H.2, Les 1: De Wetenschappelijke Revolutie Flashcards

Leerdoelen

1
Q

Je kunt uitleggen wat de Wetenschappelijke Revolutie is en je kent de kenmerken ervan.

A

De vele ontdekkingen in de wetenschap in de Nieuwe Tijd zijn later de Wetenschappelijke Revolutie genoemd. De Wetenschappelijke Revolutie hield een nieuwe manier van onderzoeken in.

Belangrijke kenmerken waren:
-observeren (zelf waarnemen, kijken wat er gebeurt),
-experimenteren (zelf proeven doen),
-redeneren (zelf nadenken over wat er is gebeurd, zelf conclusies trekken uit observaties en experimenten).

(Verschillen met de wetenschap in het Oude Griekenland)
Ook in het Oude Griekenland gingen onderzoekers uit van waargenomen feiten. Denk maar aan de arts Hippocrates. Toch waren er verschillen met de Griekse manier van onderzoeken.
-Er werd door de onderzoekers veel meer geëxperimenteerd.
-Het aantal onderzoekers was veel groter.
-De onderzoekers werkten met elkaar samen in wetenschappelijke verenigingen.
-Deze verenigingen betaalden experimenten van de onderzoekers.
-Deze verenigingen werden door de overheid gesteund.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Je kunt het verschil tussen wetenschap en technologie uitleggen.

A

Bij technologie denken we vooral aan de manier waarop (wetenschappelijke) kennis in de industrie wordt gebruikt. De wetenschap probeert erachter te komen waarom bepaalde dingen gebeuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Je kent de gevolgen van de Wetenschappelijke Revolutie en kunt die uitleggen.

A

In 1600 werd de monnik Giordano Bruno ter dood veroordeeld, omdat hij dingen beweerde die in strijd waren met de leer van de katholieke kerk.
In 1633 werd Galilei bedreigd met martelingen, omdat hij zei dat de aarde om de zon draaide (heliocentrisch).
Newton werd zo beroemd, dat de Engelse koningin hem in de adelstand verhief.

  1. Grote vooruitgang op veel gebieden
    De mensen gingen begrijpen dat de wetenschap op veel gebieden vooruitgang bracht. Daardoor kregen zij meer waardering voor de wetenschap. Dankzij onderzoek van Vesalius konden artsen meer mensen genezen. Newton ontdekte de zwaartekracht. Newcomen ontwierp de stoommachine die door Watt werd verbeterd. De stoommachines werden voor steeds meer doeleinden gebruikt. Wapens werden voortdurend verbeterd.
  2. De West-Europeanen gaan de wereld overheersen.
    Dankzij de Wetenschappelijke Revolutie konden de West-Europeanen enkele eeuwen over de wereld heersen. Zonder allerlei uitvindingen zoals kanonnen en later ook stoomschepen en spoorwegen hadden ze dit niet voor elkaar kunnen krijgen. De westerse wetenschap en technologie hebben op de andere volken in de wereld veel indruk gemaakt.
  3. De Verlichting, een verandering in het denken over veel zaken.
    Onderzoekers toonden aan dat veel dingen anders waren dan men eeuwenlang had gedacht. Mensen gingen toen ook over andere zaken nadenken. Zo leidde de Wetenschappelijke Revolutie tot de Verlichting.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Je kent twee verschillende wetenschappelijke methodes (deductie en inductie) en kunt het verschil ertussen uitleggen.

A

Bij inductie neem je in herhaalbare experimenten verschijnselen waar. Uit die verschijnselen is een algemene wet af te leiden. Bij deductie ga je uit van intuïtieve kennis die de mens bezit. Dit wordt uitgebreid door “wiskundig” te redeneren: elke stap goed of fout > nieuwe zekerheden.

(EZELSBRUGGETJE: Inductie (nieuw theorie proberen te creëren), Deductie (bestaand theorie proberen te toetsen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem het hele kopje van Astronomie.

A

-In de Middeleeuwen: geocentrische (aarde = middelpunt) opvatting van het heelal.
-Nicolaas Copernicus (1473-1543) ontwikkelde heliocentrisch (zon = middelpunt) beeld. Was echter zeer gevaarlijk, omdat de katholieke kerk grote bezwaren had.
-In 1616 werd Galileo Galilei door een kerkelijke rechtbank gedwongen om heliocentrische uitspraken terug te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noem het hele kopje van Francis Bacon (1561-1626).

A

Francis Bacon (1561-1626)
Belangrijkste werk: Novum organum
Wilde de wereld verklaren, maar geloofde juist dat je alleen door waarneming kennis kunt uitbreiden.
In herhaalbare experimenten neem je verschijnselen waar. Uit die verschijnselen is een algemene wet af te leiden.
We noemen dit de inductieve of empirische methode.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem het hele kopje van René Descartes (1596-1650).

A

Belangrijkste werk: Discours de la méthode
Gaat uit van intuïtieve kennis die de mens bezit. Uitbreiden door ‘wiskundig’ redeneren: elke stap goed of fout -> nieuwe zekerheden.
Dit noemen we de deductieve methode.
Descartes twijfelde aan de zin van waarneming (‘schijn bedriegt!’)
Descartes twijfelde aan alles behalve aan God, zichzelf en de kracht van het verstand: Cogito ergo sum (ik denk dus ik besta!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly