College 3 COVID-19 in de kliniek Flashcards

1
Q

wat voor soort virus is het Sars-Cov-2? Welke virussen vallen hier nog meer onder?

A

Beta coronavirus

  • Sars-Cov-1
  • MERS-CoV
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn typische symptomen van COVID-19?

A
  • hoesten: droge productieve hoest
  • koorts en koude rillingen
  • spierpijn
  • braken
  • diarree
  • verlies van smaak en reuk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is het beloop van COVID-19?

A
  • besmetting met pre-symptomatische fase
    –> virale load en genoom neemt sterk toe door snelle virale replicatie
  • Milde klachten als virale load op piek is
    –> Meeste mensen herstellen hieruit
  • ernstige ziekte met ziekenhuis opname en ARDS = pulmonale fase
  • kritieke ziekte met IC-opname = hyperinflammatie fase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer komt de Ig respons weer op gang?

A

als de virale load al aan het afnemen is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is kenmerkend voor de virale load bij mensen die ernstig ziek worden?

A

Is al dalende

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is het verloop van de ziekt met dagen en klachten?

A
  • koorts en hoesten: al vrij snel
  • dyspnoe: start dag 5
    Dag 5-10 na besmetting: typische timing van ziekenhuisopname
  • ARDS en MOF: vanaf dag 8
    Dag 13-21: typische timing van OFWEL herstel OFWEL overlijden bij opgenomen patienten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Je kan COVID-19 indelen in drie groepen qua ernst. Welke zijn dit?

A
  1. non severe: geen ernstige symptomen
  2. severe: SaO2 < 90%, tekenen van pneumonie, tekenen van severe respiratory disstress (hoge ademardbeid)
  3. kritisch: levens ondersteunende handelingen nodig, ARDS< sepsis, septische shock
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de incubatie tijd?

A

Tussen besmetting en de eerste symptomen is
2-14 dagen

mediaan: 5-7 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is de ct-waarde bij een PCR?

A

Het kopiëren van het genetisch materiaal gebeurt in ‘cycli’. Tijdens elke cyclus wordt het genetisch materiaal verdubbeld, totdat het kan worden herkend door het PCR-apparaat. De Ct-waarde (Ct staat voor ‘Cycle-treshold’) is het aantal cycli dat nodig is om bij een monster boven een vastgestelde detectiegrens te komen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is de ct-waarde bij een PCR als er een hoge virale load is?

A

Lage ct-waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het verband tussen de virale load en de ernst van de ziekte vaak?

A

Vaak is de virale load al flink afgenomen en de ernstige ziekte wordt vaak vooral veroorzaakt door de immuun respons van de host zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de pathogenese van COVID-19?

A
  • SARS-CoV-2 bindt aan ACE2 receptor en TMPRSS2
  • lymfocytaire endothelitis
  • T-cel activatie
  • klaring van het virus

Ernstig:
- aberrante immuunrespons = hyperinflammatie met overproductie van pro-inflammatoire cytokines = cytokine storm
- capillary leak, trombusvorming, orgaandysfunctie, sepsis
- uiteindelijk multi orgaan falen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar heeft het virus effect in het lichaam?

A

ACE2 is op verschillende plekken in het lichaam te vinden waardoor het virus ook op verschillende plekken organen kan aantasten

Dit geeft dus een diffuus klinisch beeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe wordt SARS-CoV-2 opgenomen in een cel?

A
  • bindt aan ACE2-R en TMPRSS2-R op de type 2 pneumocyt
  • TMPRSS2 helpt bij het cleaven van het virus
  • hierdoor fusie van virale membraan en hostcel membraan
  • virus neemt het metabolisme van de cel over
  • gaat zijn eigen virale eiwitten produceren
  • verspreiding van het virus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn risicofactoren voor een ernstig beloop van COVID-19?

A

Patient gerelateerd:
- leeftijd: hoe ouder hoe ernstiger
- Man
- obesitas
- DM met complicaties
- chronische nierziekten
- COPD en bronchiectasien
- neurocognitieve ziekten
- CVD
- roken
- transplantatiepatienten
- immuunstoornis
- maligniteiten (mn hematologische)

Presentatie gerelateerd:
- koorts > 39 gr
- verhoogde qSOFA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn twee acute fase eiwitten?

A
  • CRP
  • ferritine (kan ook bij bvb leverziekte of AIZ verhoogd zijn) –> hierdoor deze icm met CRP bekijken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waar moet op gelet worden bij het lichamelijk onderzoek bij patienten die op de SEH komen met COVID-19?

A

Ademhaling
- AF verhoogd
- hulpAH spieren
- dyspnoe: lastig volzinnen spreken, hoesten

Oxygenatie:
- SaO2: CAVE is het met of zonder O2 suppletie

Auscultatie:
- crepiteren
- rhonchi
- piepen
- verlengd experium (teken van obstructieve longziekte)

ROX-score:
= (SpO2% / FiO2%) / AF
–> of iemand OF moet (idee over oxygenatie)

CV:
- bloeddruk
- polsfrequentie
Algemeen:
- koorts
- mentale status
- slijmvliezen, conjunctivae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe verloopt de diagnostiek van COVID-19?

A

Vaak:
- typische symptomen met
OF PCR+
OF passende CT

PCR met keel neus swap uit nasofarynx duurt ong 12-24h
Sneltest in ca 1h op SEH

IgM/IgG immuunrespons voor SARS-CoV-2 aantonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

wat zie je bij de labuitslagen bij COVID-19 (ernstig)?

A
  • neutropenie/lymfopenie (duidt op verhoogd verbruik van de cellen)
  • verhoogd lactaat
  • CRP verhoogd
  • ferritine verhoogd
  • IL-6 verhoogd (belangrijk pro-inflammatoir cytokine)
  • verhoogde ACE2
  • D-dimeren verhoogd: duidt op stollingsactivatie
20
Q

Wat kan je zien op beeldvorming bij ernstige COVID-19>

A

X-thorax:
- kan in begin onduidelijk zijn
met wat subtiele afwijkingen in perifere longen bdz
- later toenemende sluiering/matglas afwijkingen

CT:
- Matglas (88%)
- bilaterale afwijkingen (88%)
- dorsale distributie (80%)
- perifere distributie (79%)
- multi-lobulaire betrokkenheid (79%)
- consolidaties (32%)

21
Q

wat is het tijdverloop voor de CT-afwijkingen bij ernstige COVID-19?

A

Vroeg 0-4 dagen: beetje matglas

Progressief 5-8 dagen: uitbreiding van matglas

Piekstadium 10-13 dagen
- dense consolidaties (verdichting van weefsel)

Resoprtie > 13 dagen
afwijkingen nemen af

22
Q

Waarvan zijn consolidaties een teken?

A

Ernstige aantasting van het longweefsel

23
Q

Wat is een complicatie die kan optreden bij mensen die ernstige COVID-19 hebben gehad?

A

Longfibrose

24
Q

Wat zijn de tekenen van de verschillende infectie stadia met SARS-CoV-2, wat is het behandeldoel en wat is de behandeling?

A
  1. Vroege infectie
    a) Tekenen:
    - lymfopenie
    - milde constitutionele symptomen
    - koorts
    - droge hoest
    b) doel: verdere transmissie beperken
    c) immuunsysteem ondersteunen/versterken door anti-virale therapie
  2. Pulmonale fase:
    a) tekenen:
    - dyspnoe
    - hypoxie
    - abnormale beeldvorming
    - laag-normaal calprotectine
    - transaminitis
    b) Doel: beperken progressie en voorkomen ziekenhuisopname
    c) Behandeling:
    begin: anti-virale therapie
    later: dempen van IS en coagulatie
  3. hyperinflammatie fase:
    a) tekenen:
    - ARDS
    - SIRS/shock
    - cardiaal falen
    - inflammatoire markers verhoogd
    - troponine en NT-proBNP verhoogd
    b) Doel: beperken mortaliteit en morbiditeit
    c) dempen van IS en coagulatie
25
Q

wat is het beleid bij milde ziekte?

A

Risicofactoren:
1. Nee = geen behandeling
2. Ja: geen specifieke behandeling, wel beloop monitoren (vooral bij onderliggend lijden)

26
Q

Wat is het beleid bij matig-ernstige ziekte?

A

Ongeacht risicofactoren
- opname verpleegafdeling
- O2 suppletie zn

  • dexa (IV of PO) voor max 10 dagen (vooral als > 7 dagen symptomen)

ALS: ondanks dexa verslechterend beeld
+ ≥ 6 L O2
+ CRP ≥ 75
Waarbij longinflammatie de meest waarschijnlijke oorzaak is voor de verslechtering
DAN: eenmalig tocilizumab = anti-IL6

  • optimale ondersteunende zorg
27
Q

Wat is het beleid bij zeer ernstige ziekte?

A
  • Opname MC of IC
  • beademing
  • evt ECMO
  • dexa (IV of PO) voor max 10 dagen
  • Binnen 24h na start OF, NIV of invasieve beademing
    = tocilizumab + andere middelen zoals AB
28
Q

wat zijn over het algemeen behandelingen die gegeven kunnen worden aan patienten met een mild tot ernstig beloop?

A
  1. Paxlovid (nirmatrelvir/ritonavir)
    bij:
    - hoog risico patienten voor een slecht beloop
    - naïef voor infectie
    - pre-hospitaal
  2. Inhalatie CCS
    - pre-hospitale patienten: iets sneller herstel (3 dagen) en iets minder klachten
  3. dexa
    Belangrijk effect op de mortaliteit
  4. methylprednisolon
    ALS patienten:
    - al meerder middelen hebben gehad
    - al enige tijd beademd worden
    DUS: eigenlijk is al alles gedaan maar het helpt iet goed
    MET: waarschijnlijk een inflammatie component
    DAN: dit geven voor een betere survival
    –> Iets heftigere versie van dexa
  5. tocilizumab
    - eenmalig
    - geen enorme effecten maar wel genoeg om te geven
29
Q

Wanneer geven we tocilizumab?

A

Eenmalige toediening van anti-IL6 als:
- dexa gehad
- CRP ≥ 75
- persisterend respiratoir verslechterd met ≥ 6L O2
DOOR COVID-19!!

30
Q

wat geef je niet bij patienten die immuungecompromitteerd zijn en zich met ernstige ziekte presenteren?

A

Geen immuunsuppressies geven omdat zij vooral ziek zijn door het virus zelf en niet door de inflammatie respons

31
Q

Waarbij kunnen MABs gebruikt worden?

A

Wat: antistoffen specifiek tegen SARS-CoV-2
Als: sero-negatief
NIET: voor nieuwste varianten
= BA1 en BA2 (van omicron)

32
Q

wat is reconvalescent plasma?

A

Plasma van donoren die antistoffen hebben tegen het SARS-CoV-2

Heeft geen effecten

Theoretisch zou wel bij immuun gecompromitteerden

33
Q

welke twee vormen van beademing worden toegepast?

A
  1. High flow nasal oxygen bvb OF
  2. Intubatie en mechanische ventilatie
34
Q

Wat is kenmerkend voor de OF?

A
  • FiO2 (fractie of inhaled O2) tot 95% (lucht bevat 95% O2)
  • flow tot 60 L/min
  • patient is wakker
  • evalueren obv ROX-index
  • vaak voordat op ICU
35
Q

Wat is kenmerkend voor de mechanische ventilatie?

A
  • positieve druk beademing (PEEP)
  • gesedeerde patient
  • soms buikligging
36
Q

Waarom heeft het soms zin om bij COVID-19 patienten op hun buik te leggen?

A
  • De meest aangedane longdelen ≠ de best doorbloedde longdelen (meeste O2 uitwisseling) is de rug zijde
    + veel vocht (door ARDS) –> vocht zal in rugligging zich daar ook bevinden

OP buik: de best doorbloedde delen komen bovenop te liggen
–> Hier gaat nu meeste lucht naartoe
–> Oxygenatie wordt beter
+ vocht zal dus aan de buikzijde gaan zitten

37
Q

wat zijn de twee meest voorkomende complicaties van COVID-19?

A
  1. COVID-19 coagulopathie
  2. Secundaire infecties
38
Q

Wat is COVID-19 coagulopathie? Wat krijg je? Hoe vaak komt het voor? hoe stellen we het vast?

A

DOor inflammatie en kenmerken van het virus is er een verhoogde incidentie van trombolische complicaties (veel in 1e golf)

Wat: longembolie en tromboses
Aantal: op de ICU tot 50%

D-dimeren: verhoogd
CT-screening bij alle patienten met:
- hoge D-dimeren
- klinische verslechtering

39
Q

wat is het probleem bij COVID-19 coagulopathie?

A

Longembolie –> groot en klein –> pulmonale circulatie nog lastiger

39
Q

wat is de waarde van verhoogde D-dimeren?

A

Prognostisch slecht

40
Q

Wat is het beleid mbt COVID-19 coagulopathie? wat is het effect hiervan?

A
  • profylactisch LMWH voor elke patient op de afdeling
  • Op de ICU dubbele profylaxe LMWH

Effect;
- goed effect op de mortaliteit
- meer bloedingen

41
Q

wat is een veel voorkomende secundaire infectie bij COVID-19? Waardoor komt het? Wat is de diagnostiek en behandeling?

A

CAPA = COVID-19 associated pulmonary aspergillosis

Door:
- lokaal sterk verminderde afweer
- Aspergillus zijn overal in de lucht
- kunnen zich makkelijk in de longen vestigen

Diagnostiek:
- diep tracheaal secreet testen op (BAL):
PCR en galactomannan

  • serum galactomannan en IgG aspergillus

Behandeling: anti-schimmeltherapie oa -azolen

42
Q

wat is naast CAPA een secundaire infectie bij COVID-19? wat is de behandeling?

A

Bacteriële superinfectie

Afhankelijk van de ernst AB IV
Niet standaard aan iedereen geven want < 6% krijgt dit

Ernst: CURB-score
0-2: geen
3-5: wel

43
Q

Waarvan hangt de late schade af? Hebben alle ernstig ziekte patienten hier last van?

A

afhankelijk van:
- de uitgebreidheid van de longafwijkingen
- ernst van de ziekte
- complicaties
- opname duur

Nee sterke variatie in herstel na opname

44
Q

Wat zijn drie frequent voorkomende late schades en minder frequent voorkomende? Wat is de duur?

A

Frequent:
- deconditionering
- ICU acquired weakness
- polyneuropathie
Longafwijkingen: vaak absorptie in weken tot maanden
–> Wel revalidatie van weken tot maanden ook

Minder frequent:
- fibrotische restafwijkingen met verminderde longcapaciteit
- tracheostoma
- blijvende orgaanschade

45
Q

komt long-COVID door verlaagde longcapaciteit als complicatie van COVID-19?

A

Nee,
long-COVID zijn aspecifieke klachten vaak bij mensen die NIET opgenomen zijn geweest (moe, hoofdpijn, etc)