HC.3: Verwerking suiker, vet en aminozuren Flashcards
Bloedsuikerspiegel
Per dag hebben we 130 mg/min glucose nodig. Hiervan gaat
- 90 mg/min naar de hersenen + ery’s
- 25 mg/min naar spieren
- 15 mg/min naar vetweefsel/nieren
Hoge bloedsuikerspiegel
Bij te veel glucose wordt het omgezet in vetweefsel
Lage bloedsuikerspiegel
Bij te weinig glucose wordt glycogeen omgezet in glucose en kan glucose ontstaan uit glycerol, lactaat en ketonlichamen
Voedingstoestanden
Storage mode
- Well-fed (goed-gevoed)
- Early-refed (maaltijd na periode van vasten)
Production mode
- Post-absorptive (overnacht vasten: 4-12h)
- Early fasting (vasten 12-36h)
- Late fasting (langdurig vasten: >36h
- Starvation (hongerstaken: > 1 week)
Hormonen bloedsuikerspiegel
Storage mode
- Insuline
Production mode
- Glucagon
- Adrenaline
- Cortisol
- Groeihormoon
Storage mode
Bouwstoffen worden uit bloedbaan gehaald en opgeslagen. Glucose opgenomen in lever en spieren en vetzuren in vetweefsel.
Processen storage mode
Glycogenese, lipogenese, triglyceride synthese
Er is netto eiwit synthese
Production mode
Post-absorptive: energie uit glucose voorraad en leverglycogeen
Early fasting: eiwitten worden afgebroken om glucose te produceren, maar ook lactaat en glycerol
Late fasting: veel vetzuren komen vrij die in de lever worden geoxideerd, verminderde eiwitafbraak door minder glucosebehoefte door opgestarte ketogenese
Starvation
Starvation: hersenen functioneren op ketonlichamen
Processen production mode
Glycogenolyse, gluconeogenese, lipolyse, ketogenese
Er is netto eiwitafbraak
Regulatiemechanismen
Richting en flux worden bepaald door hormonen via:
- (De)fosforylering sleutelenzymen
- Allosterie van sleutelenzymen
- Inductie/repressie sleutelenzymen
- Rekrutering transporteiwit
- Substraataanbod