College 4 Flashcards
sociale perceptie
hoe we de wereld om ons heen waarnemen
Primacy effect
informatie aan het begin van een reeks wordt goed onthouden
Recency effect
informatie aan het eind van een reeks wordt goed onthouden (informatie in het midden van een reeks wordt minder goed onthouden)
Negativiteitsbias
ons brein is voorgeprogrammeerd om op zoek te gaan naar negatieve informatie (positiviteit is minder relevant, want daar hoeven we ons minder druk om te maken)
Spin Framing
de manier waarop iets gepresenteerd wordt heeft invloed op onze interpretatie
Halo-effect
‘wat mooi is, is goed’
primaire emoties
emoties die universeel zijn (volgens Darwin): alle mensen coderen en decoderen deze emoties
Manifestatieregels
of je in een cultuur wel of niet bepaalde emoties mag tonen en uiten
Gedrag is verklaren aan de hand van
Persoon X Situatie
attributie
op welke manier kijken we naar de oorzaken van gedrag
interne attributie
gedrag als uitkomst van de persoon (geeft persoon schuld van het gedrag)
Externe attributie
schrijft de uitkomst toe aan de situatie waar de persoon zich in bevond
Experimenter bias
Je moet niet onderzoeken met een bepaalde verwachting, je moet objectief blijven.
Coverariatie model (doel om objectief analyse te doen)
consensus = in hoeverre wordt dit gedrag ook vertoond door anderen
onderscheidend vermogen = vertoond de persoon dit gedrag ook in andere situaties
consistentie = vertoond deze persoon dit gedrag opnieuw in dezelfde situatie
zelfbediende attributie (attributiefout)
gaat over het gedrag dat wij zelf vertonen.
Wij zijn over ons eigen gedrag heel erg vergevensgezind als we iets fout doen
En heel lofend als we iets goed doen.