H3 Vreemd Vermogen Flashcards
vormen van lang VV (6)
-obligatielening
-hypothecaire lening
-onderhandse lening
-achtergestelde lening
-voorzieningen voor de lange termijn
-langlopende leaseverplichtingen
kort VV (8)
-leverancierskrediet
-rekening-courantkrediet
-afnemerskrediet
-voorzieningen voor de korte termijn
-aflossing langlopende schuld binnen 1 jaar
-schulden wegens belastingen en premies sociale verzekeringen
-koop op afbetaling
-huurkoop
hypothecaire lening
een lening met als onderpand een onroerend goed
-LVV
onderhandse lening
een lening met een persoonlijke relatie => er wordt onderhandeld over de voorwaarden van de lening, het is ideaal want je kan alles goed afstemmen zodat het jou uitkomt
-LVV
achtergestelde lening
Een lening die bij liquidatie (=opheffing) van een onderneming pas wordt terugbetaald nadat alle andere schuldeisers zijn afbetaald. De verstrekker loopt dus meer risico.
-LVV
voorzieningen op de lange termijn
-LVV
leverancierskrediet
-Als je verstrekt staat het op de balans onder debiteuren
-Als je ontvangt staat het op de balans onder crediteuren
-Je hebt al geleverd/ontvangen maar nog niet je bent/hebt nog niet betaald.
-KVV
afnemerskrediet
-Als je verstrekt staat het op de balans onder vooruitbetaalde bedragen
-Als je ontvangt staat het op de balans onder vooruit ontvangen bedragen
-Je betaald vooruit of wordt vooruit betaald. Het goed/de dienst moet nog geleverd worden.
-KVV
rekening-courantkrediet
Staat onder bank op de balans.
De onderneming mag tot een bepaald bedrag geld opnemen bij de bank, alleen over de opgenomen bedragen wordt intrest berekend.
Het verschil tussen het opgenomen bedrag en het maximale bedrag heet kredietruimte of dispositieruimte
-KVV
aflossing langlopende schuld binnen 1 jaar
Als een hypothecaire of onderhandse lening in het komende jaar in z’n geheel moet worden afgelost behoort deze tot het kvv.
-KVV
schulden wegens belastingen en premies sociale verzekeringen
Belasting schulden zoals:
-Te betalen dividendbelasting
-Te betalen vennootschapsbelasting
-Te betalen btw
koop op afbetaling
Een deel van de koopprijs wordt meteen betaald, de rest in termijnen.
kosten:
-intrest
-premie voor het risico dat de verkoper loopt
-administratiekosten
Bij kopen op afbetaling is de koper al eigenaar bij de eerste betaling.
huurkoop
Bij huurkoop wordt de koper pas eigenaar na de laatste betaling
voorzieningen
= GEEN schulden, het zijn toekomstige uitgaven waarvan de omvang en tijdstip onbekend zijn. Hierdoor worden toekomstige verliezen naar voren gehaald waardoor de huidige kosten toenemen
-onderhoudsvoorziening
-garantievoorziening
-pensioenvoorziening
onderhoudsvoorziening
Duurzame productiemiddelen slijten door gebruik, er zullen reparaties en onderhoudsbeurten nodig zijn. Wanneer en hoeveel ze kosten zijn onbekend. Hiervoor wordt er een soort potje gevormd, waar elke maand wat geld in wordt gedaan, deze maandelijkse toevoegingen zijn kosten. Op het moment dat er dan een reparatie plaatsvind wordt dat geld uit de onderhoudsvoorziening gehaald. Het geld dat daadwerkelijk wordt betaald zijn geen kosten.
-KVV, omdat er meestal elk jaar onderhoud moet worden gedaan
pensioenvoorziening
om de pensioenen te kunnen betalen, betaald de werkgever pensioenpremies aan het pensioenfonds of verzekeringsmaatschappij . deze premies horen bij kosten en komen ten lasten van de winst, het komt wel eens voor dat deze premies niet voldoende zijn. Dan moet de werkgever extra stortingen doen. deze extra verplichting wordt in de balans als pensioenvoorziening gerekend.
= de waarde van de beleggingen die het pensioenfonds of verzekeringsmaatschappij op de balansdatum aanhoudt voor de pensioenen - de contante waarde van de toegekende pensioenen op de balansdatum
garantievoorziening
Dit is een potje voor garantieclaims, het percentage van de omzet dat de claims bedragen, zal er een voorziening worden getroffen van dat percentage van de verkoopopbrengst. Is er te weinig of te veel in de voorziening wordt dit van of bij de winst gedaan.
-KVV, omdat de garantie meestal binnen een jaar moet worden betaald
obligaties plaatsen
à pari (=tegen de nominale waarde)
boven pari (=agio op obligaties)
onder pari (=disagio op obligaties)
-LVV
waar is de uitgifte koers van een obligatie geheel afhankelijk van?
1) de looptijd van de obligatielening
2) de aflossingsvoorwaarden
3) het verschil tussen de nominale intrestvoet en de intrestvoet op de kapitaalmarkt
nominale intrestvoet
=het intrestpercentage dat gedrukt staat op de obligatie
intrestvoet op de kapitaalmarkt
de intrestvoet die geldt op de kapitaalmarkt op het moment dat de obligaties geplaatst worden
disagio
wanneer je onder pari een emissie doet, is het bedrag dat je minder dan de nominale waarde krijgt je disagio (nominale waarde - emissie koers)
converteerbare obligaties
=obligaties die onder bepaalde voorwaarden om te ruilen zijn voor aandelen van dezelfde nv, meestal is de rente wel lager op converteerbare obligaties dan gewone obligaties
doel: aantrekken van eigen vermogen
voordelen:
- risicomijdend beleggen
-je kan profiteren van de stijging van aandelen koersen
hedgen
= het afdekken van risico, zoals een put of call optie
termijncontract
Hierin wordt afgesproken tegen welke wisselkoers een bepaald bedrag kan worden omgewisseld op een bepaalde datum.