frans défi 3 mission 1 Flashcards
un animal ( des animaux)
een dier
le basket
het basketbal
des castagnettes
castagnetten
le chant
de zang
la danse
de dans
le dessin
het tekenen
l’écriture
het schrijven
de paardrijsport
l’équitation
het klimmen
l’escalade
het fluitspelen
la flute
het voetballen
le football, foot
het gitaarspelen
la guitare
het turnen
la gym
la lecture
het lezen
un livre
een boek
la mode
de mode
la musique
de muziek
la natation
het zwemmen, de zwemsport
la nature
de nature
un passe-temps
een tijdverdrijf, hobby
la photographie
de fotografie
a pétanque
de petanque
une promenade
een wandeling
het shoppen
le shopping
het skaten
le skate
de skisport
le ski
een uitje
une sortie
de sport
le sport
het tennis
le tennis
een reis
un voyage
cuisiner
koken
danser
dansen
dessiner
tekenen
discuter
discusiëren
dormir
slapen
envoyer
versturen
nager
zwemmen
se promener
wandelen
sortir
uitgaan, naar buitengaan
voyager
reizen
naar de biocoop gaan
aller au cinéma
op mijn computer werken, spelen
aller sur mon ordinateur
in de muziekschool
au conservatoire
in het skatepark
au skatepark
bij een vriend, vriendin
chez un ami, une amie
in de natuur
dan la nature
dans la rue
op straat
écouter de la musique
muziek beluisteren
faire de la gym
turnen
faire du cheval
paardrijden
faire du shopping
shoppen
faire du skate
skaten
faire du sport
sporten
faire du théâtre
toneelspelen
faire du vélo
fietsen
faire la fête
feestvieren
faire un piquenique
een picknick houden
jouer au foot
voetballen
jouer aux cartes
kaarten
jouer aux jeux vidéo
computerspelletjes spelen
jouer de la musique
muziek bespelen
jouer du piano
piano spelen
regarder des films
films bekijken
regarder la télé
televisiekijken
préférer, aimer, adorer+
le, la, lé, les
faire+
du, de la, de l’, des
jouer les sports+
au, à la, à l’, aux
jouer les instrument de musique+
du, de la, de l’, des
aller+
sur
