HC 4 Persoonlijke gedragsdeterminanten Flashcards

1
Q

Intentie

A

Mate waarin iemand van plan is het gedrag uit te voeren

Intentie wordt veroorzaakt door andere determinanten (attitude, subjectieve norm, waargenomen gedragscontrole/eigen effectiviteit

Verwijst naar de sterkte van de motivatie (kwantiteit)

Ben ik van plan gedrag X uit te voeren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Motivatie

A

Verwijst naar de aard van de motivatie (kwaliteit)

Intrinsieke motivatie: drive komt uit de persoon zelf

Extrinsieke motivatie: drive komt bij de persoon (arts, partner)

Waarom ben ik gedreven om gedrag X uit te voeren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Attitude

A

Vind ik gedrag X positief of negatief?

Attitude structuur:

  • Beliefs: afzonderlijke voor- en nadelen van het gedrag
  • Cognitief: gerelateerd aan kennis ‘gedrag X is goed voor mijn gezondheid’
  • Affectief: gerelateerd aan gevoel: ‘gedrag X is fijn’
  • Conatief: gerelateerd aan gedrag en de neiging om acties te ondernemen: ‘gedrag X is een gewoonte’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uitkomstverwachtingen

A

Geanticipeerd effect van het vertonen van een gedrag

Verschillende:

  • fysieke uitkomstverwachtingen: effect op het fysieke gesteldheid
  • sociale uitkomstverwachtingen: effect op sociale omgeving en reacties van sociale omgeving
  • zelf-evaluatieve uitkomstverwachtingen: effect op zelfbeeld: positieve of negatieve zelf-evaluatie

Als ik gedrag X vertoon, dan zal dit resulteren in Y

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Eigen-effectiviteit

A

Inschatting van eigen vermogen om een gedrag uit te kunnen voeren

3 dimensies:

  • magnitude: inschatting van de moeilijkheden
  • sterkte: mate van vertrouwen dat men gedrag kan uitvoeren
  • algemeenheid: inschatting van problemen met gedrag in verschillende situaties

Ben ik in staat om gedrag X uit te voeren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waargenomen gedragscontrole

A

Control beliefs: de mate waarin mensen denken de capaciteiten en mogelijkheden te hebben om het gedrag uit te voeren

Hoe moeilijk/makkelijk is het om gedrag X uit te voeren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Subjectieve norm

A

De waargenomen verwachtingen van anderen.

Normatieve/injunctieve beliefs: welke normatieve verwachtingen hebben anderen over mijn gedrag?

Wat vinden anderen van gedrag X/?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sociale invloed

A

Wat is de invloed van mijn sociale omgeving op gedrag X?

  • subjectieve norm
  • sociale steun of sociale druk: emotioneel, praktisch, informatief, materieel
  • sociale modelling/voorbeeldgedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geanticipeerde spijt

A

Gevoelens en spijt of schuld die mensen verwachten te ervaren als ze nalaten een bepaald gezondheidsgedrag uit te voeren

Geanticipeerde trots: als ik gedrag X uitvoer zal ik na afloop erg trots op mijzelf zijn

Krijg ik spijt/voel ik mij schuldig als ik gedrag X uitvoer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Morele verplichting

A

Persoonlijke of morele norm: perceptie van individu over de morele correctheid van een gedrag

Persoonlijke verplichting of verantwoordelijkheid om een bepaalde manier te gedragen

Gerelateerd aan geanticipeerde spijt –> wanneer je niet voldoet aan persoonlijke norm leidt dit tot gevoelens van spijt

Ik voel me verplicht gedrag X te doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Risico-inschatting

A

Kans x ernst

Denken dat het gezondheidsprobleem ernstige consequenties heeft (ervaren ernst)

Denken dat ze bevattelijk zijn voor een gezondheidsprobleem (kans)

  • relatieve risicoinschatting
  • absoluut

Indirecte invloed op gedrag

Mijn risico op het krijgen van aandoening X is hoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Kennis

A

Kennis over gezondheid en ziekte

  • relatie tussen gedrag en een risico
  • hoe je gedrag zou kunnen veranderen
  • diepgaande/wetenschappelijke kennis

Kennis vergroten leidt zelden tot gedragsverandering maar kan wel voorwaardelijk zijn

Ik weet veel over de risico’s van gedrag X

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly