H5: Het spierenstelsel Flashcards
Benoem de 3 verschillende soorten spieren
- Skeletspieren
- Hartspieren
- Gladde spieren
Skeletspieren
Hechten zich aan het skelet en geven ons kracht en mobiliteit
–> Modelleren ook het lichaam en dragen bij aan ons gevoel van aantrekkelijkheid en welzijn
-> Werken samen met het skelet en zorgen ervoor dat botten ten opzichte van elkaar bewegen of voorkomen dat ze bewegen
-> meer dan 600 skeletspieren, vaak georganiseerd in paren of groepen, produceren alle mogelijke menselijke bewegingen
Hartspieren
Ritmische samentrekking van de hartspieren in het hart levert de kracht die nodig is om bloed door het lichaam te pompen
Gladde spieren
bv: spieren in het spijsverteringsstelsel en urinewegen, spieren in de rand van de bloedvaten
Wat zijn de functies van onze spieren
- Spieren produceren beweging
- Vrijwillig: we hebben bewuste controle over de bewegingen die ze produceren
- Onvrijwillig: liggen over het algemeen buiten onze bewuste controle - Spieren bieden weerstand aan beweging
–> genereren een kracht die precies tegengesteld is aan een gelijke maar tegengestelde kracht die op een lichaamsdeel wordt uitgeoefend - Spieren genereren warmte
–> Samentrekking van onze skeletspieren verantwoordelijk voor meer dan driekwart van alle warmte die door het lichaam wordt gegenereerd
Wanneer onze spieren te veel warmte genereren, zweten we om warmte kwijt te geraken. –> Warmte die door onze spieren wordt gegenereerd draagt bij aan de homeostase van onze lichaamstemperatuur
Leg uit: spieren hebben slechts 1 basismechanisme
Spieren trekken samen –> als er geen samentrekking is = ontspanning, keren terug naar hun oorspronkelijke lengte
-> spieren rekken dus niet uit buiten hun oorspronkelijke lengte!!
Synergetische spieren
Spiergroepen die samenwerken om dezelfde beweging te creëren
Antagonistische spieren
Spieren die tegenover elkaar staan
De oorsprong
Het ene uiteinde van een skeletspier dat samenkomt met een bot dat relatief dichtbij de middenlijn van het lichaam blijft
De insertie
Het andere uiteinde van de spier dat zich hecht aan een ander bot over een gewricht, ver van de middenlijn van het lichaam
Samentrekking
De insertie naar de oorsprong trekken
Een hele spier
Een groep individuele spiercellen met dezelfde oorsprong en aanhechting en met dezelfde functie
Vier elementen die van belang zijn om een skeletspier te laten samentrekken en ontspannen
- Skeletspiercel geactiveerd door een zenuw
- Zenuwactivatie veroorzaakt Ca concentratie in de buurt van de contractiele eiwitten
- Aanwezigheid van Ca maakt contractie mogelijk - De afwezigheid voorkomt contractie
- Wanneer een spiercel niet meer wordt gestimuleerd door een zenuw, stopt de contractie
Leg uit: Myasthenia gravis
= Imuumsysteem van het lichaam valt de acetylcholinereceptoren op het celmembraan van de spiercellen aan en vernietigt deze
- aangetaste spieren reageren slechts zwak of helemaal niet op zenuwimpulsen
- meestal oogspieren aangetast: ervaren van hangende oogleden en dubbel zien
- ook spieren in het gezicht en de nek: leidt tot problemen met kauwen, slikken en praten
- medicijnen die de overbracht van zenuwimpulsen vergemakkelijken, kunnen mensen met deze aandoening helpen
Leg uit: hoe gebruiken spiercellen ATP als energiebron
- Wanneer myosinekop is losgemaakt van actinefilament: ATP-molecule vast aan myosinekop
- Als Ca aanwezig is, werkt myosine als enzym- splitst ATP in ADP, P en energie
- Energie gebruikt om myosinekop van energie te voorzien zodat een kruisbrug kan gevormd worden en buiging kan ondergaan
- Na een buiging bindt een nieuw ATP-molecule aan myosine- myosinekop komt los en keert terug naar ontspannen positie
Het ontstaan van ontspanning heeft 2 vereisten
- Als zenuwimpulsen eindigen wordt de energie gebruikt om Ca terug te transporteren naar het SR –> ontspanning kan zo optreden
- Intact ATP-molecule moet aan myosine binden zodat myosine zich kan losmaken van actine
Rigor mortis of starre dood
Opgespannen lichaam omdat Ca uit SR lekt en er geen ATP is om spiercontracties te laten eindigen