elektro 2.0 Flashcards
a
a
Hoofdstroom
Ibron = l1=l1
Ubron
u1+u2
Ubron
u1+u2
Ubron
u1+u2
Vervangingsweerstand
Rv= r1+r2
is Spanning over elke weerstand is hetzelfde
ja
Wat is energie
- Energie is de potentie om arbeid te verichten met de eenheid joule
blijft energie altijd behouden
ja
Elektrische energie is
- Dit is de energie die voorwerpen hebben die elektrisch geladen zijn en waar dus elektrische spanning op staat. Deze energie zit in spanningsbronnen zoals een batterij en een accu
- Het vebruik van een aparaat is afhankelijk van
hoelang die aanstaat
- Omvang van een elektriciteitsleverantie wordt omgezet in
kilowattuur
Elektrische energie is
- Dit is de energie die voorwerpen hebben die elektrisch geladen zijn en waar dus elektrische spanning op staat. Deze energie zit in spanningsbronnen zoals een batterij en een accu
- Omvang van een elektriciteitsleverantie omgezet in kilowattuur
- Het vebruik van een aparaat is afhankelijk van hoelang die aanstaat
Energiegebruik vergelijk je door
naar vermogen te kijken
- Wat is vermogen
de hoeveelheid energie die per seconden wordt opgenomen of afgegeven
Wattage=
P=u x l (w)
Elektrische energie E
= P x T E= kwh 1kwh = 3.6mj
Wat is rendement
- Rendement geeft aan welk deel van de energie daadwerkelijk nuttig gebruikt wordt
- Rendement = nuttige energie / totale energie x 100% oftewel N= Enut/Etot x 100%
Werking beeldscherm digitale meters
- Instelling 2 maximale display weergave 1.999
- Instelling 20 maximale display weergave 19.99
- Instelling 200 maximale display weergave 199.9
3 ½ beeldscherm
1.9,9,9
3 ¾ beeldscherm
3.9.9.9
4 ½ beeldscherm
1.9.9.9.9
fouten Nauwkeurigheid digitale meter zelf
Je maakt 2 fouten
- Nauwkeurigheid meter zelf (deze wordt aangegeven als percentage van de meetwaarde bijv +/-1%)
- Resolutie = afronding digitalisering ( deze wordt gegeven als het aantal digits dat de meting kan afwijken )
goedkopere digitale multimeters zijn uitgevoerd met een
3 ½ digit display
3 ½ digit display
- Hierop tref je dan 4 digits cijfers aan waarvan de links maximaal een 1 kan worden
nadeel goedkope mltimeters
je kan handmatig de komma veranderen
- De 3 ¾ multimeter heeft als maximale
als maximale waard links een 3 en kan max 3999 aanwijzen
- De 4 ½ multimeter heeft een extra
een extra getal in het display max 1.9999
Zwevende meting =
wanneer we meet pen nergens neerzetten dan probeert de meter toch een spanningsverschil te weergeven
- Een meter heeft altijd een
een inwendige weestand
- Op het moment dat je de meter aansluit is het circuit
is het circuit niet meer hetzelfde
- Op het moment dat je de meter aansluit is het circuit
is het circuit niet meer hetzelfde
- Op het moment dat je de meter aansluit is het circuit niet meer hetzelfde Hierdoor
o Hierdoor zet je ergens een parralel weerstand aan
o Hierdoor wordt de weestand in de weerstand heel hoog
- Bij laag ohmige circuits is de aflezing
is de aflezing vrijwel gelijk aan de werkelijke spanning
- Goedkopere multimeters hebben een
een ontoelaatbare afwijking voor hoog ohmige circuits
Nauwkeurigheid geeft aan
- Nauwkeurigheid geeft aan hoe dicht de werkelijke waarde bij de gemeten waarde ligt
welke waardes krijg je als je - Bij een meter met +/- 1% nauwkeurigheid 100 v meet
100v kan de meter 101v aangeven of bijv 99.0 v
- Een stroomkring
is een gesloten circuit
- Elektrisiteit in beweging in een stroomkring noemen we
dynamische elektriciteit
- De som van een spanning in een gesloten circuit is
is altijd 0
- Pijlen geven de richting van
de spanning aan
- Spanning loopt altijd van
van een laag potentiaal naar een hoger potentiaal van de – naar de +
- In een gesloten circuit kun je de wet van … toepassen
ohm
In een gesloten stroomkring met in serie geschakelde weerstand is
- De kringweerstand Rtot gelijk aan de som van alle weerstanden
- De aangelegde spanning U gelijk aan de som van de deelspanning
- De stroom I is door alle weestanden gelijk
o Rtot=
R1+R2+R3= E R
totaal aantal weerstanden
o Utot
o Utot = U1+U2+U3 oftewel Utot = Eu
- In een gesloten stroomkring met parralel geschakelde weerstand is de
o De totale stroom gelijk aan de som van de deelstromen
o De vervangingsweerstand Rv is te berekenen uit
o 1/Rv = 1/R1 + 1/R2 + 1/R3
/ staat voor een breuk