groep 7 thema 1 Flashcards

1
Q

Welke rivier stroomt er dwars door de woestijn?

A

De Nijl.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar bestaat Egypte het meeste uit?

A

Woestijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waar of niet waar? Egypte werd een heel arm land.

A

Niet waar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem de 3 Egyptische seizoenen.

A

Het natte seizoen, Het zaai seizoen en het oogstseizoen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

In welk seizoen van ons overstroomde de Nijl?

A

De winter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

In welk seizoen van ons was de grond vruchtbaar?

A

De lente.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

In welk seizoen van ons droogde de grond uit?

A

De zomer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat deden priesters?

A

Ze luisterden naar de goden en daardoor wisten ze wat de mensen moesten doen als ze gingen bidden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat maakte de Egyptenaren om het water te beheersen?

Noem 2 of 3 voorbeelden.

A

Dijken, kanalen en vijvers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is irrigeren?

A

Het water te verplaatsen en misschien ergens ander voor gebruiken.
Ze gebruikte het water voor de akkers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat geloofden de Egyptenaren als je dood was?

A

Dat je op reis ging naar de hemel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Was een farao gelijk aan een god?

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe noem je een graf voor een farao?

A

Een piramide.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wie was de eerste farao die een piramide voor zichzelf liet bouwen?

A

Cheops.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar van is Isis de god?

A

De liefde en de kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar was Osiris de god van?

A

Van de dood.

16
Q

Hoe heten de letters van de Egyptenaren?

A

Hiërogliefen.

17
Q

Die hiërogliefen waren tekens.

PS:dit was een weetje in plaats van een vraag.

A

Hrztgguyonjncihipjugtrtdtfhb

18
Q

Hoe heet de kist waar je in ligt als je dood bent en een farao?

A

Een sarkrofaag

19
Q

Wie waren de belangrijke goden?

A

Osiris en Isis

20
Q

Hoe werd Osiris afgebeeld?

A

Hij werd afgebeeld als een mummie met een kroon.

21
Q

Hoe werd Isis afgebeeld?

A

Zij werd afgebeeld met hoorns.

23
Q

Waarom gingen ze het water beheersen?

A

Om het land te irrigeren en dan vaker kunnen oogsten

24
Q

Omdat er veel eten was, door het irrigeren, gingen sommige boeren een ander beroep uitoefenen. Noem 3 voorbeelden

A

Timmerman
Pottenbakker
Handelaar
Priester

25
Q

Wie bepaalden volgens hun geloof alles om zich heen

A

De goden

26
Q

stel je voor er is een priester die luistert naar de god van bliksem maar hij luistert niet alleen naar die god wat doet hij nog meer?

A

hij weet nu heel veel over bliksem want hij leert nu heel veel over bliksem.

27
Q

Wat vertelden de Goden aan de priesters

A

Hoe de mensen moesten leven

28
Q

Waar staan de hoorns op de kroon van Isis voor?

A

Voor de troon