grammatica - comparatief en de superlatief Flashcards
1
Q
duur in comparatief
A
duurder
2
Q
duur in supelratief
A
duurst
3
Q
mooi in comparatief
A
mooier
4
Q
mooi in superlatief
A
mooist
5
Q
goedkoop in comparatief
A
goedkoper
6
Q
goedkoop in superlatief
A
goedkoopst
7
Q
is duurst comparatief of superlatief?
A
superlatief
8
Q
is mooier comparatief of superlatief?
A
cmparatief
9
Q
is goedkoper superlatief of comparatief?
A
comparatief
10
Q
is duurder superlatief of comparatief?
A
comparatief
11
Q
is goedkoopst comparatief of superlatief?
A
superlatief
12
Q
is mooist comparatief of superlatief?
A
superlatief