstaat, maar alle arbeiders hebben zich gevestigd in andere landen zoals Bangladesh