H.2, Les 3: Oorzaken van de Franse Revolutie Flashcards
Je kunt uitleggen wat het Oude Regime is.
Het bestuur van de Franse koningen in de 18de eeuw is men na de Franse Revolutie het Oude Regime gaan noemen. In het Oude Regime heeft de vorst alle macht in handen, dit heet ook wel het absolutisme.
Kenmerken van het Oude Regime:
-Autocratie (ook absolutisme)
-Ongelijkheid en onvrijheid van mensen op politiek, economisch en sociaal gebied.
-Een samenleving verdeeld in 3 standen.
-Raakt in grote economische problemen (omstreeks 1788)
Je kunt uitleggen waarom de verschillende bevolkingsgroepen ontevreden waren over het bestuur van Lodewijk XVI.
(De adel + (geestelijken van adellijke afkomst):
Zij moesten eerst veel meer belasting betalen, omdat Frankrijk in grote economische problemen raakte.)
Klachten boeren:
-Te weinig grond
-Veel verplichtingen aan de adel.
Klachten stedelijke bevolking (werklieden in de nijverheid):
-Zwaar werk en lage lonen.
Klachten stedelijke bevolking (bourgeoisie):
-Geen belangrijke functies.
-Veel belasting betalen.
-Geen vrijheid van meningsuiting en drukpers.
Je kunt uitleggen waarom Frankrijk financieel aan de afgrond stond tijdens het bewind van Lodewijk XVI.
-De regering kon de schulden van het land bijna niet meer betalen. Door de vele oorlogen die de Franse koningen hadden gevoerd, was de schatkist bijna leeg.
-In 1787-1788 was de oogst heel slecht. Daardoor kregen niet alleen de boeren het moeilijk. Broodprijzen stegen sterk en een groot deel van de stedelijke bevolking kon geen eten meer betalen.
Je kunt uitleggen waarom Lodewijk de Staten-Generaal in 1789 bijeen roept en kunnen uitleggen waarom dit een bijzondere gebeurtenis was.
Tijdens het bewind van Lodewijk XVI raakte Frankrijk in grote economische problemen. Om deze problemen op te lossen, besloot Lodewijk op voorstel van een minister de adel veel meer belasting te laten betalen. De adel protesteerde en vond dat de Staten-Generaal om goedkeuring moest worden gevraagd voor deze belasting. De koning gaf toe en besloot de Staten-Generaal bijeen te roepen. Dit was een bijzondere gebeurtenis, want de laatste Staten-Generaal waren in 1614 voor het laatst bijeengeweest. Ook was de Staten-Generaal in 1789 een aanleiding tot het ontstaan van de Nationale vergadering, die grote veranderingen in Frankrijk wilde invoeren.
Noem de gegeven extra informatie.
Absolutisme: een koning die zijn macht rechtvaardigt d.m.v God.
Autocratie: één persoon heeft alle macht.
Standen: 1e: Geestelijkheid (+1,5%), 2e: Adel (1-1,5%), 3e: Burgers in steden en de boeren (Burgerij) (+97%).
Staten-Generaal: Vergadering van de drie standen o.l.v. de koning. Iedere stand: 1 stem uitbrengen.
-Edelen gingen vanuit dat ze zouden winnen; veel hoge geestelijken van adelijke afkomst.
-Als voorbereiding kwamen volgens de bewoners van alle gemeenten bijeen; klachten en wensen werden opgeschreven in Cahiers. (Afgevaardigden namen mee naar Staten-Generaal in Parijs).
Wat zijn de voorrechten van geestelijken en adel?
Voorrechten geestelijken:
-1% bevolking en 10% land.
-geen belasting betalen, wel belasting heffen. (wel bedrag regelmatig naar staat, zelf hoogte bepalen).
Voorrechten adel:
-1,5% bevolking en 20% land.
-bijna geen belasting betalen.
-kregen de belangrijkste functies.
Wat is censuur? En hoe werden de mensen gestraft die kritiek hadden op de Kerk en de koning (en zijn ambtenaren)?
Censuur (keuring (van de media) door de overheid), wie kritiek durfde geven op koning/kerk: spreekverbod/gevangenisstraf.
Hoe was het toch gelukt om ideeën van de Verlichting te verbreiden? Wat vonden veel ambtenaren?
-Onvoldoende werkende censuur.
-Ideeën over vrijheid en gelijkheid.
Toch gelukt om ideeën te verbreiden (slimme manieren): kritiek op eigen samenleving in verhalen over andere volken / publiceren hun boek in het buitenland / naam niet vermelden / sommige drukkers deden alsof boek in buitenland gedrukt.
Veel ambtenaren vonden de ideeën van de Verlichters helemaal niet zo slecht. Sommige kritische boeken, salons en toneel waren niet verboden.
Noem de gevolgen van het kopje: “het land wordt slecht bestuurd”.
-(In Frankrijk was de koning de enige die het voor het zeggen had.)
-Bijna lege schatkist.
-Slecht werkend ambtenarenapparaat (doordat mensen met veel geld sneller hogere functies kregen dan mensen die geschikt waren).
-Verkeerde besluiten
