Geneeskunde 1B1 week 3 Flashcards
1B1 HC 2 functies bloedvatenstelsel:
Wat zijn de 3 belangrijke functies van het hart?
De 3 functies zijn:
1. Transport van voedingsstoffen en afbraakproducten
2. Warmtetransport
3. Doorgeven van krachten/druk
1B1 HC 2 functies bloedvatenstelsel:
Wat is het streven van het hart?
De flow constant houden.
1B1 HC 2 Fysische kenmerken circulatiesysteem:
Wat zijn de 8 fysische kenmerken van het circulatiesysteem?
De 8 kenmerken zijn:
1. Gesloten systeem
Pompt 5 l/min bij rust en 25 l/min bij sporten.
2. Goede verdeling over de organen
3. Grote drukverschillen
4. Pulserende flow wordt omgezet naar continue flow
5. Geen starre, maar flexibele elastische buizen
6. Bloed is een heterogene stof met viskeuze (stroperigere) eigenschappen
7. Hoge perifere weerstand
8. Bloedvolume ongeveer 6 liter waarvan 65% in veneuze systeem
1B1 HC 2 hoe kan bloed stromen:
Welke 5 krachten zorgen ervoor dat bloed kan stromen?
De 5 krachten zijn:
1. Druk
2. Vloeistofdruk
3. Zwaartekracht
4. Versnelling
5. Krachten die van buitenaf komen
1B1 HC 2 hoe kan bloed stromen:
Wat is druk?
Kracht dat loodrecht op een object boven een eenheidsgebied wordt toegepast.
1B1 HC 2 hoe kan bloed stromen:
Wat is vloeistofdruk?
Kracht dat per oppervlakte-eenheid op een object in de vloeistof wordt uitgeoefend.
1B1 HC 2 wet van Pascal:
Wat is de wet van Pascal?
Een druk die wordt uitgeoefend op een vloeistof die zich in een geheel gevuld en gesloten vat bevindt, zal zich onverminderd in alle richtingen voortplanten.
1B1 HC 2 wet van Pascal:
Wat zijn de 3 voorwaarden bij de wet van Pascal?
De 3 voorwaarden zijn:
1. Vloeistof oefent druk uit in alle richtingen
2. De druk in een horizontaal vlak is overal gelijk
3. De druk neemt wel toe met de diepte
1B1 HC 2 wet van Pascal:
Wat is de formule van de wet van Pascal?
p = rho * g * h
rho= soortelijke massa (verschilt per stof)
g = zwaartekrachtversnelling = 9,81
h = hoogte in meter
p = druk in [Pa] = [Nm`2]
1B1 HC 2 wet van Pascal:
Hoe reken Pa om naar mmHg?
p= rho kwik* g * Hkwikkolom
rho kwik= soortelijke massa = 13,6 kg/dm3
g = zwaartekrachtversnelling = 9,81 m/s^2
P in Pa
Hkwikkolom in mm
1B1 HC 2 snelheid en flow:
Wat is de flow?
De maat voor hoeveelheid vloeistof per tijdseenheid in m^3/s.
1B1 HC 2 snelheid en flow:
Wat is de formule van flow?
F = v * A
F= flow
v= snelheid = m/s
A= oppervlakte
1B1 HC 2 continuïteitsvergelijking:
Wat is de continuïteitsvergelijking?
Houdt in dat de flow die in het systeem gaat even groot is als de flow die er uit gaat: Fin = Fuit. Hierbij wordt er vanuit gegaan dat er geen verliezen zijn.
V1 * A1 = V2* A2
1B1 HC 2 Bernoulli (wet van behoud van energie):
Wat is ischemie?
Een verminderde bloedvoorziening naar organen of weefsels met als gevolg een tekort aan zuurstof en voedingsstoffen.
1B1 HC 2 Bernoulli (wet van behoud van energie):
Wat is de wet van Bernoulli?
Deze zegt dat alle energie behouden blijft.
De formule is: p + 0.5rhov^2 + rhogh = constant
p = pomp energie: drukopbouw van het hart
0.5rhov^2 = kinetische energie: bewegingsenergie en stromingsenergie
rhogh = potentiële energie
Hierbij wordt er vanuit gegaan dat bloed niet viskeus en incompressibel is
1B1 HC 2 Bernoulli (wet van behoud van energie):
Wat voor werking heeft een dalende druk?
Een zuigende werking.
1B1 HC 2 Bernoulli (wet van behoud van energie):
Wat gebeurt er bij inspanning?
De hartfrequentie gaat omhoog en dus de flow en de snelheid gaan ook omhoog. Volgens de wet van Bernoulli zal de druk dalen. Als het omliggende weefsel het vat dicht gaat drukken, zal het achterliggende weefsel zuurstoftekort krijgen. Als de inspanning stopt, zal de onderdruk verdwijnen en zullen de vaten weer overgaan.
1B1 HC 2 laminaire flow:
Wat is laminaire flow?
Een stroming waarbij de lagen van een gas of een vloeistof zich parallel ten opzichte van elkaar voortbewegen. Er is nauwelijks of geen stroming loodrecht op de hoofdstroom.
1B1 HC 2 laminaire flow:
Wat is de formule die hoort bij laminaire flow?
De formule is:
Kracht = Aη(∆v/∆x)
A = oppervlak
η = viscositeit
v = snelheid
x = afstand
1B1 HC 2 laminaire flow:
Wat zal er gebeuren met bloed dat dicht bij de vaatwand stroomt t.o.v. bloed dat in het centrum stroomt?
Bloed dat langs de vaatwand stroomt, zal door viscositeit blijven plakken en langzamer stromen. Naarmate bloed meer naar het midden van het vat gelegen is, zal deze sneller stromen.
1B1 HC 2 laminaire flow:
Wat is het plasma-skimming effect?
Bij laminaire flow is er geen geruis en stromen de erytrocyten axiaal. De deeltjes stromen hierdoor in het midden van de vat en hierdoor zullen er minder deeltjes de vertakkingen ingaan. Bij vertakkingen is een lagere waarde erytrocyten te vinden. De oorzaak hiervan is de laminaire stroming.
1B1 HC 2 turbulentie:
Wat is turbulentie?
Bloed dat door een vernauwing geperst wordt spuit er als het ware aan de andere kant uit en dit veroorzaakt een werveling.
1B1 HC 2 turbulentie:
Wanneer treedt turbulentie op?
Dit treedt op bij:
1. Een vernauwing
2. Het langzaam nauwer worden van het vat
3. Systole
4. Inspanning
1B1 HC 2 turbulentie:
Welke 6 gevolgen heeft turbulentie voor het hart?
De 6 gevolgen zijn:
1. Optreden vaatgeruis
2. Kost extra druk
3. Vaat trilling voelbaar
4. Energieverlies –> hart moet harder pompen
5. Beschadigingen vaatwand, bloedplaatjes
6. Trombosevorming