H10 Flashcards

1
Q

Wie was Gassner?

A

Gassner was een priester die beweerde dat hij veel verschillende ziekte kon genezen doormiddel
van exorcisme. Wanneer mensen psychische of fysieke problemen hadden werd dat volgens hun
veroorzaakt doordat hun lijf bezeten werd door een duivel of iets anders. Een priester kon die duivel
dan naar voren laten komen en hem of haar verdrijven, de symptomen gingen dan weg.
* Gassner zei: ‘’duivel verschijn’’ terwijl hij naar de patiënt wees. Terwijl het exorcisme dan
plaatsvond, ervaarde de patiënten extreme emoties zoals schreeuwen, huilen, spasme, wilde
bewegingen. Allerlei symptomen kwamen naar voren als die duivel zou moeten komen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wie was Mesmer?

A

Mesmer vond het onzin dat er duivels zijn die mensen bezeten, hij geloofde dit niet. Hij zei dat er een
wetenschappelijke verklaring voor is en die zocht hij in magnetisme. In die tijd waren magnetisme
en zwaartekracht heel interessant omdat het beide krachten waren die op afstand dingen
beïnvloeden zonder dan je dat duidelijk kunt zien. (wanneer je 2 magneten bij elkaar houdt dan duwt
er iets die twee magneten van elkaar af, maar je kunt dat niet zien).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wie is de belangrijkste pionier van hypnotisme?

A

Mesmer. Hij deed aan magnetisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is Mesmerisme?

A

Het gebruiken van de sterke magnetische kracht om de zwakke of ongebalanceerde magnetische kracht van een ander te herstellen. Dit was zijn alternatief voor exorcisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe zag Mesmer Magnetisme?

A

Hij zag magnetisme als verklaring voor ziektesymptomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is dierlijk magnetisme?

A

als mensen problemen hebben dan kun je door hen in aanraking te brengen
met magnetisme die symptomen naar voren halen. Magnetische krachten (magneten, zwaartekracht,
aantrekkingskracht zon) zouden invloed hebben op ons neurologisch systeem (omdat dat ook via
elektrische stroompjes werkt).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is Mesmer’s Baquet?

A

een overdekte houten kuip gevuld met
water en ijzervijlsel, met metalen staven erin gestoken en handvatten die erbuiten
uitstaken. Hij zei tegen de mensen dat wanneer ze de staven aanraakte, het
magnetisme door hen heen zou gaan en dan alle symptomen naar boven zouden
komen waardoor je genezen werd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke twee effecten van de sociale psychologie hadden invloed in Mesmer’s Baquet?

A

Sociale besmetting en Sociale facilitatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is sociale besmetting?

A

De verspreiding van gedrag, meningen of gevoelens door imitatie of conformiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is sociale facilitatie?

A

De toename van gedrag wanneer het genoemde gedrag in een groep wordt uitgevoerd. Beter presteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zij Benjamin Franklin tegen Mesmer over magnetisme?

A

Elektriciteit en magnetisme werken zo absoluut niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wie was M. de Puysegur?

A

Puysegur was een student van Mesmer. Hij verwierp uiteindelijk ook mesmerisme.
Hij zei dat het magnetisme niet klopte, maar hij ging er wel mee verder want mensen werden soms
wel geholpen door hen te mesmerisme. (hypnose in moderne termen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe gedroegen Puysegur’s patiënten zich door zijn magnetisme?

A

Een ontspannen toestand die hij Kunstmatig Slaapwandelen (somnambulisme) noemde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is kunstmatig slaapwandelen/somnambulisme en van wie?

A

Puysegur.

Een ontspannen toestand die lijkt op een diepe slaap. Dit stond in tegenstelling tot Mesmer’s exorcisme-achtige reacties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is posthypnotische suggestie van Puysegur?

A

Een suggestie geven tijdens een trance die een proefpersoon na trance uitvoert, zonder te weten waarom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wie ontdekte posthypnotische suggestie en amnesie?

A

Puysegur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is posthypnotische amnesie van Puysegur?

A

Het vergeten van wat er tijdens de hypnose is gebeurt.

18
Q

Wie was J. de Faria?

A

Hij beschreef zijn magnetisme als Lucid Sleep, wat lijkt op kunstmatig slaapwandelen. Magnetisme was volgens hem niet nodig voor hypnose?

Hij zei: vermogen voor hypnose zit in de patiënt, niet in de behandelaar.

19
Q

Wie gebruikte Lucid Sleep?

A

J. de Faria

20
Q

Wat is Lucid Sleep?

A

een variatie van mesmerisme/hypnotisme die lijkt op kunstmatig slaapwandelen

de Faria

21
Q

Wie was James Esdaile?

A

Een chirurg die mesmerisme en hypnose gebruikte in zijn praktijk

22
Q

Wie vertaalde Mesmerisme naar Hypnotisme en zorgde daarmee dat het iets wetenschappelijker werd?

A

James Braid

23
Q

Wie was J-M. Charcot?

A

Directeur ziekenhuis die goed was in het onderscheiden van symptomen en syndromen.

Hij bestudeerde Hysterie

24
Q

Welke arts ontdekte dat hysteriepatiënten makkelijker onder hypnose kwamen?

A

J-M. Charcot

25
Q

Wat is Grand hysterie en Petite hysterie van Charcot?

A

Grand hysterie: volledige hysterie

Petite hysterie: onvolledige hysterie

26
Q

Met wie deed Charcot onderzoek naar Blanche Wittmann?

A

Alfred Binet en Charles Féré

27
Q

Wie deden onderzoek naar Blanche Wittmann?

A

Charcot, Binet en Féré

28
Q

Wie was Blanche Wittmann?

A

een hysteriepatiënt die onderzocht werd door Binet, Féré en Charcot.

Via dit onderzoek werd onbedoelde suggestie ontdekt

29
Q

Wat is onbedoelde suggestie?

A

Het onbewust beïnvloeden van het gedrag van participanten in onderzoek

30
Q

Wie was Liébault?

A

Hij gebruikte hypnose om gewone mensen te helpen. Hij gebruikte de hypnose om de klachten
wat te verminderen, maar dat waren niet allemaal mensen met hysterie.

31
Q

Wie was Bernheim?

A

Bernheim was het eens met Charcot: Hypnose is typisch iets voor mensen met hysterie.

Hij bedacht “suggestibiliteit”.

32
Q

Wie bedacht het concept van suggestibiliteit?

A

Bernheim

33
Q

Wat is suggestibiliteit?

A

Een predispositie van de mate waarin iemand gehypnotiseerd kan worden

34
Q

Wie stelde dat magnetisme niet nodig is voor hypnose?

A

De Faria

35
Q

Wat was de Nancy school?

A

een hypnotisme school van A. Liébault, waaronder ook H. Bernheim. Zeiden dat suggestibiliteit niet altijd een hysteriesymptoom is.

36
Q

Wat is de Salpetriere school?

A

Hypnoseschool van Charcot, werkte met hysterie. Dachten dat suggestibiliteit altijd een hysteriesymptoom is

37
Q

Wie suggereerde aan Charcot dat het puur suggestie is?

A

Delbeouf

38
Q

Wie was Le Bon?

A

Een onderzoeker van menigten. Zag overeenkomst tussen crowd hysterie en hypnose, waarin mensen hun gedrag minder bevragen.

39
Q

Wat is Bekrachtiging van Le Bon?

A

positieve kanten benadrukken, twijfels afwijzen en gecompliceerde beredenering vermijden.

40
Q

Wat is repetitie van Le Bon?

A

affirmaties herhalen zodat ze onbewuste ideeën worden van ondersteuners

41
Q

Wat is sociale besmetting Le Bon?

A

een paar enthousiaste supporters in de menigte plaatsen om verspreiding van ideologie te beginnen