HC week 5 Flashcards
Aan welke receptor hecht HIV, en welke coreceptor is daarvoor nodig?
CD4
coreceptor:
- CCR5 (meestal)
- CXCR4 (nog weleens in latere stadia)
Welke enzymen bevat het HIV-virus en waarvoor dienen deze?
- reverse transcriptase: maken van cDNA vanuit dsRNA
- integrase: inbouwen van viraal dsDNA in het hostDNA.
Wat zijn mogelijke aangrijpingspunten om HIV-replicatie te remmen?
- blokkeren CD4 of coreceptor CCR5 of CXCR4
- reverse transcriptase inhibitor (nucleoside-analogen of non-nucleoside)
- integrase remmer
- tat antagonist: remming van transcriptie
- protease inhibitor: voorkomen van virusassemblage
Welke 3 stadia worden bij onbehandelde HIV onderscheiden?
1: acute HIV
2: latente HIV
3: AIDS
Welke klinische symptomen kunnen optreden bij het stadium van acute HIV?
- koorts
- vermoeidheid
- rash
- hoofdpijn
- lymfadenopathie
- faryngitis
- arhtralgie
- myalgie
- nachtzweten
- GI-symptomen
- aseptische meningitis
- orale of genitale ulcera
Waardoor ontstaat de latente fase van HIV?
het eigen beenmerg houdt, ondanks de vele virusreplicatie, de CD4 populatie in stand door nieuwe CD4-cellen aan te maken
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met Herpes zoster?
400
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met tuberculose?
350
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met orale candidiasis?
300
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met een Pneumocystis carinii pneumonie?
200
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met oesophageale candidiasis?
200
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV mucocutane herpes?
200
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met toxoplasmose?
100
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met cryptococcose?
100
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV coccidioidoomycosis?
100
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met Mycobacterium avium complex?
100
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV met cytomegalovirus?
100
Hoe schat je de CD4-lymfocyten count (cellen per microliter) bij iemand met HIV cryptosporidiose, PML?
50
Welke preventieve behandeling geef je bij HIV patiënten met CD4 > 200?
- geen profylaxe
- influenza vaccinatie
- pneumokokken vaccinatie
- hepatitis A en hepatitis B vaccinatie
Welke preventieve behandeling geef je bij HIV patiënten met CD4 < 200?
co-trimoxazol 1dd 470 mg per os (tegen Pneumocystis jirivocci pneumonie (PJP)
en vaccinaties
Hoe vind HIV transmissie naar kinderen plaats?
- Verticaal (moeder naar kind) 90% van alle transmissies
o MTC-transmissie - MTC-transmissie van HIV zonder behandeling: 20-30% procent
o Intra-uterien: < 5%
o Near of during delivery: 50-80%
o Borstvoeding: 15-20% - Bloedtransfusie / i.v. drugsgebruik
- Seksueel
- Traditional medicine (snijden met scheermesjes om traditionele geneeskunde); heel weinig
Wat is de definitie van AIDS?
persoon met HIV en AIDS-defining condition OF een aCD4 count < 200 cellen/mL
Echter, voor kinderen geldt een andere afkapwaarde, CD4s zijn leeftijdsafhankelijk
Wat zijn voorbeelden van AIDS-defining conditions?
CMV retinitis (met verlies van zicht)
HIV-gerelateerde encefalopathie
Tuberculose (pulmonaal of extra-pulmonaal)
Invasieve cervicale kanker
Chronische intestinale cryptosporidiose
Pneumocystis Jiroveci Pneumonie
Waarom zien we steeds meer virusinfecties in NL?
- overbevolking
- reizen
- veehouderij
- klimaatverandering
