College 7 (Paraphilia and Gender dysphoria) Ch. 12, 14 Flashcards

1
Q

Welke variatie is er in gender identiteit?

A

man, genderqueer, vrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke variatie is er in gender expression?

A

Feminine, androgynous, Masculine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke variatie is er in biological sex?

A

Female, intersex, Male

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe verliep de kijk op transseksualiteit?

A

in 1980 werd het gezien als delusions.
Daarna, in 1994, als een stoornis.
In 2013 werd het gezien als gender dysphoria.
In 2018 gender incongruence.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat betekent gender dysphoria?

A

De incongruentie tussen de gender identiteit en de biologische sekse.
Geassocieerd met klinisch significante stress.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn veranderingen die gemaakt zijn in de DSM-5 op het gebied van transseksualiteit?

A
  • Het benamen van een stoornis
  • de positie in de DSM (niet meer geassocieerd met seksstoornis)
  • seks en gender niet meer als binaire constructen
  • strengere criteria voor kinderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een misvatting over transseksualiteit?

A

Niet alle transseksuele mensen willen een medische behandeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe is de klinische populatie omtrent gender dysphoria veranderd?

A

Er is een toename in patiënten van zowel kinderen als volwassenen.
De verklaring hiervan is niet bekend.

Er is ook meer gender variatie en diversiteit in de behandelingswens.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een verandering in het klinisch perspectief van gender dysphoria?

A
  1. gender is een spectrum
  2. gender dysphoria is ook een spectrum
  3. behandeling is niet altijd traditioneel (genitale operatie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het behandelingsproces voor gender disphoria?

A
  • diagnose en advies
  • verwachting policy
  • puberteit blokkering (bij begin pubertijd)
  • chirurgische fase (kan ook omgekeerd op latere leeftijd)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het doel van de diagnose fase bij de behandeling van gender dysphoria?

A
  • informatie verzamelen over:
  • de aard van de gender dysforia
  • de wens en verwachting voor behandeling
  • de capaciteit en coping strategieën van de patiënt ontdekken
  • advies geven over de medische en psychologische behandeling
  • iemand een volledig beeld geven van het proces
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke specifieke gebieden wordt besproken in de diagnose fase bij de behandeling van gender dysphoria?

A
  • gender ontwikkeling
  • seksualiteit
  • psychologisch en sociaal functioneren
  • werk- en schoolsituatie
  • lifestyle (roken mag echt niet)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de criteria in de indicatie van de behandeling van gender affirmate treatment?

A
  • een diagnose van gender disphoria
  • een goeie capaciteit en een stabiele coping
  • wilsbekwaamheid en informed consent
  • een sociaal netwerk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn mogelijkheden voor gender affirmative treatment?

A
  • cross-sekshormonen
  • vruchtbaarheid behouden’
  • M>F haar wefhalen
  • spraak therapie
  • operatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn behandelingen voor cross-seks hormonen?

A

Het toedienen van testosteron bij F>M

of anti-androgenen en oestrogenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de rol van de gender psycholoog?

A
  • diagnose
  • counselen tijdens de behandeling

NIET:

  • mentale gezondheidsproblemen oplossen
  • individuele sociale problemen oplossen
  • > naar een generieke mentale gezondheid service
17
Q

Wat is paraphilia en wanneer is dit een stoornis?

A

paraphilia is de intense en peristente seksuele interesse in iets anders dan genitale stimulatie met een fenotypisch normaal volwassen vrijwillige partner.

Dit is een stoornis wanneer de paraphilia lijdt tot leiden of limitaties voor de betrokkene dat lijdt tot negatieve persoonlijke consequenties.

18
Q

Uit welke drie classificaties bestaat paraphilia?

A
  • een preferentie voor abnormale activiteiten
  • algolagnistic stoornissen (algos = pain, lagneia = lust)
  • preferentie voor een abnormaal target
19
Q

Welke stoornissen behoren onder: een preferentie voor abnormale activiteiten ?

A
  • voyeurtische stoornis
  • exhibitionistische stoornis
  • frotteuristische stoornis
20
Q

Wat behoort onder algolagnistic stoornissen?

A
  • seksueel masochisme

- seksueel sadisme

21
Q

Welke stoornissen behoren onder: een preferentie voor een abnormaal target?

A
  • pedofilische stoornis
  • fetishistische stoornis
  • transvestische stoornis
22
Q

Wat zijn psychopathalogische kenmerken van paraphilia?

A
  • een fixatie over een specifieke seksuele stimulus
  • het moet lijden tot destructief gedrag
  • er moet een compulsie aanwezig zijn om dit gedrag uit te voeren
23
Q

Wat zijn verschillen in prevalentie in mannen en vrouwen (paraphilia)?

A
  • mannen ontwikkelen het in een kritieke periode rond de pubertijd waar seksuele opwinding bij bepaalde stimuli een patroon vormt
    Bij vrouwen is dit later in de sociale ontwikkeling.
  • weinig verschil, naast de culturele acceptatie waardoor vrouwen deze behoeftes minder durven uitspreken
24
Q

Wat is een voyeuristische stoornis?

A

een intense seksuele opwinding bij het onvrijwillig kijken naar seksuele activiteit/ naaktheid van andere mensen

25
Q

Wat is een exhibitionistische stoornis?

A
  • het tonen van de genitaliën aan onvrijwillige mensen
  • vaak mannen
  • aan kinderen of aan volwassenen
  • soms met masturbatie
  • meestal geen behoefte aan seks, het gaat om het verassende effect
26
Q

Wat is een frotteuristische stoornis?

A

Het ervaren van veelvoorkomende intense seksuele opwinding wanneer iemand een onvrijwillig persoon aanraakt

27
Q

Wat is een seksuele sadisme stoornis?

A

het ervaren van intense seksuele opwinding door psychologische of fysieke pijn doen van iemand

28
Q

Wat is een seksuele masochisme stoornis?

A

Het ervaren van veelvoorkomende en intense seksuele opwinding door beschaamd, geslagen en opgehangen te worden

29
Q

Wat is een fetishistische stoornis?

A

het ervaren van seksuele opwinding door het gebruik van niet levende objecten of hele specifieke non-genitale lichaamsdelen

30
Q

Wat is een transvestische stoornis?

A

het ervaren van intense seksuele opwinding door crossdressing (andere sekse)

31
Q

Wat is een onderscheid bij pedofilie?

A
  • pedofilisch type = sterke focus op kinderen.
  • situationele type = focus op kinderen na mislukte seksuele relaties. incidentieel en niet permanent naar kinderen toe.
    komt vaak voor uit frustratie en sociale problemen.
  • antisociale type =
    pedofiele verkrachting door een generieke deviant gedrag patroon. Fysiek geweld om seksueel contac t met kinderen te krijgen. Impulsief
  • organisch-pathalogisch type = een psychose of andere mentale stoornis is de roots van deviant gedrag
32
Q

Wat zijn biologische theorieën over paraphilia?

A
  • er is een genetische verwachting of een hersendefect

- een disregulatie van neurotransmitters

33
Q

Wat is een psychoanalytische theorie over paraphilia?

A

een verstoorde psychoseksuele ontwikkeling waarin paraphilische symptomen een onbewust conflict representeren

34
Q

Wat zijn cognitieve gedragstheorieën over paraphilia?

A
  • klassiek conditioneren (tijdens vroege pubertijd)
  • operante bekrachtiging
  • weinig sociale correctie
  • cognitieve verstoring
  • lage zelf-regulatie
  • verstoorde persoonlijke en sociale identiteit
35
Q

Wanneer wordt er een behandeling gegeven voor paraphilia?

A
  • als er veel last van ervaren wordt
  • als het gedrag sociaal niet acceptabel is
  • juridische redenen
36
Q

Welke behandeling wordt gegeven voor paraphilia?

A
  • operatie (neurochirurgie of castratie)
  • medicijnen
  • psychotherapie
  • combinatie
  • preventie, zelfhulp
37
Q

Wat zijn de doelen van CBT bij paraphilia?

A
  • het accepteren van de stoornis
  • het verminderen van ongepaste opwinding en het aanleren van gepaste opwinding
  • vaardigheid trainen
  • agressie trainen
    cognitieve processen aanleren (normen waarden)
  • verbeteren relationele skills
  • dealen met de challenges in het leven
  • voorkomen van terugval