commonly used medical phrases Flashcards
1
Q
ging het nog ergens naar toe?
straalde het uit?
A
did the pain (het nog) go anywhere?
did it radiate?
2
Q
Hebt u last van?
A
do you suffer from?
3
Q
werd waar nog wat in gevonden?
A
was anything else found in that?
4
Q
Had u nog andere verschijnselen bij?
A
did you have any other symptoms with it?