H8 Flashcards

1
Q

Wat zijn de vier functies voor het vormen van een groep

A

emotioneel: emotionele ondersteuning
instrumenteel: tastbare hulp.
informationeel: advies, suggesties en inormatie.

zelf-evaluatie: Verhouding tot wie wij zijn. Wij weerspiegelen ons zelfbeeld af aan de hand van onze groep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke behoefte schuilt er onder het lid willen zijn van een groep?

A

The need to belong & fear of being rejected. Waarom? Wij hebben andere nodig om te overleven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe wordt de fear of being rejected ook wel genoemd?

A

Ostracism

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kipler lied met zijn “ball tossing game” de effecten van uitsluiten zien. Welke vier effecten kwamen hieruit?

A
  • Het bedreigt zelfwaardering—>zelfwaarde gaat omlaag.
  • Gevoel van controle daalt.
  • minder betekenis vol leven.
  • behoefte om erbij te horen ging omhoog—->na uitsluiting bij ene groep compensatie bij een andere groep.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De drang om niet buitengesloten te worden is zelfs zo sterk dat er ook drie verassende effecten te vinden zijn. Welke zijn dit?

A

-De negatieve effecten treden ook op wanneer uitsluiting plaatsvind bij een groep waarbij je niet bij wilt horen ( KKK! bijvoorbeeld)
-Je buitengesloten wordt door een computer
De negatieve effecten treden ook op als je beter af bent als je uitgesloten wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat het initiation effect? Hoe kan dit fenomeen verklaard worden vanuit cognitieve dissonantie?

A

Als de kosten om lid te worden stijgen, vind je de groep aantrekkelijker. Je ervaart cognitieve dissonantie (Je vindt het verschrikkelijk, maar toch doe je het)—>om deze dissonantie op te lossen pas je je overtuiging aan—>Het is vast waard!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kan Maltreatment leiden tot gratitude?

A

maltreatment
—->
onzekerheid: Je weet soms niet wanneer het stopt
—–>
kwetsbaarheid: Je wordt vaak kwetsbaar
—->
Afhankelijk: Je bent afhankelijk van die persoon om het te laten stoppen
—->
Dankbaarheid: Je bent blij als de persoon je beter behandeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij groepspolarisatie is er sprake van een Risky shift of een Cautious shift. Wat wordt hiermee bedoeld?

A

Indien de groep riskanter is dan het gemiddelde individu dan wordt de groep na discussie riskanter.

Indien de groep voorzichter is dan het gemiddelde individu dan wordt de groep na discussie voorzichtiger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke twee verklaringen zijn er voor groepspolarisatie?

A

uitwisseling van argumenten: We vertellen graag waar we mee eens zijn en niet waar we mee oneens zijn.

sociale vergelijking: We willen graag de ander overtreffen. Jij riskant? ik nog riskanter!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de optimal distinctiveness theory?

A

Wij mensen willen graag uniek zijn maar ook bij een groep horen. Deze twee staan tegenover elkaar. Deze theorie beweerd dat we streven naar een beetje van beide.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat houdt de persoonlijkheidseigenschap conscientiousness in?

A

aandacht voor detail, verantwoordelijkheid, streven naar doelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat houdt de persoonlijkheidseigenschap protestant work ethic in? En wat is het effect op social loafing?

A

waarderen van discipline, betrokkenheid en hard werken. Bij hoge mate van deze eigenschap komt social loafing minder waarschijnlijk voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De contingency theory of leadership is?

A

een theorie die beweerd dat de beste vorm van leiderschap afhankelijk is van de groepsdynamiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Er worden in het boek vier vormen van leiderschap beschreven: task-, social-, transactional- en transformational leader. Beschrijf deze vier stijlen.

A
  • Task: focust op behalen van doelen.
  • Social: focust op teamwerk.
  • transactional: gebruik beloning en straffen voor motiveren van de groep.
  • transformational: gebruikt inspiratie en groepssamenhang voor motiveren van de groep.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Groupthink kan leiden tot twee negatieve fenomenen naast polarisatie. Welke zijn dit?

A

Spiral of silence: fear of rejection leidt tot het niet uiten van meningen.

Pluralistic ignorance: Wanneer de meerderheid in de groep de valse indruk heeft dat anderen niet dezelfde mening hebben, omdat ze niet spreken/vertellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly