De Adolescentie Flashcards

1
Q

stadium van identiteit VS identiteitsverwarring

A

de periode waarin tieners erachter proberen te komen wat hen uniek maakt en wat hen van andere doet onderscheiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

identity achievement

A

tieners hebben een crisis doorgebracht en zich verbonden aan een identiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

identity foreclosure

A

tieners hebben zich verbonden aan een identiteit maar hebben geen crisis ondergaan, vaak overname familiebedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

moratorium

A

tieners hebben veel identiteiten onderzocht dus crisis doorstaan alleen nog niet verbonden aan een identiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

identity diffusion

A

tieners hebben geen crisis ondergaan en zijn niet aan een identiteit verbonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

controversiele adolescent

A

tiener die door sommige leeftijdsgenoten aardig gevonden wordt en door andere niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

afgewezen adolescent

A

tiener die niet aardig gevonden wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

genegeerde adolescent

A

tiener die zowel relatief weinig positieve als negatieve aandacht krijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly