Frans voc H24 Flashcards
importeren
importer
exporteren
exporter
een factuur
une facture
een klant
un(e) client(e)
een cliënteel
une clientèle
een filiaal
une filiale
een concurrent(e)
un(e) concurrent(e)
de concurrentie
la concurrence
een inventaris
un inventaire
de kassa
la caisse
de activa
l’actif (m)
de passiva
le passif
een sponsor
un sponsor
een transactie
une transaction
de import
l’importation
de export
l’exportation
commercieel
commercial(e)
een contract
un contrat
de garantie
la garantie
de publiciteit
la publicité
een prospectus
un prospectus
een budget
un budget
een tekort
un déficit
de handel
le commerce
een aankoop
un achat
een handelaar(ster)
un(e) commerçant(e)
een verkoper
un vendeur
een verkoopster
une vendeuse
een koper
un acheteur
een koopster
une acheteuse
een kassier(ster)
un(e) caissier (-ière)
een handelsmerk
une marque
een ontvangstbewijs
un reçu
een boekhouder (-ster)
un(e) comptable
een accountant
un expert-comptable
de boekhouding
la comptabilité
een beheerder
un(e) gérant(e)
een verkoop
une vente
de index
l’index (m)
de index
l’indice (m)
een salaris
un salaire
een premie
une prime
een financiële balans
un bilan
geruild
échangé
in ruil voor
en échange d’
een inkomen
un revenu
uitgaven
dépenses (f)
geruïneerd
ruinés
verschuldigd zijn
doivent
schulden
de dettes (f)
op afbetaling
à crédit
zich verrijken
s’enrichir
verdienen
gagner
de betaling
le paiement
gespaard
épargné
spaargeld/bezuinigen
économies (f)
zuinig
économique
met pensioen
à la retraite
bronnen van inkomsten
ressources rentrées (f)
profiteren van
profiter de
de gepensioneerden
les retraités (m)
de winst
le profit
winsten
bénéfices (m)
is gedaald
a baissé
is gestegen
a augmenté
een stijging
une augmentation
het aanbod…de vraag
l’offre (f)…la demande
vastgesteld
fixés
overschrijden
dépasser
verzekerd
assurée
een verzekering
une assurance
gratis
gratuite
gratis (bijw)
gratuitement
de bevoorrading
l’approvisionnement (m)
de voorraad
les provisions
in reserve
en réserve
het fonds
le fonds
fondsen
fonds (m)
handelsreiziger
voyageur (m) de commerce
verplaatsingskosten
frais (m) de déplacement
op kosten van
aux frais de
verkrijgen
se procurer
voordelig
avantageux
met verlies
à perte (f)
uitbaden
exploiter
een vennoot
un associé
verrijkt
enrichi
renten
rentes (f)
welvaart
prospérité (f)
de koopkracht
le pouvoir d’achat
de spaarkas
la caisse d’épargne
handelsbalans
balance commerciale (f)
overschotten
surplus (m)
