HC 6 oefenvragen Flashcards
Leg uit wat de rol van moeras is in het groeien van hoogveen
Veengrond is ontstaan doordat afgestorven planen in moerassen bewaard zijn gebleven onder natte, zuurstofarme omstandigheden. Er ontwikkelt zich in eerste instantie laagveen. Gebrek aan zuurstof en een hoge zuurgraad in de voortdurend vochtige bodem remmen de afbraak van dode planten en leiden tot de vorming van veengrond. Zo groeit het veen uiteindelijk boven de grondwaterspiegel uit. Nadat het ontstane veen de invloed van het grondwater ontgroeit en de venen alleen gevoed worden door mineraalarm regenwater, slaat de veenvorming om in hoogveenvorming.
Leg uit waarom er op een hoogte van ongeveer 60 m. boven NAP bij het landgoed Water Meerwijk water voor komt? Leg ook uit wat voor bodemmateriaal er onder het water ligt en hoe dat materiaal daar terecht is gekomen (vanaf 300.000 BP tot nu).
Toen het landijs zich terugtrok, werden aan de oostkant van de stuwwal de tongbekkens opgevuld met spoelzand van de stuwheuvels en sedimenten van de Rijn. In het tongbekken van Groesbeek bevindt zich onder het spoelzand ingespoeld keem, dat een waterkerende laag vormt. Hierdoor kan water niet wegzakken en blijft regenwater liggen.
Leg uit, en gebruik daarvoor de relevante concepten, waarom het voor zwemmers gevaarlijk is de zee in te gaan op plaatsen waar geen branding te zien is.
Op plekken waar geen branding te zien is is er een sterke retourstroom (ook wel mui genoemd). De hevige retourstroom ontstaat doordat er een onderbreking is in de zandbak die loodrecht op het strand staat waardoor water met veel kracht terug naar de zee stroomt.
De laatste ijstijd bereikte zijn grootste gebied over Europa ongeveer _________ jaar geleden.
250.000
Het proces waarbij golven bij het naderen van landtongen langzamer gaan golven en de golven zich om de landtongen heen moeten slaan, wordt ________________ genoemd.
golf-refractie
Welk kenmerk is kenmerkend voor kusten met barrières?
getijde-openingen
Welke omschrijving beschrijft de volgorde van de kenmerken die worden waargenomen wanneer een brekende golf een kust nadert en uiteindelijk breekt?
De golf wordt steiler, valt naar voren en snelt de strandhelling op
Leg uit waardoor de zeespiegel steeg in het Holoceen. Geef voor de Noordzee bij Nederland de twee belangrijkste oorzaken en leg uit hoe deze bijdragen aan de zeespiegelstijging na afloop van het laatste glaciaal
De ijskappen op Scandinavië smolten, waardoor de zeespiegel absoluut steeg. Doordat het ijs smolt, werd er druk van het land gehaald, waardoor Nederland relatief lager kwam te liggen (wipwap-effect)
Zeegolven zorgen zowel voor sedimentatie als voor erosie van zandstranden. Leg uit waarom we in Nederland toch mooie zandstranden hebben ondanks de eroderende werking van golven.
Aan de westkust van Nederland zijn er micro- en meso-getijden. Doordat er minder energie in deze getijden zitten zetten ze meer af dan dat ze wegslaan. Door kustdrift zet het water meer zand af, dan dat het mee terug neemt
De retourstroom, als water terugstroomt van een strand, kan ook worden aangeduid als een________.
onderstroom
Zeegolf-terugvloeiing stroomt _______________________.
loodrecht op de kustlijn
Een opeenvolging van afwisselende ijstijden en interglaciale perioden, over een periode van 1 tot 10 miljoen jaar of meer, vormt een ____________.
ijstijd
Wanneer golven een kustlijn onder een hoek naderen, komt er parallel aan de kust een stroming op gang in een richting weg van de wind. Dit is specifiek bekend als de ___________.
kuststroming
Leg uit waarom uiterwaarden frequent uitgegraven worden en met welk doel.
Uiterwaarden zijn er om overtollig water op te vangen. Hierdoor worden overstromingen voorkomen. Als de uiterwaarden te ondiem worden moeten ze worden uitgegraven omdat ze anders hun functie verliezen en het risico op overstromingen groter wordt.
De verschuiving van materiaal op en neer langs de kustlijnrand met het op- en afspoelen wordt specifiek _________ genoemd.
kustdrift