H9: Het detecteren van deceptie Flashcards
1
Q
Falsificatie
A
Alles wat verteld wordt is in strijd met de waarheid.
2
Q
Verdraaiingen
A
De waarheid wordt veranderd
3
Q
Verhulling
A
De leugenaar houdt de waarheid achter
4
Q
Er zijn ten minste 3 theoretische perspectieven die de basis vormen voor voorspellingen over gedragsverschillen tussen leugenaars en waarheidsvertellers:
A
- Emotionele benadering = Liegen veroorzaakt emoties die anders zijn dan die worden ervaren bij het vertellen van de waarheid.
- ‘Cognitive load’ benadering = Liegen is mentaal veeleisender dan de waarheid vertellen. Het is ook moeilijker om een verhaal gedetailleerd en consistent te vertellen.
- Zelf-presentationele benadering = Benadrukt de overeenkomsten tussen waarheidsvertellers en leugenaars. Ze delen het doel om de indruk te wekken dat ze eerlijk zijn.
5
Q
Misleidende discrepantie
A
Van leugenaars en waarheidsvertellers kan worden verwacht dat ze cognitief en gedragsmatig verschillen op verschillende belangrijke manieren.