Dysmorfe kenmerken Flashcards

1
Q

Hoe kan down syndroom worden aangetoond (welk onderzoek)?

A

SNP array, karyotypering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kan deletie 22q11 aangetoond worden?

A

SNP-array, (te klein om met karyotypering te zien)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn dysmorfe kenmerken van 22q11 of sphrintzen?

A
  • Epicanthusplooien
  • Brede neusbrug
  • Neuspunt bol
  • Neusvleugels hypoplastisch
  • afstaande oren
  • kleine mond
  • Microcepahile
  • Kleine neusvleugels
  • Tanden op elkaar gestapeld
  • (Slechthorendheid)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welk onderzoek heeft voorkeur bij Noonan syndroom?

A

WES

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat wordt onderzocht bij brede differentiaal diagnose?

A

Metabool onderzoek, SNP-array en WES

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Klasse 3 variant

A

Met huidige kennis is niet duidelijk wat het effect is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hypertelorisme

A

Ogen staan heel ver uit elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Syndactylie

A

Vingers aan elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Brachydactylie

A

Korte vingers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Polydactylie

A

Te veel vingers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Clinodactylie

A

Kromme vingers (richting andere vingers)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Camptodactylie

A

Kromme vinger (van boven kijken staat hij omhoog)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Major anomalie

A

Zo ernstig dat het een heel groot effect heeft op gezondheid en levensbedreigend kan zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Minor anomalie

A

Kenmerk dat bij minder dan 4% van de personen in een bepaalde bevolkingsgroep voorkomt, Ze zitten voornamelijk in het gelaat en in de handen (omdat dit het eerste is wat je ziet)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Ptosis

A

Hangend ooglid, ooglid te ver naar benenden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Synophrys

A

Doorlopende wenkbrauw

17
Q

Signaal functie

A

Minor anomalie kan aanwijzing zijn voor anomalie. Bij 3 minor anomalies is kans op major anomalie >25%

18
Q

Smith lerpi optitz syndroom

A

Aandoening waar cholesterol metabolisme betrokken is

19
Q

Smith lerpi optitz kenmerken

A
  • Stopcontact neus
  • Hypertoon
  • Syndactolie Tenen
  • Ptosis
20
Q

Waardenburg syndroom kenmerken

A
  • Witte haarlok
  • Slechthorendheid
  • Dikke neuspunt
  • Synophrys
  • Telecanthus
21
Q

Telecanthus

A

Grote neusbrug, (bv als ogen kleiner zijn)